„Zo snel mogelijk beginnen”

Splintergroep IRA kondigt
aanslagen aan

„We zullen zo snel mogelijk een militaire campagne beginnen”, zo werd Brendan McClenaghan, een woordvoerder van Continuity IRA, aangehaald door de makers van het programma ”Dispatches”.

„Doelen zullen zijn veiligheidstroepen: Britten, smerissen, en dat soort dingen. Een beetje de zakenwereld: banken, belastingkantoren.” Continuity IRA begon met aanslagen nadat de IRA in 1994 een bestand had afgekondigd. De beweging heeft zich nog niet verantwoordelijk gesteld voor dodelijke aanslagen. Continuity IRA verzet zich tegen het vorig jaar overeengekomen vredesakkoord tussen protestanten en rooms-katholieken.

Rooms-katholieke en protestantse splintergroeperingen in Noord-Ierland zijn druk bezig zich te bewapenen. Die wapens zijn, zo blijkt uit uitspraken van een woordvoerder van de protestantse splintergroepering Ulster Volunteer Force (UVF), bedoeld voor het geval het vredesproces spaak loopt. Het Ierse Republikeinse Leger (IRA) meldde gisteren dat dissidente extremisten wapens en munitie uit het IRA-arsenaal gestolen hebben.

De protestantse Ulster Volunteer Force (UVF) heeft volgens sommige berichten zijn wapenarsenaal uitgebreid met antitankgeschut. Rooms-katholieke splintergroepen vullen hun voorraden ook aan.

De toenemende spanning komt door het grote aantal gewelddaden van de afgelopen weken. Vrijwel dagelijks vereffenen rooms-katholieke en protestantse ondergrondse groeperingen oude rekeningen met dissidenten en mensen die uit de organisaties zijn gestapt. Ze schrikken daarbij niet terug voor moord, ontvoering en marteling.

Premier David Trimble van de nieuwe Noord-Ierse regering wil daarom dat er voorlopig geen terroristen meer worden vrijgelaten uit de gevangenissen. De Britse premier Blair wijst dat af omdat de vrijlating van gevangenen is afgesproken bij het vredesakkoord over Noord-Ierland.

Voor hun bewapening aarzelen de ondergrondse groeperingen niet te stelen uit het hol van de leeuw. De IRA maakte gisteren bekend door diefstal een deel van zijn wapens en materiaal voor het maken van bommen kwijtgeraakt te zijn. De organisatie meldt in een verklaring dat zij een „diepgaand onderzoek” heeft ingesteld, maar dat niet al het gestolen wapentuig is teruggevonden.

Het onderzoek concentreerde zich op een groep IRA-aanhangers die is overgelopen naar de Real IRA. De Real IRA is de afsplitsing van het republikeinse leger die verantwoordelijk is voor de bloedige bomaanslag in het Noord-Ierse stadje Omagh, in augustus vorig jaar.

Minister voor Noord-Ierse aangelegenheden Mo Mowlam zei dat een „moeilijke periode” voor het vredesproces was aangebroken. Ze riep gisteren alle partijen op hun kalmte te bewaren. „Het verhaal van de gestolen IRA-wapens toont de noodzaak van totale ontwapening aan. Er is geen enkele twijfel dat we snel politieke voortgang moeten maken.”

Bommenfabriek
Het laatste IRA-lid dat nog in een cel zat op het Engelse vasteland, Nicholas Mullen, kwam gisteren vrij nadat hij hoger beroep had aangetekend tegen zijn veroordeling (uit 1990) van 30 jaar. De 30-jarige Mullen werd in 1990 tot 30 jaar gevangenisstraf veroordeeld, omdat hij een bommencampagne van de IRA zou hebben beraamd. Nadat de politie in een flat in het zuiden van Londen een 'bommenfabriek' had ontdekt volgde de arrestatie van Mullen in Zimbabwe. De rechtbank sprak hem nu vrij wegens de „onwettige wijze” waarop hij naar Groot-Brittannië was overgebracht. Mullen werd niet op last van het hoofd van de Zimbabwaanse immigratiedienst gedeporteerd, zoals wettelijk is voorgeschreven, maar op last van de Britse of de Zimbabwaanse geheime dienst.