Voorpagina

Zie ook: Royale uitkering voor Noorse joden

Crédit Suisse eiste overlijdensakte in Maidanek vergaste bankier

Joodse krijgt eindelijk erfenis vader

Van onze correspondent
NEW YORK – Estelle Sapir heeft er 55 jaar op moeten wachten voordat zij de belofte aan haar vader kon inlossen. „Als ik het overleef, zal ik je geld ophalen en voor moeder en de andere kinderen zorgen”, schreeuwde zij haar vader toe toen die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Polen werd opgepakt en werd afgevoerd naar het concentratiekamp Maidenek. Hij stierf daar in 1943.

De Poolse bankier Joseph Sapir liet een klein vermogen na op een rekening van de Zwitserse bank Crédit Suisse. Estelle overleefde zelf de oorlog en het kamp en de belofte aan haar vader indachtig meldde zij zich bij de bank om de nalatenschap van haar vader op te eisen.

Crédit Suisse eiste van haar een officiële overlijdensakte van haar vader. Estelle kon die onmogelijk presenteren want dergelijke documenten werden niet afgegeven voor mensen die in concentratiekampen omkwamen. Daarop weigerde de bank nog iets voor haar te doen. Maar in de afgelopen jaren werd de rol van de Zwitserse banken en van de Zwitserse overheid gedurende de oorlog en daarna steeds kritischer onderzocht.

In de Verenigde Staten groepeerden zich mensen die dezelfde ervaringen hadden opgedaan als Estelle Sapir, die inmiddels in New York woonde. Twee jaar geleden kregen zij steun van de bankcommissie van de Senaat in Washington onder leiding van senator Alfonso D'Amato. Die beschouwt het als een doorbraak dat Crédit Suisse nu eindelijk andere documenten dan alleen een overlijdensakte aanvaardt als bewijs van het overlijden van Joseph Sapir. Tijdens een persconferentie in New York wilde niemand kwijt om hoeveel geld het precies gaat, maar volgens geruchten gaat het om een bedrag tussen de 300.000 en 500.000 dollar. „Het gaat niet om het geld, maar om de rechtvaardigheid”, aldus de 71-jarige Estelle Sapir.

Precedent
De bijzonder fragiele (31 kilo wegende) holocaust-overlevende heeft met haar actie en de steun van de Senaat mogelijk de weg vrijgemaakt voor 40.000 andere overlevenden die nog geld tegoed hebben van Zwitserse banken. Volgens joodse bronnen gaat het in totaal om zeker 7 miljard dollar, maar volgens Zwitserse zegslieden ligt het bedrag dichter bij de 32 miljoen dollar.

Estelle Sapir kan met het geld haar moeder, broer en zuster niet meer helpen. Die overleefden weliswaar de nazi-gruwelen, maar zijn inmiddels overleden. „Ik hoop dat ik andere mensen met dit geld kan helpen”, aldus Estelle, die tijdens de persconferentie de aanwezigen afwisselend in het Engels en in het Frans te woord stond. Senator D'Amato is ervan overtuigd dat de Zwitserse banken door dit precedent door de bocht moeten en nu ook andere claims „sneller en redelijker zullen moeten afhandelen”.