Jongerenclubs vragen onderhandelaars eensgezind: Houd rekening met volgende generatie
Van BBB Jong tot de jongerenorganisatie van GroenLinks en van de scouting tot SGP-jongeren. Eensgezind laten 24 jongerenclubs de onderhandelende partijen weten hoe zij vinden dat de woningnood, klimaatcrisis en problemen in de jeugdzorg aangepakt moeten worden. „We zijn een beetje moe van hoe het in Den Haag gaat.”
Nee, ze willen niet zomaar een gesprekje met de informateur over hun ideeën. Een serieuze plek aan de onderhandelingstafel, dat is het doel van de maatschappelijke en politieke jongerenorganisaties, schreven ze maandag in een brief. De Tweede Kamer nam in het najaar al een motie aan die oproept ook jongeren te betrekken bij de formatie. „We willen er druk op zetten”, verklaart Jerke Setz, voorzitter van PerspectieF, de jongerentak van de ChristenUnie, de noodzaak van de brief.
Alle formerende partijen stemden destijds tegen de motie. „Dat maakt deze brief extra relevant”, vindt Rody van Heijst, voorzitter van SGP-jongeren. Hij hoopt dat het betrekken van jongeren bij het formatieproces kan bijdragen aan het herstel van vertrouwen in de overheid.
De ondertekenaars willen volgens Setz laten zien dat ze gezamenlijk staan voor de belangen van jongeren. Niet op alle punten werden ze het eens, maar vaak lukte het wel bij elkaar te komen. Ondanks de grote verschillen in wensen en ideeën. „Wij zijn een beetje moe van hoe het in Den Haag gaat”, legt Setz uit. „Van politici die elkaar de maat nemen en niet naar de ander luisteren. Van onderhandelaars die elkaar op Twitter ter verantwoording roepen, terwijl het beter was samen een kop koffie te drinken.” Dat is dan ook de boodschap van de jongeren: met elkaar kunnen we eruit komen.
Generatietoets
Rode lijn in de brief is dat de rekening voor problemen niet bij toekomstige generaties mag worden gelegd. Daarom moet het nieuwe kabinet werk maken van een generatietoets, vinden de jongerenorganisaties. Bij zo’n toets wordt in kaart gebracht wat de verwachte effecten zijn van wet- en regelgeving. Dat gebeurt nu te weinig, stelt Setz. „Je zag het bij de afschaffing van de basisbeurs. Een makkelijke bezuiniging, want de mensen die erdoor geraakt werden, zaten nog op de middelbare school toen het besluit viel. Zij hadden nog geen stemrecht.”
In de brief roepen de jongeren PVV, VVD, NSC en BBB op de klimaatdoelen te halen. Uitgangspunt moet volgens hen zijn dat de vervuiler betaalt. Ook zou het openbaar vervoer een aantrekkelijk alternatief
voor de auto moeten worden, bijvoorbeeld met een goedkoop en onbeperkt maandabonnement. Daarnaast moet huisvesting weer beschikbaar en betaalbaar worden voor jongeren. Verder pleiten ze voor een plan dat de mentale gezondheid van jongeren verbetert en voor jeugdzorg voor iedereen die dat nodig heeft.
Politiek Den Haag kijkt door een andere bril: hoe verkoop ik dit aan m’n achterban, hoe houd ik hen tevreden?
Setz vindt het vooral van groot belang dat maatregelen om klimaatdoelen te halen niet vooruitgeschoven worden. „Het moet niet zijn: wie dan leeft, die dan zorgt. De aarde moet leefbaar zijn voor volgende generaties.”
Van Heijst noemt wonen als thema dat extra prioriteit verdient. „Jongeren kunnen soms noodgedwongen niet uit huis en gaan dan maar bij hun ouders op zolder wonen. Hoe langer we wachten met een oplossing, hoe groter het probleem wordt.”
Jonge boeren
De jongerenorganisaties, van links tot rechts, willen ook perspectief voor jonge boeren. Concreet wordt dat punt niet; daarvoor liggen de opvattingen van jonge BBB’ers, D66’ers en aanhangers van de Partij voor de Dieren ongetwijfeld veel te ver uit elkaar. Desondanks treden ze eensgezind naar buiten. Het lijkt onvoorstelbaar dat hun moederpartijen zich zo zouden opstellen, erkent Van Heijst. „Politiek Den Haag is erg bezig met de waan van de dag en kijkt door een andere bril: hoe verkoop ik dit aan m’n achterban, hoe houd ik hen tevreden?”
Is er eigenlijk wel ruimte voor alle wensen die de jongeren op tafel leggen, aangezien het toekomstige kabinet alleen op hoofdlijnen afspraken wil maken? Van Heijst maakt zich daar nog niet druk om. „Vorige kabinetten zeiden ook een dunner akkoord te willen, maar in de praktijk werd het steeds dikker. We moeten nog maar zien hoe beknopt de uiteindelijke plannen zijn.”