Het geheim van Jaarendag
Titel:
”Het zwijgen van Mario Salviati”
Auteur: Etienne van Heerden; vert. Robert Dorsman
Uitgeverij: Meulenhoff, Amsterdam, 2003
Pagina’s: 415
Prijs: € 29,90. Etienne van Heerden is een groot woordkunstenaar en een scherp ziener. Toen ik in 1995 enkele maanden zijn collega was aan de Rhodes-universiteit in Grahamstad vertelde hij mij op een dag dat hij slechts met één oog kon zien. Met dat ene oog ziet hij als verteller meer dan een ander met twee.
Vanaf zijn jeugdroman ”Matoli” tot de onlangs in vertaling verschenen roman van epische allure ”Het zwijgen van Mario Salviati” heeft Etienne van Heerden (geb. 1954) keer op keer bewezen dat hij de lezers in zijn ban weet te krijgen. Door de spanning die hij oproept, een spanning die met vragen rondom het verloop van zijn romans te maken heeft. Maar hij doet dat evenzeer door de grenzen tussen het ”hiermaals” en het ”hiernamaals” te laten vervagen, door de mysteries van het Zuid-Afrikaanse landschap te verkennen en door de inzet van woorden en vergelijkingen die de dingen volstrekt nieuw laten zien.
In ”Het zwijgen van Mario Salviati” gaat Ingi Friedländer, die bij het nationale kunstmuseum in Kaapstad werkt, in opdracht van haar superieuren naar het plaatsje Jaarendag in het binnenland van Zuid-Afrika (de Karoo) om daar een beeld te kopen. Dit beeld, dat de vreemde naam ”Visman Steigert” draagt, heeft in Kaapstad een legendarische status bereikt. De nieuwe machthebbers van Zuid-Afrika willen het beeld per se tentoonstellen. De vermeende maker van het houten beeld is Jonty Jack Bergh. Jonty Jack ontkent dat het beeld van zijn hand is. Volgens hem hebben de engelen het gemaakt en bij hem neergezet: „Jonty vertelt dat hij op een ochtend uit zijn huisje kwam, nog wat katterig door de glaasjes van de vorige avond, en dat Visman daar stond: groter dan manshoogte, zijn lijf gekromd als dat van een dolfijn die uit de golven springt, of van een zwaan op het moment dat hij fladderend uit het water opstijgt, poten nog in het water, maar het lijf al fier in de lucht. Tegelijkertijd -Jonty merkte het meteen- bezat het beeld, naast iets uitbundigs, iets volkomen droefs.”
Raadsels
De Joodse Ingi, zelf ook kunstenares, meent aanvankelijk dat zij slechts een paar dagen in Jaarendag zal blijven. Maar het andere tijdsgevoel dat in dit plaatsje met de sprekende naam heerst, neemt haar in zich op. De oorzaak hiervan is in de eerste plaats dat Ingi ontdekt dat Jaarendag een geheim bezit. Zo verschuift de gerichtheid op de aankoop van het merkwaardige beeld naar de zoektocht naar datgene wat zich achter de gevels van het dorp en achter de gezichten van de bewoners verbergt.
In Jaarendag gebeuren vreemde dingen. Het huisje waar Ingi aanvankelijk verblijft, herbergt geluiden die haar verontrusten en nieuwsgierig maken. Ze hoort zelfs gezang maar de bron hiervan is niet te vinden. In de ”Drostdy” waar zij na enkele dagen heen verhuist, stapelen zich de raadsels op. Daar waart een vrouw rond „zonder gezicht”. In deze Drostdy wonen nog anderen die bij Ingi vraag na vraag oproepen: generaal Taljaard, die al tijdens de Boerenoorlog van 1899 tot 1902 aanwezig was.
Belangrijkste bewoner is de Italiaan Mario Salviati, die als doofstomme krijgsgevangene tijdens de Tweede Wereldoorlog in Jaarendag is beland en daar door zijn landgenoot Duivelsklap Lorenzo blind is geworden. Ingi beseft dat zich in Jaarendag in het verleden een afschuwelijk drama heeft afgespeeld. Het wordt haar door de gesprekken die zij met Jonty Jack, met de generaal en met winkeliers en de caféhouder voert ook duidelijk dat de bewoners van Jaarendag zelf op zoek zijn naar de oplossing van een raadsel dat het verleden op hun schouders heeft gelegd.
Handjes
Met een gruwelijke misdaad is alles begonnen. Tijdens de genoemde Anglo-Boerenoorlog gaf de president van de Zuid-Afrikaanse Republiek, Paul Kruger, aan een groepje beproefde strijders de opdracht om de staatskas van deze republiek uit handen van de Engelsen te houden. Een jaar lang trok een groep van zeven getrouwen met een ossenwagen door Zuid-Afrika. De lading bestond uit gouden ponden en uit een kistje met vijf handjes van kinderen die in de concentratiekampen van de Britten waren gestorven. De handjes waren als teken van het aangedane onrecht voor koningin Victoria in Engeland bestemd.
De ossenwagen kwam uiteindelijk in Jaarendag terecht. Zes van de bewakers van de Kruger-ponden verdwenen, evenals de ponden zelf. Wat is daar in Jaarendag aan het begin van de twintigste eeuw gebeurd? Dat de kwestie van het goud van Kruger een verhaal, bijna een mythe is, die heel wat schrijvers en goudzoekers in beweging heeft gebracht, vermeld ik terzijde. In ”Het zwijgen van Mario Salviati” is deze geschiedenis deel van de vertelde wereld en speelt het verdwijnen van de grote voorraad gouden munten een vooraanstaande rol in het leven van de gemeenschap van Jaarendag. Essentieel is dat de geschiedenis niet tot rust komt en blijft spoken, zowel in de geesten van de bewoners als in de straten van het dorp.
Wat heeft de doofstomme, later blinde Mario Salviati, met de Kruger-ponden te maken? De verbinding tussen Mario Salviati en het verdwijnen van Krugers getrouwen en Krugers ponden wordt gevormd door een schoonzoon van de veldkornet die in opdracht van de president de groep bewakers van het geld aanvoerde. Salviati werkt namelijk met deze Groot Karel Bergh samen om het water van de rivier zo te leiden dat het over de Berg Onwaarschijnlijk zal stromen om de droge landerijen van Jaarendag van water te voorzien. Jonty Jack is op zijn beurt een zoon van deze Groot Karel Bergh.
Steen met inscriptie
De lezer van deze recensie zal begrijpen dat de familieverhoudingen in Jaarendag ingewikkeld zijn en dat deze lezer van de roman menig keer naar de stamboom aan het begin bladerde om weer te weten hoe de familiaire vork in de steel zit. Cruciaal is dat Groot Karel Bergh en Mario Salviati op grond van de wet van Bernoulli (genoemd naar Daniël Bernoulli, die de wetmatigheid van de beweging der vloeistoffen ontdekte) menen dat het rivierwater via uit steen gehouwen voren inderdaad de hoogte van de Berg Onwaarschijnlijk zal kunnen overwinnen. Als dit in eerste instantie mislukt, vlucht Groot Karel Bergh en vinden hij en Mario Salviati door toeval de geraamtes van de zes wakers over het goud die destijds om redenen van staatsveiligheid zijn geëxecuteerd. Bij deze zes mannen moet zich ook het goud van Kruger bevinden. Sinds die ontdekking is Mario Salviati de enige die het geheim kent, maar er niet over kan spreken. Voordat Groot Karel Bergh zich in een grot van de berg terugtrekt en voorgoed verdwijnt, geeft hij namelijk aan zijn assistent een steen met daarop de ingekraste plaats van het goud. De steen met de inscriptie vergroeit met de hand van Mario Salviati.
Wat ik hier moeizaam en helaas nog veel te simpel heb proberen samen te vatten, is door de verteller Etienne van Heerden uiterst fijnzinnig en boeiend door de zoektocht van Ingi Friedländer heen gevlochten. Ingi begint in de loop van de weken die zij in Jaarendag doorbrengt steeds meer geraakt te worden door de menselijke verhoudingen in het dorp. Zij raakt ook gevoelsmatig met sommige inwoners verbonden, zoals met Jonty Jack en heel in het bijzonder en zelfs met een erotisch element met de oude Mario Salviati. De zoektocht naar de waarheid van het dorp en heel speciaal naar de waarheid van de bijzondere mens Mario Salviati gaat met horten en stoten. Aan het slot vallen de puzzelstukjes in elkaar. Maar de plaats van het goud blijft een geheim. Ingi is de bezitter van de steen met daarop de vindplaats van het goud geworden. Zij gooit de steen het veld in en nu is hij onherkenbaar deel van het landschap.
Ware liefde
Ingi Friedländer zoekt naar de onthulling van het geheim van Jaarendag. Dat is de ene rode draad in deze roman. De andere verbindingsdraad is haar eigen kunstenaarschap. Het verblijf in Jaarendag betekent voor haar ook een zoektocht naar haar diepste motieven om in het (politiek correcte) museum in Kaapstad te werken en het laat haar nadenken over haar kunstenaarschap. Sterker nog, Jaarendag geeft haar een innerlijke motivatie terug om aan het leven deel te nemen en op haar eigen manier scheppend bezig te zijn. Ten diepste gaat het erom dat Ingi ontdekt wat ware liefde is: „Is liefde die uit wanhoop en onvolkomenheid wordt geboren uiteindelijk niet de grootste vorm van liefde? Liefde die op zoek gaat naar een beminde die de gebreken van de minnaar onderkent en heelt. Liefde die uitgroeit boven de zelfzuchtige en voorbijgaande passie van gewone verhoudingen.”
In het bovenstaande is slechts een tipje van de sluier over het geheim van Jaarendag opgelicht. De rijkdom van deze roman is door mij alleen maar aangeduid. Handjes, water en steen verlenen door hun prachtige symboliek een sterke hechtheid aan de roman als geheel. Er zijn weinig schrijvers in Zuid-Afrika die de magie van dat unieke landschap in het binnenland van de Kaap zo treffend weten weer te geven als Etienne van Heerden.