Voorpagina 12 maart 1999

Eerdere berichtgeving

Zie ook:
Premiers boos over lakse houding Israël

Lubbers en Kok volop in duel

Sorgdrager erkent passieve houding

Borst vond nieuw
onderzoek niet gewenst

Van onze redactie politiek
DEN HAAG – Alhoewel er in 1996 en 1997 nieuwe gezondheidsklachten bij de bewoners van de Bijlmer naar boven kwamen, vond minister Borst van volksgezondheid het „verstandig” geen nieuw onderzoek te laten verrichten. „Een deel van de lading was nog onbekend en de klachten waren te divers.”

Vice-premier Borst verantwoordde zich vanmorgen voor de enquêtecommissie die onderzoek doet naar de Bijlmerramp. Commissielid Oudkerk verbaasde zich erover dat Borst op kamervragen over nieuwe gezondheidsklachten uit 1996 en 1997 telkens heeft verwezen naar een onderzoek van de Amsterdamse GGD uit 1994. Volgens Borst hebben haar ambtenaren wel steeds contact met de GGD opgenomen, maar daar verklaarde men dat er geen nadere aanwijzingen waren om alsnog een gericht onderzoek in te stellen. „Een nieuw onderzoek zou meer kwaad dan goed hebben aangericht.”

Oud-minister Sorgdrager van Justitie zei eerder vanmorgen dat zij in het Bijlmerdossier steeds een „passieve houding” heeft aangenomen, omdat „alle geruchten onvoldoende grond boden om aan strafrechtelijke feiten te denken.” Om die reden heeft Sorgdrager nooit de opdracht tot diepgravender onderzoek naar mogelijke malversaties met de vrachtbrieven gegeven, ondanks het feit dat de samenleving en de politiek daarover ruim 6 jaar lang in beroering is geweest.

Puntmutsen
Sorgdrager ontkende dat zij de Kamer onvolledig zou hebben geïnformeerd. In een onderzoek van de rijksrecherche naar de beruchte mannen in vreemde witte pakken, waartoe Sorgdrager eind 1997 opdracht gaf, was slechts sprake van één getuige die twee Israëliërs in vreemde pakken had gezien. Dat onderzoek echter maakte ook melding van negen andere waarnemingen van mensen in witte pakken. Sorgdrager meldde dit niet volledig aan de Kamer, omdat zij deze verklaringen „nietszeggend” vond.

Commissielid Oudkerk vond dat zeer verbazend, „zeker bij een dossier dat, naar u zelf erkent, zo ontzettend gevoelig lag. U had alle feiten moeten melden, want de Kamer kan vervolgens zelf wel bepalen of ze die nietszeggend vindt of niet.” Oudkerk voegde daaraan toe dat de commissie inmiddels zekerheid heeft over de aanwezigheid van mensen met „witte pakken met puntmutsen” op de plek des onheils op de avond van de ramp.