Yord herfst logo
Home      Zoeken      

Koersen naar een kritische houding

Docenten proberen leerlingen achtergronden van literatuur te doen doorzien

"Lezen is kiezen" heette het boek dat de Gomarusscholengemeenschap in Gorinchem jarenlang gebruikte voor het literatuuronderwijs. Het duidt precies aan wat de school met deze lessen beoogde: wie leest, moet keuzes maken, en wie voor zulke keuzes geplaatst wordt, moet wel hebben léren kiezen.

Kennismaken met moderne literatuur is noodzakelijk, maar wel binnen duidelijke grenzen, zegt J. N. de Wildt-Rentier. Op de Gorinchemse scholengemeenschap is ze voorzitter van de sectie Nederlands en verantwoordelijk voor het aanschafbeleid van de schoolbibliotheek.

"Onze leerlingen leven niet op een eiland. Ze komen straks in de maatschap pij te staan, in een cultuur die niet alleen geseculariseerd is, maar waarin ook allerlei verwrongen clichébeelden van het christelijk geloof en van de gereformeerde gezindte bestaan. Dat kan schokkend zijn en het vraagt soms onverwachts om reactie, om verantwoording. Het is de taak van de school om leerlingen daarop voor te bereiden. Het zou niet realistisch zijn als we hen daarbij alleen christelijke literatuur zouden laten lezen."

Grenzen zijn er wel, zegt De Wildt. "We hebben een leeslijst waaruit de bovenbouwleerlingen een keuze moeten maken. Daarop komen boeken van Jan Wolkers en Ronald Giphard niet voor. Die zijn te grof. We laten de leerlingen ook geen andere boeken lezen waarin grove godslasteringen voorkomen. We bespreken deze auteurs echter wel als fenomeen, als voorbeeld van het groeiende aantal Nederlanders dat zich van het christelijk geloof heeft afgekeerd of zich ertegen afzet. Dat doen we aan de hand van tekstfragmenten.

'k Heb zelf nogal eens in de les behandeld wat Maarten 't Hart schrijft over het huisbezoek. Welk beeld zet hij neer van de ouderlingen, en is zijn beschrijving eerlijk? Daarover ga je dan in gesprek. Je streeft ernaar dat de leerlingen gaan doorzien welke denkbeelden achter zo'n tekst schuilgaan, wat de waarden en normen van dergelijke auteurs zijn. We laten geen grove seksscènes lezen, maar we willen wel dat leerlingen doorgronden op welke wijze veel mensen over seksualiteit denken en wat overspel met mensen doet."

Het blijft bij fragmenten, aldus De Wildt. "Voor het behandelen van complete boeken is sinds de invoering van de tweede fase geen tijd meer."

Kritische houding
In de bovenbouw van havo en vwo wordt de literatuur van de periode na de Tweede Wereldoorlog chronologisch behandeld. Het boek "Lezen is kiezen" is inmiddels verouderd. Momenteel gebruikt de Gomarus geen methode bij het literatuuronderwijs in havo-5 en vwo-5 en -6, maar geeft elke docent les vanuit zijn eigen aantekeningen. Ook de keuze van de te behandelen boeken is docentbepaald. "Daarbij moet je oppassen dat je actueel blijft. Ik merkte bijvoorbeeld dat "Het stenen bruidsbed" van Harry Mulish de leerlingen niets meer zei."

Leerlingen moeten een duidelijke motivatie geven als ze van de leeslijst willen afwijken. "Soms verplicht ik leerlingen een recensie uit Reformatorisch Dagblad, Nederlands Dagblad of Liter erbij te lezen. In de leesverslagen moet de ethische kant van boeken voldoende aandacht krijgen. Zo probeer je te begeleiden, in de hoop dat je bij de leerlingen een kritische houding aankweekt en dat ze de diepere achtergronden gaan doorzien."

Extra aandacht krijgt de christelijke literatuur die in Nederland van de pers komt. "Joke Verweerd kom je dan ook bij bijna elke leerling op de lijst tegen. Misschien geldt over een paar jaar hetzelfde voor Guurtje Leguijt en Sjaak Verboom."

De Gomarus probeert ook in de onderbouw het lezen van literatuur te stimuleren. "Veel van onze leerlingen bezoeken openbare bibliotheken, en dan meestal niet voor boeken van niveau. Via de schoolbibliotheek proberen we hen naar de literatuur te sturen. Daarbij worden vloeken verwijderd, en desnoods voorzien we een boek van een sticker op de achterkant waardoor ouders en leerlingen erop gewezen worden dat de levenssfeer in het boek de onze niet is. Ook de leeslijst van de bovenbouw bevat dergelijke waarschuwingen."

Occult
De onderbouwleerlingen stellen evenals de bovenbouwleerlingen een leesdossier samen. Al mogen schrijvers als Mulish en 't Hart daar absoluut niet in voorkomen, toch levert de inhoud van de dossiers soms nogal wat discussie op tussen docenten en leerlingen. In de onderbouw lopen persoonlijke gesprekken over leesgedrag vaak beter dan klassengesprekken, vindt De Wildt.

"Ik zou best wel eens willen weten of de ouders op de hoogte zijn van wat hun kinderen lezen, wat de ouders ervan vinden en of ze dat met hun kinderen bespreken. Zowel over de schoolbibliotheek als over het lees- en literatuuronderwijs krijgen we hoogstzelden reacties van ouders. Je schrikt wel eens van de boeken die leerlingen kiezen voor hun leesdossiers. Vooral vertalingen van Amerikaanse boeken gaan momenteel als broodjes over de toonbank. Sommige boeken zijn behoorlijk occult, maar als je daar wat van zegt, vragen sommige leerlingen zich verbaasd af waar je moeilijk over doet. Als je vraagt wat de ouders ervan vinden, krijg je soms reacties als: "Die letten er niet op", of: "Die lezen deze boeken ook", of zelfs: "We hebben thuis de film ervan bekeken"

De sturende invloed van de school is dus beperkt. Leerlingen, en blijkbaar ook ouders, doorzien het gevaar van occulte of anderszins verwerpelijke boeken vaak niet. "Het is tóch niet waar wat erin staat", zeggen ze. Maar de onbewuste invloed van boeken wordt onderschat."

Dit is het tweede deel in een serie over begeleide confrontatie in het reformatorisch voortgezet onderwijs.

Er zijn nog geen reacties geplaatst.