Opinie

Commentaar: Ontspannenheid Rutte is meestal zijn kracht

Premier Rutte kreeg vorige week veel over zich heen. De minister-president heeft deze zomer gefaald in het tonen van leiderschap, zo luidde kritiek vanuit de oppositie. Met name D66-leider Pechtold was er duidelijk over dat zijns inziens de premier te onzichtbaar is geweest op momenten dat het ertoe deed: de gruwelijke aanslagen in Noorwegen en de spannende dagen waarin de EU onderhandelde over verdere financiële steun aan Griekenland. Op die momenten had de leider van het land er moeten stáán, vond Pechtold. Het volk toespreken, richting wijzen.

Hoofdredactioneel commentaar
16 August 2011 12:48Gewijzigd op 14 November 2020 16:11Leestijd 3 minuten

Laat duidelijk zijn: Pechtold speelt zijn rol goed. Hij is aanvoerder van een oppositiepartij en in die hoedanigheid ziet hij het als zijn taak de schijnwerper te richten op elke tekortkoming van een minister of 
van de minister-president.

Dat doet hij eigenlijk best knap. Want hoewel hij er vorige week niet expliciet naar verwees, riep zijn verwijt van onzichtbaarheid herinneringen op aan de vorige premier. Ook over hem klonk regelmatig –en niet ten onrechte– de kritiek dat hij in geen velden of wegen te bekennen was als het aan het Binnenhof spannend werd.

Iets anders is of Pechtold inhoudelijk gelijk heeft. Had Rutte in het geval van de Griekse kwestie inderdaad van zijn vakantieadres terug moeten keren en een ministerraad bijeen moeten roepen? Daarover valt op zijn minst te twisten. Wie de gangen van de diverse Europese regeringsleiders natrekt, kan vaststellen dat die de achterliggende maand heel verschillend gehandeld hebben. De een luidde wel degelijk de noodklok en riep zijn ministersploeg acuut bijeen, de ander liep veel minder hard van stapel. Maar allen kregen van hun oppositie de wind van voren. Te passief geweest. Of overactief.

Ja, dat laatste kan ook. Een premier die hals over kop van zijn vakantieadres terugkeert, kan ook, onnodig, de financiële paniek voeden. Met alle kwalijke gevolgen van dien.

Daarom, wat Rutte vandaag in het Kamerdebat met recht verweten kan worden, is dat hij de bevolking in juli op het verkeerde been zette door ten aanzien van de Europese steunverlening aan Griekenland andere cijfers te hanteren dan zijn EU-collega’s in hun land deden. Maar of hij tekortschoot in leiderschap is maar zeer de vraag.

Een sterk punt van deze minister-president is zijn relaxedheid, zijn ontspannen houding en zijn vermogen om door een kwinkslag of relativerende opmerking de angel uit een discussie te halen. De VVD’er Rutte zul je niet snel in paniek of hollend achter een hype aantreffen. Dat is voor een leider een belangrijke eigenschap die hij, als hij hem bezit, moet koesteren.

Toch is er ook een andere kant. Wat iemands sterkste eigenschap is, is niet zelden meteen ook zijn zwakste. Balkenendes laconieke houding redde hem soms uit lastige situaties, maar keerde zich ook regelmatig tegen hem, namelijk wanneer dat laconieke doorsloeg in een schijn van ongeinteresseerdheid.

Op een vergelijkbaar effect zal ook Rutte alert moeten zijn. Ontspannenheid is goed, maar wie echte problemen te vaak wegwuift, komt op anderen lauw en niet betrokken over, wat hem op de lange duur wel degelijk imagoschade kan berokkenen.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer