Wetenschap 14 november 2000


„Stijging van wereldtemperatuur niet grootste boosdoener”

Malaria rukt op naar nieuwe streken

Door Janneke Hak
Malaria is in beweging. De parasiet en de muskiet die de ziekte overbrengen, voelen zich door een warmer klimaat wereldwijd in steeds meer gebieden thuis. Ook andere ziekteverwekkers die voor hun verspreiding afhankelijk zijn van een insect profiteren van het broeikaseffect. Toch is klimaatverandering maar een van de vele oorzaken die de reislust van infectieziekten verklaren.

„Nederland krijgt te veel natte natuurgebieden waarin de malariamug zich thuis voelt. Binnen tien tot vijftien jaar is malaria terug in Nederland. Straks slikt heel de Randstad malariapillen.” De angst dat de infectieziekte Nederland opnieuw zal bereiken, zit er bij sommige wetenschappers diep in. Flarden van verwarde en tegenstrijdige berichtgeving zijn overal te vinden. Dr. Pim Martens, senioronderzoeker aan de Universiteit van Maastricht, is niet onder de indruk van zulke paniekberichten.

„In de jaren vijftig is malaria uit Nederland verdwenen. De muggen die de aandoening over kunnen brengen zijn er nog wel, maar het aantal is flink gedaald. Het insect kan niet tegen vervuild oppervlaktewater. Betere behuizingen en een goede infrastructuur houden het aantal muggen ook binnen de perken.”

En al komt de parasiet terug, dan is de gezondheidszorg goed in staat om de problemen op te vangen. „Als patiënten op tijd naar het ziekenhuis gaan en de dokter de infectie niet over het hoofd ziet, is malaria goed te behandelen. In arme landen krijgt de bevolking hooguit goedkope medicijnen. Die werken niet goed. Artsen in Nederland schrijven dure en veel betere medicijnen voor.”

Hooglanden
Mede onder invloed van een warmer klimaat rukt malaria steeds verder op naar het noorden. In Zuid-Europa en Noord-Amerika zijn de eerste gevallen al gemeld. Maar Martens is veel bezorgder over de situatie in de Afrikaanse hooglanden. Ook die relatief koude gebieden hebben nu regelmatig te kampen met malaria, terwijl de ziekte er in het verleden niet voorkwam. „Een aantal jaren geleden was er in Italië een malaria-epidemietje waarbij drie personen een infectie opliepen. Die drie gevallen zijn niet te vergelijken met de duizenden bewoners van de hooglanden op Madagaskar die in de jaren tachtig het slachtoffer werden van een epidemie.”

De hooglanden zijn geen ruwe gebergten waar weinig mensen wonen. Het zijn juist dichtbevolkte gebieden. Op zo'n plateau wonen honderdduizenden mensen en ook veel malariamuskieten die minder van warmte afhankelijk zijn dan de parasiet zelf. Doordat de lage gebieden zo dicht bij de hooglanden liggen, kan de parasiet zich bij een iets hogere temperatuur gemakkelijk verplaatsen naar hogere gebieden.

Een epidemie in het hoogland is een ramp. In malariagebieden zijn vooral kinderen vatbaar voor de ziekte. Volwassenen hebben immuniteit opgebouwd. In de hooglanden worden ook de ouderen ziek. Armoede staat een goede behandeling in de weg.

Verdelgen
Toch vindt Martens het nog te vroeg om de toename van malaria toe te schrijven aan de wereldwijde opwarming van de aarde. In de jaren zestig is op grote schaal geprobeerd de ziekte uit te roeien door niet alleen de parasiet maar ook de mug te verdelgen. Helaas waren beide na een paar jaar niet meer gevoelig voor de bestrijdingsmiddelen. Ook tegen nieuwe medicijnen bouwen de ziekteverwekkers resistentie op.

Door toenemend reisverkeer kan de aandoening zich gemakkelijker verspreiden over de aarde. Verdwaalde muskieten uit vliegtuigen zorgen rond luchthavens waar malaria van nature niet voorkomt regelmatig voor besmettingen en ook de bewoners van malariagebieden reizen steeds meer. De grote armoede in die streken doet pogingen om de ziekte in te dammen geen goed.

Wetenschappers verrichten epidemiologisch onderzoek om hun vermoedens om te zetten in bewijzen, zegt Martens. „Onderzoekers tellen het aantal ziekte- en sterfgevallen in een afgebakend gebied en vergelijken die gegevens met resultaten uit voorgaande jaren. Wereldwijd worden bepaalde gebieden een aantal jaren achter elkaar bestudeerd. Op dit moment verrichten onderzoekers van de Universiteit van Maastricht vier jaar lang zo'n studie in Kenia. We meten temperatuur en neerslag, tellen muggen in huizen en nemen bloed af om te kijken of mensen malaria onder de leden hebben.”

Computermodellen voorspellen hoe malaria zich in de toekomst zal verspreiden. „Alle bekende gegevens van een gebied zetten we in de computer. De verspreiding van een infectieziekte onder de bevolking in de toekomst is te berekenen aan de hand van wiskundige formules. Die gegevens combineren we met de verwachte klimaatgegevens. Zo bepalen we de kans of een plaats een malariagebied wordt.”

Extraatje
Hoewel stijging van de gemiddelde wereldtemperatuur niet de belangrijkste boosdoener is waardoor infectieziekten zich sneller kunnen verspreiden, kan de situatie volgens Martens wel verder verslechteren. Niet alle wetenschappers zijn dat met hem eens. „De Amerikaanse entomoloog (insectendeskundige) dr. P. Reiter gelooft niet in de ernst van het klimaatprobleem. Hij is van mening dat onderzoek naar klimaatverandering geld afsnoept van projecten die zich bezighouden met grotere problemen. Dat ben ik niet met hem eens. Ik zie klimaatonderzoek als een extraatje. Als wij dit onderzoek niet zouden doen, betekent dat niet dat er meer geld beschikbaar zou zijn om het armoede- of resistentieprobleem te verhelpen.”

Zie ook:
Abc van Kyoto en klimaatverandering

Muizen, muggen en slakken op reis

Malaria van mug naar mens

Interessante sites:
www.panda.org