Provincie Zuid-Holland start onderzoek naar kleine kerncentrales
De provincie Zuid-Holland heeft twee jaar uitgetrokken voor een verkennend onderzoek naar kleine kerncentrales, zogeheten SMR’s. De provincie presenteerde woensdag het plan van aanpak hiervoor. Zuid-Holland onderzoekt tot in 2026 vooral welke „kansen en knelpunten” er zijn bij onder meer de vergunningverlening, bouw en exploitatie van Small Modular Reactors.
De provincie noemt het „processimulaties” en „het verzamelen van scenario’s”. Het moet informatie opleveren om in 2026 te kunnen beginnen aan een onderzoek naar mogelijke locaties voor SMR’s. Dat zijn kleine kernreactoren met een standaardontwerp, die sneller en tegen lagere kosten gebouwd kunnen worden dan een grote kerncentrale zoals in het Zeeuwse dorp Borssele staat.
De ontwikkeling van SMR’s zit wereldwijd nog in de beginfase, toch zien het Rijk en heel wat provincies dit als een mogelijke energiebron in de toekomst. In Zuid-Holland kondigden de coalitiepartijen GroenLinks-PvdA, BBB, VVD en CDA vorig jaar al een onderzoek aan naar zulke kleine modulaire kernreactoren. Het college van Gedeputeerde Staten heeft hier nu vorm aan gegeven, iets waar door de Provinciale Staten de afgelopen maanden regelmatig naar gevraagd was.
„Met kerncentrales gaan we een grote stap zetten naar een duurzame en veilige energievoorziening”, zegt VVD’er Axel Broekhuizen. „Inzet van kernenergie zal niet alleen onze energievoorziening verduurzamen, maar ook zorgen voor nieuwe economische kansen en werkgelegenheid.”
Zuid-Holland trekt bij het SMR-onderzoek op met de ministeries van Economische Zaken en Klimaat en met andere provincies. Het Rijk heeft 65 miljoen euro gereserveerd voor een meerjarig programma op het gebied van kernenergie, waaronder onderzoek naar de kleine reactoren. Het ministerie sprak eerder de verwachting uit dat rond 2040 de eerste SMR in Nederland geplaatst zou kunnen worden.