Padden verliezen veel gewicht in warme winter
De gewone pad verliest in warme winters veel gewicht. Daardoor zijn ze kwetsbaarder voor plotseling invallende vorst en komen ze verzwakt uit hun winterslaap. Dat is onder meer slecht voor de vruchtbaarheid en het immuunsysteem van de dieren, concludeert bioloog Arnold van Vliet van de Wageningen Universiteit op basis van onderzoeken. Volgens Van Vliet was het in januari ook weer te warm voor de pad.
Te warme winters zijn mogelijk de verklaring voor de achteruitgang van de padden in Nederland in de afgelopen vijftien jaar. Het aantal dieren nam met 60 procent af. Padden komen nog wel overal in het land voor, maar per leefgebied is het aantal „dramatisch” achteruitgegaan volgens Van Vliet. Padden eten daarnaast veel insecten, maar die lijden ook onder te warme winters.
Onderzoek onder padden heeft aangetoond dat de amfibieën bij hogere temperaturen tijdens hun winterslaap ruim 25 procent meer energie verbruiken dan wanneer het koud zou zijn. Hun lichaamsgewicht nam in twee dagen tijd met bijna 20 procent af. Padden zullen in warme winters dus eerder verhongeren. En omdat ze weinig energie hebben maken ze te weinig stoffen aan die ze beschermen tegen bevriezing, als het weer ineens wel winters wordt.