Buitenland29 maart 2001

Duitse politieke meerderheid tegen, burgers vooral voor euthanasie

Het establishment tegenover het volk

Door R. R. Zeeman
BERLIJN – De Nederlandse euthanasiewetgeving is in Duitsland niet onopgemerkt gebleven. Sinds de Tweede Kamer actieve euthanasie legaliseerde, lopen bij onze oosterburen de emoties hoog op. Navolging van het Nederlandse voorbeeld zit er echter, voorlopig althans, niet in.

SPD-politica Regine Hildebrandt is ernstig ziek. Ze lijdt aan kanker en is een uitgesproken voorstander van euthanasie. Haar vriendin, de sociaal-democratische minister van Justitie Herta Däubler-Gemlin, is strikt tegen. Beide beroepen zich op ervaringen in het naburige Nederland. „In Nederland is wat al 25 jaar werd getolereerd, sinds drie maanden wet. In Nederland mogen artsen mensen doden. Dat past niet”, meent Jörg-Dietrich Hoppe, de voorzitter van de Bundesärztekammer. „Toch moeten we erover praten”, houdt Regine Hildebrandt vol.

Van de Duitse bevolking zou een ruime meerderheid ermee instemmen als er in het land actieve euthanasie zou worden toegepast. Dat blijkt uit een opiniepeiling die afgelopen maand door het weekblad Die Woche werd uitgevoerd. Op de vraag: „Zou u graag een beroep willen doen op actieve euthanasie als u ongeneeslijk ziek bent?” antwoordde bijna tweederde van de ondervraagden instemmend.

Verdeeld
Politici, artsen en kerken blijven daarentegen op het standpunt staan dat sterven op verzoek strafbaar moet blijven. Bij weinig andere thema's is de Duitse maatschappij zo verdeeld in het establishment aan de ene kant en het volk aan de andere kant.

Toen vorig jaar de Tweede Kamer in Nederland de euthanasieplannen aanvaardde, sprak de Duitse hospicestichting BAG van een „vergunning om te doden.” Minister van Justitie Däubler-Gemlin zei onomwonden dat „vanwege respect voor het leven een mens niet door de hand van een ander mag sterven.”

De Rooms-Katholieke Kerk stelde dat bij actieve euthanasie „de mens zich opwerpt als heer van het leven. De mens denkt dat hij de waardigheid van zijn medemens kan redden door hem van zijn lijden te bevrijden en te verlossen.” Ook de mensen die onder het zwaarste lijden de dood tegemoetgaan, mogen alleen „in het sterven” worden geholpen, maar niet „tot de dood.” Predikanten zeiden dat wie lijdende mensen een zogenaamde genadige dood aanbiedt, hen behandelt als een dier dat een spuitje krijgt om in te slapen.

Vergelijking
Maar ook al stuit de Nederlandse wetgeving bij de politieke top op afwijzing, toch zijn er in de praktijk overeenkomsten. Zo is in Duitsland het staken van een medische behandeling, de zogenaamde passieve euthanasie, geen probleem. Zelfs de protestantse en de rooms-katholieke kerken hebben hier geen bezwaar tegen. Dit is in hun ogen „menswaardig laten sterven door af te zien van levensverlengde behandeling van een ongeneeslijk mens die stervende is.”

Verder houdt iedere vergelijking op. Een patiënt op zijn verzoek doden is nagenoeg onbespreekbaar in Duitsland. Dat geldt bijna vanzelfsprekend voor de christen-democraten. Maar het geldt in niet mindere mate voor sociaal-democraten en Groenen. „De bondsregering wijst euthanasie eenduidig af”, zegt referendaris Volker Grigutsch van het Duitse ministerie van Volksgezondheid. „Het recht op leven geldt onverkort. Natuurlijk is een ernstig ziekbed een last, dat geldt zowel voor de patiënt als voor degenen die naast hem staan. Laten we ook niet vergeten: als actieve euthanasie legaal is, dan kan een zwaar zieke patiënt zich verplicht voelen om de dood te vragen om zijn familie of vrienden niet langer tot last te zijn.”

Nazi's
Dat de autoriteiten in Duitsland sterk afwijzend tegenover euthanasie staan heeft van alles te maken met nazi-Duitsland, toen er in de jaren dertig 70.000 gehandicapten om het leven werden gebracht. Sindsdien wijzen zowel artsen als politici actieve euthanasie volstrekt van de hand. In Duitsland wordt overigens voor de Nederlandse euthanasie het begrip ”Sterbehilfe” gebruikt, om het te onderscheiden van de euthanasie van de nazi's.

Hitler voerde de euthanasie niet van de ene op de andere dag in. Eerst bracht men het verbod op actieve hulp bij het sterven in diskrediet. Toen het doden op verzoek maatschappelijk geaccepteerd leek, en het onvoorwaardelijk recht op leven van de mens op zich niet meer gold, begonnen de nazi's met het massaal ombrengen van gehandicapte mensen.

„Overname van de Nederlandse wetgeving zou volkomen verkeerd zijn omdat wij in Duitsland met een geheel andere situatie te maken hebben”, meent Imke Strohscheer, die als arts verbonden is aan een kliniek in Berlijn die palliatieve zorg verleent. „Nederlandse patiënten zijn traditioneel autonoom ingesteld, terwijl zieken in Duitsland hun lot graag overgeven in de handen van de medici: Zegt u maar wat moet er moet gebeuren. We moeten in Duitsland onze eigen weg vinden”, zegt Strohscheer.

In plaats van legalisering van de euthanasie ziet de Duitse medicus pijnbestrijding als een uitstekend alternatief. En als een patiënt ondraaglijk lijdt, moet de arts dan toch de helpende hand bieden? Strohscheer is resoluut in haar afwijzen. „Dat noemt men wel barmhartigheid verlenen. Maar artsen die daar medewerking aan verlenen denken in de eerste plaats aan zichzelf”, aldus Strohscheer, „omdat ze het lijden van een patiënt niet kunnen aanzien.”

Volksbegeren
Met name het gegeven dat Nederlandse artsen in een kwart van de gevallen patiënten doden zonder dat die hierom uitdrukkelijk hebben gevraagd maakt Duitse politici huiverig voor legalisering. „Deden de nazi's anders? Die voerden ook euthanasie uit zonder dat de mensen dat wilden. Je ziet in Nederland een voortdurende verbreding van de kring mensen die euthanasie ondergaat. Ik hoop niet dat we dat in Duitsland gaan krijgen”, stelt Imke Strohscheer.

De Duitse autoriteiten blijven euthanasie afwijzen, terwijl de bevolking er wel voor voelt. De vraag is hoe lang het establishment het volksbegeren weet te temperen. Zullen de leidinggevenden uiteindelijk gehoor geven aan de wil van het volk? Monika Knoche, deskundige van de Groenen op het terrein van de medische ethiek, ziet het verschil in mening als een informatieprobleem. „De bevolking weet niet wat er allemaal op het gebied van pijnbestrijding is. Daar moet in Duitsland veel meer bekendheid aan worden gegeven.”

De Bondsdagafgevaardigde, die namens de Groenen in de commissie zit die zich met medische ethiek bezighoudt, verwacht niet dat haar land het Nederlandse voorbeeld zal overnemen. Mevrouw Knoche: „Ik hoop het ook niet. Artsen moeten genezen, pijn bestrijden. Een arts mag nóóit doden. Mensen die willen sterven, zijn ziek. Die hebben psychiatrische behandeling nodig. De maatschappij moet om de patiënt heen staan, moet zorg verlenen, moet liefde schenken, laten merken dat de maatschappij hem of haar nodig heeft. Dat is barmhartigheid verlenen.”

Eerdere berichtgeving:
Officieel strikt verboden, officieus toegepast - 27 maart 2001

Humane idealen trouw gebleven - 24 maart 2001