Kerk & religie

„Immigratie christenen in Israël steeds moeilijker”

JERUZALEM – Dale Streisand uit de Verenigde Staten mag niet naar Israël emigreren. Dat vinden het Israëlische ministerie van Binnenlandse Zaken en het Joods Agentschap. Streisand zou aan zending doen.

Alfred Muller
23 February 2011 11:51Gewijzigd op 14 November 2020 13:49
JERUZALEM – De Knesset, het Israëlische parlement, nam in 1970 een amendement aan dat Messiasbelijdende Joden uitsluit van het recht te immigreren. Foto Alfred Muller
JERUZALEM – De Knesset, het Israëlische parlement, nam in 1970 een amendement aan dat Messiasbelijdende Joden uitsluit van het recht te immigreren. Foto Alfred Muller

De instanties lieten de Amerikaan dat weten nadat hij een aanvraag had ingediend om zich in Israël te vestigen, zo zei hij recent tegenover de krant Ha’aretz.

Als reden werd opgegeven dat Streisand een link op zijn Facebookpagina had staan van „een christelijke missionaire website.” Het ging om de link ”klik hierop als je van Jezus houdt”. Zelf zegt Streisand een orthodoxe Jood te zijn, die de Thora bestudeert. De link zou hij van een vriend hebben gekregen.

Handelen het Joods Agentschap en het ministerie hier illegaal? Dat ligt eraan. De wet op terugkeer bepaalt wie zich wel en niet in Israël mag vestigen. De uit 1950 daterende wet stelt dat „elke Jood het recht heeft zich in dit land te vestigen als immigrant.” In 1970 nam de Knesset echter een amendement aan dat stelt dat voor de wet op terugkeer een Jood een persoon is die uit een Joodse moeder is geboren of zich tot het Jodendom heeft bekeerd en „geen lid is van een andere religie.”

Voor Messiasbelijdende Joden is de laatste bepaling geen reden geweest om af te zien van immigratieverzoeken. Ze stellen immers dat ze niet tot een andere godsdienst zijn overgegaan, maar Joden zijn die een andere interpretatie hebben van Wie de Messias is.

Het Israëlische hooggerechtshof denkt daar anders over. In 1989 oordeelde het hof dat Joden die geloven dat Jezus de Messias is, christenen zijn. Dat gebeurde toen een Joods echtpaar uit Zuid-Afrika, Gary en Shirley Beresford, zich in Israël wilde vestigen.

Rechter Menachem Elon zei destijds dat Messiasbelijdende Joden proberen „de geschiedenis 2000 jaar terug te draaien.”

Het Joodse volk heeft tijdens 2000 jaar geschiedenis echter besloten dat Messiasbelijdende Joden niet tot de Joodse natie horen en dat zij niet het recht hebben om zichzelf op te dringen. „Zij die in Jezus geloven, zijn in feite christenen”, aldus een verklaring van het land. De Beresfords verlieten later Israël en schreven het boek ”Het onbeloofde land”.

Het amendement van 1970 bepaalt ook dat familieleden van Joden het recht hebben zich in Israël te vestigen. Dus ook een kind van een Joodse vader, een kleinkind van een Joods persoon, iemand die met een Jood getrouwd is of met een kind of kleinkind van een Joods persoon kan de immigratieformulieren invullen.

Als deze familieleden geloven dat Jezus de Messias is, noemen ze zich ook vaak Messiasbelijdende Joden. Ze zijn volgens de halacha (de Joodse traditie) weliswaar niet Joods, maar velen in de Messiaanse beweging zijn van mening dat de lijn niet via de moeder, maar via de vader loopt. Daar zijn volgens hen Bijbelse argumenten voor.

Het ministerie hield deze mensen soms tegen. Advocaat Michael Dekker wees er in 2008 op dat het ministerie de Beresfordzaak gebruikt tegen alle Messiasbelijdende Joden, hoewel deze alleen mag worden gebruikt tegen Joden die halachisch Joods zijn. Wat het ministerie deed was dus illegaal.

Dekker schreef ook dat de Beresforduitspraak niet relevant is voor Messiasbelijdenden bij wie de connectie met het Jodendom niet via de moeder loopt. „Dat betekent dus dat vele Messiasbelijdende Joden het recht hebben om zich in overeenstemming met de wet in Israël te vestigen.”

Een juridische bron in Israël die zich bezighoudt met godsdienstvrijheid in Israël zegt echter dat het ministerie doorgaat in strijd met de wet te handelen. In 2009 startte het Jeruzalem Instituut voor Recht een zaak tegen het ministerie wegens „minachting van het hooggerechtshof.” Het ministerie weigerde de beslissing van 2008 uit te voeren.

In 2009 nam het Joods Agentschap in zijn onlinevragenformulier voor mensen die willen immigreren de vraag op of ze geloven dat Jezus de Messias is. Als ze ja invullen, krijgen ze als antwoord dat het erop lijkt dat ze niet onder de wet op terugkeer vallen.

Het bureau voor democratie, mensenrechten en arbeid van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken schreef nadien in zijn rapport over godsdienstvrijheid: „De uitsluiting van immigratie werd routinematig alleen op Messiasbelijdende Joden toegepast, terwijl Joden die atheïst waren of voor andere religies kozen, inclusief vele hindoestanen en boeddhisten, niet geweigerd werden.”

Steeds moeilijker

De Israëlische bron bevestigt dat het steeds moeilijker wordt voor gelovigen om zich in Israël te vestigen. „Het Joods Agentschap heeft een zeer duidelijk beleid om christenen en Messiasbelijdende Joden te verhinderen te immigreren, zelfs als ze afstammen van Joden.” Immigratieautoriteiten kijken –zo blijkt uit de kwestie-Streisand– ook rond op sociale websites in een zoektocht naar informatie over het geloof van de aanvrager.

De vraag is waarom het ministerie van Binnenlandse Zaken blijkbaar steeds strenger wordt in de toelatingscriteria. Een bron binnen de beweging van Messiasbelijdende Joden in Israël schrijft dit toe aan „de paniek” die is ontstaan bij de immigratieautoriteiten. Minstens 1 tot 2 procent van de Joden wereldwijd zou namelijk geloven dat Jezus de Messias is.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer