De komst van een kind en alles wat ermee samenhangt is ingrijpend. Laat staan dat er twee, drie of vier baby’s tegelijk worden geboren. In ”Hét meerlingenboek” probeert auteur Irma Ooijevaar te schetsen wat ouders te wachten staat. „De huisarts had net een echo-apparaat en vroeg of hij mocht oefenen. „Ik zie er twee…”, zei hij. Ik was niet echt verbaasd, omdat in de familie veel tweelingen voorkomen. Maar toen zei hij: „Oh nee, nóg een!” En inderdaad, daar zag ik drie kleine bolletjes. Ik heb geen moment gedacht: wat erg. Wat ik wel moeilijk vond, is dat we mensen in de omgeving hebben die geen kinderen kunnen krijgen. Wij moesten vertellen dat we er dríé kregen.”

Het blijft leuk om ervaringsverhalen te lezen. In ”Hét meerlingenboek” staan ze als kleine stukjes verspreid door de hele uitgave heen.

Verder bevat de uitgave, die gemaakt is onder redactie van het maandblad Kinderen, vooral veel praktische informatie. Het boek is verdeeld in vier thema’s: Zwanger van een meerling, Bevallen van een meerling, Nét moeder van een meerling en De opvoeding en ontwikkeling van een meerling. Ieder thema is uitgewerkt in minstens tien hoofdstukken.

Zeker de onderwerpen in de eerste twee thema’s zullen moeders die al kinderen hebben bekend voorkomen. De regels rondom zwangerschapsverlof zijn bijvoorbeeld nu eenmaal altijd hetzelfde, of iemand nu één kind of een meerling verwacht. Ook de voedingsvoorschriften wijken niet af. Wel handig is het groeischema voor in het boek. Vanaf week 32 groeien meerlingen over het algemeen minder snel dan een eenling.

Eveneens praktisch zijn de hoofdstukken over de verzorging van meerdere baby’s tegelijk in het derde gedeelte van het boek. Verder bevat vooral het vierde thema, ”De opvoeding en ontwikkeling van een meerling”, nuttige informatie voor (aanstaande) ouders van meerlingen.

Zeker wanneer de meerling tegelijk ook de eerste kinderen in een gezin zijn, is ”Hét meerlingenboek” een aanrader. Want één ding is wel duidelijk: met een meerling kom je in alle opzichten handen en ogen tekort.