Plantinga beschrijft christelijk geloof als betrouwbare kennis
Alvin Plantinga geldt als de belangrijkste eigentijdse christelijke filosoof. Zijn specialisme is epistemologie of kennisleer. In ”Knowledge and Belief” biedt hij een toegankelijke samenvatting van zijn inzichten op dit gebied.
De epistemologie gaat over de vraag wat kennis is en hoe we kennis opdoen. Wanneer kunnen we van kennis spreken en wanneer is er slechts sprake van een mening, of zelfs van een ongegronde mening? Met behulp van door hem ontwikkelde epistemologische inzichten heeft Plantinga gesteld dat het christelijk geloof niet onredelijk is. Zijn belangrijkste publicatie op dit gebied is ongetwijfeld ”Warranted Christian Belief”. Dit in 2000 verschenen werk is behoorlijk vaktechnisch van aard. In zijn jongste boek, ”Knowledge and Belief”, verwoordt Plantinga zijn epistemologie op een toegankelijkere wijze.
Volgens Immanuel Kant, de grote filosoof van de verlichting, kunnen we geen kennis hebben van dingen die we niet met onze zintuigen kunnen waarnemen. Daarom is er per definitie geen kennis van God mogelijk. Voor Kant liggen geloof en kennis niet in elkaars verlengde.
Plantinga gaat hierin niet met Kant mee. Hij betoogt dat ook het ingeschapen godsbesef een kenvermogen is. Op de kritiek van Freud dat religie niet meer is dan wensdenken, antwoordt Plantinga dat er ook verlangens zijn die aan een realiteit beantwoorden. Het Godsbesef is te verklaren uit het beeld van God. Wie het Godsbesef niet als kenvermogen ziet, sluit zich af voor reële kennis.
Ook het getuigenis van de Heilige Geest waardoor wij de Bijbel als het Woord van God aanvaarden, is zo’n kenvermogen. Plantinga gaat hier in het voetspoor van Calvijn. Hij spreekt over overtuigingen die „properly basic” zijn, dat wil zeggen die aan bewijsmateriaal voorafgaan. De overtuiging dat waarneming tot kennis leidt is bijvoorbeeld zo’n overtuiging. Hetzelfde geldt voor de waarheid van het christelijk geloof. Heel de werkelijkheid wordt in dat licht geïnterpreteerd.
Evenals in ”Warranted Christian Belief” gaat de Amerikaanse filosoof in zijn jongste boek in op de vraag of de historisch-kritische Bijbelwetenschap een weerlegging betekent van het klassieke christelijk geloof. Hij betoogt dat deze benadering de mogelijkheid van goddelijk ingrijpen bij voorbaat uitsluit. Daarom kan de historisch-kritische methode per definitie geen uitsluitsel geven over wezenlijke vragen met betrekking tot het christelijk geloof. De uitkomsten ervan worden bepaald door de onjuiste vooronderstellingen.
Uitvoeriger dan in ”Warranted Christian Belief” gaat Plantinga in op de vraag hoe de veelheid van religies zich verhoudt tot de claim van uniciteit van het christelijke geloof. De Bijbel laat zien dat door de zondeval ons godsbesef niet meer op de juiste wijze functioneert. Voor wie dat getuigenis aanvaardt, is alle godsdienst die niet gebaseerd is op en genormeerd is door de Bijbelse openbaring een dwaalweg.
Hij wijst er ook op dat het kwaad en het leed in de wereld niet logisch strijden met Gods almacht en liefde. Het gaat hier om een existentieel probleem, maar ten diepste kan alleen een gelovige dat zo ervaren. Immers, als er geen almachtige en liefdevolle God is, moet de vraag naar het voorkomen van het kwaad niet richting God worden gesteld.
Plantinga brengt wezenlijke dingen naar voren. Voor wie zich nog nooit in hem heeft verdiept, is deze publicatie een uitstekend startpunt.
Knowledge and Belief, Alvin Plantinga; Eerdmans, Grand Rapids, 2015; ISBN 978 0 802 7204 3; 129 blz.; $16,-