Dat zegde de bewindsman voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS) woensdag toe aan SGP-Kamerlid Chris Stoffer. Van Leeuwen informeert de Kamer binnen zes weken over de uitkomsten. De Kamer debatteerde dinsdag en woensdag over de begroting van BHOS.

Aanleiding voor de vraag van Stoffer om dit te onderzoeken is een publicatie in het Reformatorisch Dagblad (RD) van vorige week vrijdag. Daarin kwam naar voren dat Nederland geld uittrekt voor programma’s die geboortebeperking beogen. In een document over een programma in Burundi valt te lezen dat er sprake is van een „topprioriteit”. In Jemen wordt het gratis aanbieden van sterilisatie aan vrouwen gesubsidieerd. Niet uitgesloten is dat er nog meer voorbeelden zijn. Het ministerie van Buitenlandse Zaken benadrukte tegenover het RD zelf nergens ter wereld naar een lager vruchtbaarheidscijfer te streven.

„Nederland heeft geen beleid om andere landen dit op te leggen”, zei Van Leeuwen woensdag. „Als er geen beleid is, lijkt dit op z’n minst twee keer in de uitvoering af te wijken”, reageerde Stoffer.

De minister zei „zeker bereid” te zijn te onderzoeken of er meer programma’s zijn die inzetten op geboortebeperking. „We zullen een bredere toets doen op de verschillende projecten om te kijken wat er breder aan de hand is.”

UNRWA

Tijdens het debat werd uitgebreid gesproken over de VN-organisatie voor Palestijnse vluchtelingen UNRWA, die onder vuur ligt. Twaalf medewerkers zouden betrokken zijn geweest bij de terreuraanval van Hamas op 7 oktober. Verder zou ongeveer 10 procent van de 12.000 UNRWA-medewerkers in Gaza banden hebben met militanten, berichtte The Wall Street Journal maandag. Eerder, op 10 januari, schreef de organisatie UN Watch over een Telegramgroep met 3000 UNRWA-leraren. Volgens de organisatie stond de groepschat vol met berichten waarin het bloedbad van Hamas werd gevierd. In het verleden lag UNRWA vaker onder vuur.

Van Leeuwen besloot zaterdag voorlopig geen nieuw geld naar UNRWA over te maken. De bewindsman sprak woensdag in de Kamer van een „politiek signaal” aan UNRWA om duidelijk te maken hoe serieus het kabinet de aantijgingen neemt. „Dit is geen incident”, zei Van Leeuwen. Hij spreekt deze donderdag met de topman van UNRWA „om hem te vragen hoe wij kunnen helpen om dat onderzoek te versnellen”. De minister vindt dat er een breed onderzoek moet komen waarin „alle aspecten worden meegewogen, ook geruchten en Telegramkanalen”.

In reactie op de PVV zei hij dat dit „zeker niet het moment” is om te praten over ontmanteling van UNRWA. „Of we het nu leuk vinden of niet, we hebben UNRWA hard nodig om de komende tijd humanitaire hulp te blijven leveren.”

Van Leeuwen zei dat het „heel moeilijk” is op korte termijn de rol van UNRWA te vervangen. „We zijn heel hard op zoek naar alternatieve manieren van hulp”, stelde hij.