Onderwijs & opvoedingLeven en welzijn
„Is het voor een cijfer?”; huidige cijfermentaliteit slecht voor motivatie

In het onderwijs gaat het er uiteindelijk niet om wat voor cijfer je krijgt, maar vooral of je stof beheerst. Dat klinkt logisch, maar de praktijk is weerbarstiger. Het overgangsrapport of de eindlijst heeft toch het laatste woord.

beeld iStock
beeld iStock

Leerlingen in het voortgezet onderwijs krijgen gemiddeld 102 toetsen per jaar. Johannes Visser, die schrijft voor De Correspondent, legde daar eind vorig jaar de vinger bij in een betoog dat ook in boekvorm is verschenen (”Is het voor een cijfer?”, uitg. De Correspondent). Je kunt dat relativeren, door te zeggen dat het –slechts– om twee tot drie toetsen per week gaat. Maar let op, het is een gemiddelde. En er zijn dus ook scholen die hier fors boven zitten, wat leidt tot weken van zes of meer overhoringen en waarin een kind meer overuren maakt dan je in het bedrijfsleven verantwoord zou vinden. Om over de mentale druk die al die repetities op de leerling leggen nog maar te zwijgen.

Niet alleen het welzijn, ook de motivatie van leerlingen heeft te lijden onder de huidige cijfermentaliteit. Is het niet voor een cijfer, dan zijn leerlingen niet in de benen te krijgen, leerde Visser in de periode dat hij zelf leraar Nederlands was. Als voorbeeld noemt hij een leerlinge die vraagt of ze eerder naar huis mag, terwijl ze als klas op de publieke tribune van de Tweede Kamer een debat volgen. De reden? Ze heeft de volgende dag een toets. Visser kan het nog begrijpen ook, maar baalt ervan dat een levensverrijkende ervaring voor het meisje minder belangrijk is dan het cijfer dat ze de volgende dag moet halen.

Als beginnend docent dacht Visser dat cijfers motiveren en nodig zijn om leerlingen aan het leren te krijgen. Daar staat hij nu heel anders in. Cijfers zorgen ervoor dat leerlingen de meeste tijd kwijt zijn aan vakken waar ze slecht in zijn, ontdekte hij. Vakken die zeggen dat ze dommer zijn dan hun klasgenoten en niet helpen hun talent verder te ontwikkelen. Het kind wordt aangespoord om van een 5 een 6 te maken, niet om van een 8 een 9 te maken.

Zweten, weten en vergeten, zo vat Visser het leren voor een goed cijfer mooi samen. Het is ook de bevinding van prof. dr. Hedderik van Rijn, als neurowetenschapper verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen. In een kort maar krachtig videocollege van de Universiteit van Nederland, die als missie heeft om kennis van topwetenschappers voor elke Nederlander beschikbaar te maken, legde hij eind vorig jaar uit dat het anders moet én anders kan.

De meeste leerlingen nemen genoegen met een dag voor de toets een uur stevig stampen. Dat levert een 20 procent hoger cijfer op dan eerder die week twee keer een halfuur leren, blijkt uit onderzoek. Een begrijpelijke keuze dus, vindt Van Rijn. Maar ga je die leerlingen een maand later opnieuw toetsen, dan blijkt juist de groep die gespreid leerde 20 procent hoger te scoren.

De Groninger hoogleraar pleit ervoor het studeergedrag te beoordelen. De digitale mogelijkheden op dat gebied zijn de laatste jaren sterk toegenomen. Dan gaat het niet alleen om online woordjes leren ter voorbereiding op een schriftelijke overhoring. Dergelijke programma’s zijn volgens Van Rijn prima toe te passen om een student te beoordelen. De afsluitende overhoring kan dan achterwege blijven.

Nog meer verwacht Van Rijn van lesprogramma’s die van je eisen dat je over een periode van twee weken minimaal drie vinkjes haalt, steeds met een periode van twee dagen ertussen. De meeste leerlingen gaan dezelfde avond al aan het werk, blijkt uit een proef op de montessorischool in Amsterdam. Ook de leerlingen die de zaak op zijn beloop laten, moeten minimaal een week voor de einddatum beginnen, want anders halen ze hun vinkjes niet.

De digitale werkomgeving levert een stuk minder stress op, want een eindtoets blijft achterwege. Volgt er na afloop toch een onverwachte toets, dan halen leerlingen gemiddeld een hele punt hoger. Voor Van Rijn is het wel duidelijk: het is tijd voor een nieuw systeem en digitale hulpmiddelen kunnen daarin veel betekenen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer