Waterschap Zuiderzeeland werkt niet mee aan de omvangrijke vernieuwing van de kustlijn van Lelystad aan het Markermeer. Het schap gaat geen ontheffingen verlenen of gronden overdragen voor bouwen en de ontwikkeling van een groot waterrecreatiegebied, waar de gemeente al jaren plannen voor maakt. Het plan Waterfront Lelystad, waar de gemeente binnenkort over wil beslissen, is deels onjuist, onvolledig en onvoldoende onderzocht, stelt het waterschap in een zienswijze die ook is verstuurd aan het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de provincie Flevoland.
Lelystad wil de ligging van de stad aan het Markermeer veel meer benutten. Het plan Waterfront voorziet in de bouw van zo’n 1500 woningen, de bouw van een waterrecreatiehotel „met internationale allure”, de aanleg van een stadsstrand en verbinding met het Nationaal Park Nieuw Land. Realisering van het plan gaat ongeveer 50 miljoen euro kosten. Voor het plan zijn aanpassingen aan en rond de Oostvaardersdijk nodig.
De Oostvaardersdijk, in beheer bij Zuiderzeeland, is een primaire waterkering, aldus het waterschap. Grote veranderingen aan en bij de dijk passen niet binnen de eisen van de waterveiligheid. De gemeente wekt ten onrechte de indruk dat er in de planontwikkeling nauw is samengewerkt met het waterschap. De Oostvaardersdijk moet in het kader van het hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) waarschijnlijk versterkt worden. De gemeente wil dit in het plan Waterfront alvast meenemen, maar pas in 2027 is bekend hoe de versterking eruit moet gaan zien, aldus het schap. „De gemeente loopt op de feiten vooruit op een manier die tot onomkeerbare situaties kan leiden”, staat in de zienswijze.
Het schap voelt ook heel weinig voor woningbouw in het Markermeer of bij de dijk. Dat zou de zoetwatervoorraad van het IJsselmeer in gevaar kunnen brengen. Het schap adviseert de gemeenteraad van Lelystad om plan Waterfront niet vast te stellen.
