Dit artikel is partnercontent.
Het verhaal van Limbani
In Malawi –één van de armste landen ter wereld– zijn veel problemen, zoals hongersnoden en ziekten. Maar één van de grootste is wel het grote aantal weeskinderen: meer dan 1 miljoen, en dat op zo’n 18 miljoen inwoners. Veel van deze kinderen hebben hun ouders verloren aan hiv of aids en zijn zelf ook besmet. Ze staan er nu alleen voor, ze hebben niemand die voor hen kan of wil zorgen. Stichting Stéphanos draagt zorg voor deze kansarme en kwetsbare kinderen en jongeren.
Limbani Mbizi zit onder een boom en speelt draft –een Afrikaans bordspel met kuiltjes en zaden– als ik hem kom ophalen. Het is een warme dag en er is bijna geen wolkje aan de lucht te zien. Limbani is een rustige jongen en klein voor zijn leeftijd. Zelden zie je een lach op zijn gezicht.
Zijn geboortedatum weet hij niet exact. Hij denkt 22 november 1994. Iets wat in Malawi veel voorkomt. Hij is geboren in Mzimba, een stadje in het noorden van het Afrikaanse land. Limbani behoort bij de etnische groep Tumbuka. Ze staan bekend als harde werkers. Vader had een winkeltje in auto-onderdelen en moeder bewerkte het land.
Vóór Limbani vijf jaar oud is, overlijdt zijn vader. Zijn moeder verhuist met hem en zijn oudere zus Vilete Khumbo naar haar ouders die in Chileka –in het zuiden– wonen. Na korte tijd overlijdt ook zijn moeder. Beide ouders hadden hiv of aids.
Vilete en Limbani blijven bij hun grootouders wonen. Opa en oma hebben nu de zorg voor acht kleinkinderen. Het huisje heeft drie kamers en ’s nachts slapen ze op matten op de grond. De familie moet leven van de opbrengst van hun tuin. Vaak krijgen ze maar één maaltijd per dag en soms is er geen eten.
Bloedtest
Op een dag, Limbani is dan 10 jaar, komt de ”social welfare” langs. Deze welzijnsdienst van de overheid gaat dorpen langs en signaleert of er schrijnende gevallen zijn. Ze wijzen de grootouders op het weeshuis van de stichting Stéphanos. Vier van de acht kinderen, onder wie Limbani, worden opgenomen. Een bijzondere ervaring. Ineens krijgen ze drie maaltijden per dag en slapen ze in een bed met matras. Ook gaan ze op het terrein naar school.
Na een bloedtest te hebben afgenomen, blijkt Limbani positief te zijn. Tweemaal daags slikt hij medicijnen. Door de goede voeding en het medicijngebruik gaat zijn gezondheid vooruit en wordt Limbani sterker. Momenteel is eenmaal per dag medicijnen genoeg. Iedere twee maanden gaat hij voor controle naar het ziekenhuis.
Als Limbani 16 jaar is, rondt hij de lagere school af en gaat hij terug naar zijn grootouders. Stéphanos blijft hem steunen met schoolgeld, een uniform, medicijnen en voedsel. Tijdens een langdurige ziekteperiode neemt Stéphanos hem weer op in het weeshuis. Door zijn ziekte loopt hij achter op school, maar Limbani zet door en maakt de opleiding af.
Het sponsorprogramma stopt na het voortgezet onderwijs. Aan de hand van iemands capaciteiten wordt gekeken of hij of zij in aanmerking komt voor vervolgonderwijs. Limbani komt goed uit de bus. Stéphanos vindt nieuwe sponsors voor hem, zodat hij kan doorleren. Hij zit nu in het eerste leerjaar van het Soche College in Blantyre en volgt de opleiding hiv/aids-management. Een opleiding van drie jaar. ’s Ochtends krijgen ze klassikaal les en ’s middags studeren ze in de bibliotheek. Hij is intern en moet voor zichzelf zorgen. Hoofdbestanddeel van het eten is maïs, gecombineerd met groente, en soms vis of eieren.
Op zaterdag studeert Limbani of hij gaat sporten met vrienden. Tijdens de vakanties woont Limbani bij zijn grootouders. Opa is 90 en oma 78 jaar. Ook zijn zus woont daar nog.
Trouwen
Met dankbaarheid kijkt Limbani terug op zijn periode in het weeshuis. Het was een goede tijd. „Ik heb er zoveel geleerd, ook op godsdienstig gebied”, zegt hij. Op mijn vraag hoe zijn leven zou zijn geweest zonder deze hulp, kijkt hij vertwijfeld.
Kent hij jongens of meisjes die hiv of aids hebben, maar geen hulp kregen? Hij kijkt triest en zegt: „Ja, de meesten kunnen geen medicijnen betalen, waardoor ze zwak zijn en niet goed kunnen werken. Ze leven in armoede. Sommigen gaan stelen. Gemiddeld worden ze niet ouder dan 27 jaar.”
Limbani’s toekomst is nog onzeker. Kan hij werk vinden na zijn studie? Hij kan aan de slag als voorlichter, adviezen en trainingen geven, maar de banen liggen niet voor het oprapen. „En wat als je niets vindt?” vraag ik. „Dan ga ik zelf de dorpen in om mijn kennis te delen”, zegt hij verbeten. Aan trouwen wil hij nog niet denken. „Eerst leren welke risico’s mijn ziekte met zich meebrengt.”
Aan het eind van het gesprek vragen we God om hulp voor hem en zijn land. Even is er een glimlach op zijn gezicht. „Dank je”, zegt hij.
Als ik aan Limbani vraag of hij nog een boodschap heeft voor Nederland, zegt hij dat hij heel dankbaar is voor de hulp die hij krijgt. Hij heeft vrienden die geen kans hebben om te studeren, maar dankzij sponsoring heeft Limbani die wel.
Sponsorprogramma voor studenten
Een hoge werkloosheid. Dat is één van de grootste problemen waar Malawi mee te kampen heeft. Maar liefst 80 procent van de Malawianen heeft geen baan, en onder jongeren ligt dat percentage op 77. Het is essentieel om deze jongeren de kans te geven om te werken aan hun toekomst in eigen land, zodat ze die niet elders gaan zoeken. Een land als Malawi heeft goede, hoger opgeleide mensen met vakkennis nodig. Deze jonge mensen kunnen het land –onder de zegen van de Heere– op lange termijn zelfstandiger en zelfvoorzienend maken.
Is er dan geen toekomst voor jongeren in Malawi? Gelukkig zien we mogelijkheden om jongeren een toekomst te bieden. Stéphanos is in januari een studenten-groepssponsorprogramma gestart om jongeren in Malawi een toekomst te geven.
Hoe is het programma ontstaan? De scholen staan verspreid in een groot gebied van Malawi, zodat het voor studenten en medewerkers van Stéphanos niet haalbaar is om elkaar meer dan één keer per jaar te ontmoeten zonder dat dit extra kosten met zich meebrengt. Omdat de kosten voor opleidingen elk jaar stijgen, moesten er soms meer dan twee sponsors voor een student gezocht worden. Een vervolgstudie is duur –gemiddeld zo’n zestig euro per maand– en die kan niet betaald worden met het standaard adoptietarief. Om deze knelpunten op te lossen, heeft Stéphanos besloten een andere weg in te slaan en is er gekozen voor een groepsadoptievariant. Een sponsor betaalt twintig euro per maand en ontvangt een of twee maal per jaar een voortgangsverslag over de studenten die via dit programma gesponsord worden. Deze vorm van sponsoring van studenten is er in onze gezindte momenteel nog niet.
Wie komen er in aanmerking voor sponsoring? Als een leerling uit één van de sponsorprogramma’s van Stéphanos geslaagd is voor het voortgezet onderwijs en verder wil studeren, dan worden zijn of haar resultaten en motivatie grondig bekeken door de begeleider van Stéphanos en door medewerkers in Nederland. Met de begeleider en het schoolbestuur worden de kosten en tijdsduur van de studie besproken. Zij beslissen ook of de student aan zijn studie kan beginnen.
De komende tijd wil Stéphanos het studentadoptieprogramma uitbreiden. Naast de basiskennis die de kinderen op het basis- en voortgezet onderwijs meekrijgen, is een vervolgopleiding onmisbaar bij het vinden van een baan. Omdat er in Malawi weinig werk is, is het voor jongeren essentieel om een vak te leren en de kans op een baan te vergroten. Daardoor kunnen ze voorzien in hun levensonderhoud en in dat van hun gezin.
Inmiddels zijn de examenuitslagen bekend en zullen er weer een aantal studenten geselecteerd worden die hun studie mogen vervolgen. Mits er voor hen voldoende sponsors zijn. De gemiddelde kosten voor een student zijn hoog. Door middel van groepssponsoring kunnen we de prijs laag houden.
Wat kan ik doen?
Helpt u de werkloosheid in Malawi terugdringen? Wilt u zorgen dat jongeren de juiste kennis en vaardigheden ontwikkelen om in hun levensonderhoud te kunnen voorzien? Geeft u deze jongeren –en hun families– een kans op een betere toekomst? Meld u dan nu aan voor het studentensponsorprogramma (ook zeer geschikt voor scholen en verenigingen):
Mw. H. Westhoff-Lier
038-3857966
adoptie@stephanos.nl
U/jij helpt mee aan de toekomst van jongeren in Malawi voor 20 euro per maand. Dat is minder dan 0,70 cent per dag.
Voor meer informatie: