Stedin investeert ieder jaar meer in het stroomnet. Zo trok de netbeheerder in 2023 nog 825 miljoen euro uit, het jaar daarvoor 719 miljoen euro. De uitbreidingen zijn nodig omdat Stedin de vraag naar extra capaciteit snel ziet stijgen. Dat komt met name door de verduurzaming, waarvoor mensen warmtepompen, laadpalen en zonnepanelen installeren. De netbeheerder verwacht dat de komende jaren twee op de drie straten in Nederland open zullen moeten voor werkzaamheden.

Om het nieuwe vermogen toe te voegen, moeten 700 kilometer nieuwe kabels de grond in en ongeveer 400 nieuwe transformatorhuisjes worden geplaatst. Daarnaast zal Stedin dit jaar ook dertig grote verdeelstations bouwen en verbouwen. Het bouwen van zo’n station kan volgens de netbeheerder in drie jaar gebeuren. De voorbereidingen nemen echter meer tijd in beslag, soms wel zeven jaar.

Dat proces kan sneller, iets waar Stedin over praat met gemeenten. Bijvoorbeeld als het gaat over het wijzigen van bestemmingsplannen. „De versnelling is alleen mogelijk als we bereid zijn om al vroegtijdig plannen met elkaar te delen. Denk aan de komst van een nieuwbouwwijk of een bedrijventerrein waarvoor de stroomvraag enorm toeneemt”, legt operationeel topvrouw Trudy Onland van Stedin uit.