Kerk & religie

„Het heil heeft redelijke gronden”

ROTTERDAM - De wereld is zich meer dan ooit bewust van het gevaarlijke misbruik van religie. Daarom is het belangrijker dan ooit om godsdienst bespreekbaar te maken op scholen, in de politiek en de geestelijke zorg. Dat stelde dr. W. Stoker woensdagavond voor het CSFR-dispuut Ichthus. „Geloven is op een redelijke wijze bespreekbaar.”

Van een medewerker
9 February 2006 11:18Gewijzigd op 14 November 2020 03:27

„De discussie over het gevaar van religie vraagt er om dat wij positieve redenen aanvoeren voor onze geloofsovertuiging. Bovendien roept 1 Petrus 3:15 ons ertoe op rekenschap te geven van de hoop die in ons is.” Volgens Stoker, die een lezing hield over het thema ”Is geloven redelijk?”, is het heel goed mogelijk om positieve redenen te geven voor de eigen geloofsovertuiging. Tenzij er goede redenen zijn om te denken dat die overtuiging niet waar is.Stoker pleit ervoor om in te zetten met het gegeven dat mensen zichzelf en de wereld religieus ervaren. „Voor velen is religie de grondtoon van het leven die dus ook het verstaan van de wereld beïnvloedt. Het gaat meestal niet om mystieke ervaringen, maar om duurzame religieuze ervaring, met andere woorden: om Pasen in ons dagelijks leven. Deze ervaring zorgt voor de ontwikkeling van een gedragspatroon dat de wereld religieus interpreteert.”

Het religieus geloof is de mens volgens Stoker niet ingebakken als een eigenschap. „Geloven berust op antwoord geven op een getuigenis. De vraag is dus of getuigenissen en getuigen redelijk zijn. Wij hebben de evangeliën, die de kerk als gezaghebbend aanvaardt. De kerk getuigt dat Christus in het heden leeft en werkt door Zijn Geest. De claim dat mensen heil ervaren van Godswege in Christus kan alleen weerlegd worden als er betere sociologische of psychologische verklaringen zijn, of als het christelijk geloof historisch niet verankerd zou zijn. Als Jezus enkel fictie is, geen historische persoon, dan valt mijns inziens de basis van het christelijk geloof weg. Maar dat is niet aangetoond.”

Stoker erkent dat redenen voor het geloof nooit neutraal zijn. „Iemand die van zijn geloof getuigt, is daar met zijn hele persoonlijkheid bij betrokken. Hij kan nooit neutraal over zijn eigen geloven spreken. Getuigen heeft dus iets absoluuts, maar ook iets relatiefs. Getuigen heeft wat het christelijk geloof betreft voornamelijk het karakter van een verhaal. Maar verhalen vertellen is ook een vorm van argumenteren.”

Vaak wordt gezegd dat emotie en stemming iets willekeurigs zijn. Stoker legt er de vinger bij dat hedendaags onderzoek uitwijst dat emotie juist heel goed met kennis kan worden verbonden. „Wij staan, zoals een piano, gestemd in het leven. Emotie kan heel goed met kennis verbonden worden. Woede is bijvoorbeeld al dan niet terecht. Het affectieve in het geloof verheldert waarom mensen met hart en ziel bepaalde levensbeschouwelijke en politieke overtuigingen hebben.”

De positieve reden om te geloven bestaat volgens Stoker in de religieuze ervaring zelf. „Ervaringen hebben een verplichtende kracht. We moeten de bewering dat mensen heil van Godswege ervaren, verklaren op grond van het christelijk geloof zelf. Deze bewering is redelijk, gezien de daarvoor aangevoerde gronden én gezien het feit dat mogelijke weerleggingen niet zo sterk zijn dat ze deze bewering onmogelijk maken.” Geloofsverantwoording werkt met levensbeschouwelijke argumenten. Daaruit concludeert de godsdienstwijsgeer dat geloofsverantwoording uiteindelijk niet kan overtuigen van de eigen waarheid. „Deze verantwoording dient wel eigen opvattingen en die van anders gelovigen kritisch ter discussie te stellen. Een gesprek in de samenleving over goede of gevaarlijke godsdienst is niet alleen mogelijk, maar kan een gevaarlijke godsdienst ook op redelijke gronden afwijzen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer