Kerk en Godsdienst 31 oktober 2000

Dossier Nieuwe Bijbelvertaling 2002

Beentjes wil geen concurrentie met SV

Met NBV verliezen
andere vertalingen
niet bestaansrecht

Van onze kerkredactie
UTRECHT – Met de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV) verliezen andere vertalingen niet hun bestaansrecht. De NBV wil niet de Statenvertaling afschaffen –„dat is een misverstand”– maar zij wil een geheel andere en nieuwe vertaling maken naast de andere. Dat zei prof. dr. P. C. Beentjes, vice-voorzitter van de begeleidingscommissie NBV, gisteren in Utrecht tijdens een persconferentie naar aanleiding van de presentatie van de tweede deeluitgave van de NBV.

Dr. S. Noorda, voorzitter van de begeleidingscommissie, toonde zich laconiek over het besluit van de Gereformeerde Bond om te kiezen voor een revisie van de Statenvertaling. „We moeten maar rustig afwachten en over twee jaar nog eens kijken hoe de Gereformeerde Bond dan over het resultaat van de NBV denkt”, zo zei hij. In 2004 zal de NBV naar verwachting voltooid zijn.

Drs. R. A. Scholma, projectleider van de NBV, stelde dat de Gereformeerde Bond positief-kritisch wil meedenken. Directeur van het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG), H. Feenstra, zei dat het gesprek tussen het NBG en de Gereformeerde Bond wordt voortgezet en de Bond een „belangrijke gesprekspartner” blijft.

Dr. Noorda herhaalde gisteren dat de NBV een vertaling is „die op getrouwe manier de wezenlijkste kenmerken van de grondtekst nauwkeurig weergeeft op literair verantwoorde wijze.” Hij zei dat zorgvuldig naar alle reacties wordt gekeken. Ze worden echter opzij gelegd wanneer ze niet passen bij het type vertaling dat de NBV wil zijn. „Wanneer gepleit wordt voor 'gewoner' Nederlands of voor een zinsbouw die zichtbaar het Hebreeuws of Grieks volgt, dan kunnen we daarmee in deze vertaling niets aanvangen zonder de interne consistentie van de vertaling te schaden. Dat zijn in feite pleidooien voor anderssoortige vertalingen.”

Vegetariër
Tijdens de persconferentie zei hij dat een vegetariër niet mag oordelen over de kwaliteit van een worst, met andere woorden: alleen als kritiek zich binnen de vertaalprincipes van de NBV beweegt, wordt zij serieus genomen. L. M. P. Scholten, directeur van de Gereformeerde Bijbelstichting (GBS), ook aanwezig was tijdens de bijeenkomst, reageerde desgevraagd dat als de vegetariër duidelijk ziet dat de worst niet goed is, deze dat ook zeker zal zeggen. De GBS heeft nog geen kennis kunnen nemen van de nieuwe deeluitgave maar hoopt er dit jaar in het GBS-orgaan Standvastig op terug te komen, aldus Scholten.

Dr. Noorda zei te hopen dat de beoordeling van de vertaalproeven zich niet alleen op details richt maar ook op de bredere kwaliteiten van de vertaling. De vertalers van de NBV hebben zich ingespannen om van elk bijbelboek het genre en de stijl te bepalen en de vertaling daarop af te stemmen. „Dat is een doelstelling die niet eerder bij een Nederlands bijbelvertaalproject is gehanteerd.” Hij constateerde verder dat de laatste tijd de Bijbel als cultuurhistorisch document duidelijk is herontdekt.

Zie ook:
„Ik sluit een verbond met jou”