Yord herfst logo
Home      Zoeken      

    Voeren en boeren tijdens moresmaaltijd

    Na afloop van de ontgroening is feut verliefd op CSFR Utrecht

    Peutermelk met een lange vinger en een koude aardappel verpakt in zilverfolie. Met zichtbare tegenzin werken de feuten het voedsel tijdens de moresmaaltijd naar binnen. „Door ontgroening drijven we de eerstejaarsstudenten naar elkaar toe en wijden we ze in in de cultuur van onze studentenvereniging.”

    Speel Op Safe (SOS) is het motto van de introductieweek van het Utrechtse dispuut Sola Scriptura van de landelijke studentenvereniging Civitas Studiosorum in Fundamento Reformato (CSFR). De vereniging is een van de tientallen die voor de start van het academisch jaar hun nieuwe leden verwelkomen met een ontgroening.

    „Hakken, tenen, hakken, tenen, opzij, opzij.” Na het ontbijt is het op deze donderdag zweten geblazen voor de feuten, zoals de aspirant-leden worden genoemd. Fanatiek draaien de 32 studenten in een grote kring om elkaar heen. De temperatuur in de zaal van de Jacobikerk in Utrecht loopt snel op. „Zo proberen we de feuten weer wakker te laten worden”, lacht derdejaarsstudent pedagogiek Alice Visscher (21), voorzitter van de eerstejaarscommissie die de introductieweek organiseert.

    Studenten aan de slag na het ontbijt.

    Studenten aan de slag na het ontbijt.

    Sola Scriptura kiest ieder jaar voor een thema. Visscher: „Deze keer is dat SOS, omdat we als vereniging symbolisch een reddingsboei willen uitwerpen naar alle christelijke studenten. We proberen een thuishaven te zijn voor de nieuwelingen. Wij bieden hun gezelligheid en zijn een adres bij wie ze kunnen aankloppen voor praktische problemen en vragen over geloof en studie.”

    De feuten kunnen volgens Visscher tijdens de introductie zien of ze zich in de cultuur van de vereniging thuis voelen. „Na de ontgroening zijn ze een halfjaar aspirant-leden. Met het schrijven van een essay moeten ze aantonen dat ze de grondslag van de vereniging -de Bijbel en de Drie Formulieren- onderschrijven. Daarna worden ze door het landelijk bestuur geïnstalleerd.”

    Toast met sambal
    Aspirant-lid en tweedejaarsstudent biomedische wetenschappen Eelco Tromer vindt het sportontbijt „wel geinig.” De vorige dag was volgens de feut veel zwaarder. „We gingen op huizentocht, langs de woningen waar de verenigingsleden bij elkaar wonen. Ik moest geblinddoekt ergens in stappen. Iemand zei dat het koeienhersens waren.” Lachend: „Later bleek dat het een pan met spaghetti was. Toast met sambal is niet lekker, maar geen ramp om te eten. Gelukkig houden mentoren alles goed in de gaten.”

    Dekzwabber
    De zon schijnt. „Discipline! Opstellen in rijen van vijf!” Schel klinkt de stem van vierdejaarsstudent hbo-v Gretha Bleijenberg, voorzitter van de zeilclub, onderdeel van Sola Scriptura, door het Wilhelminapark. Ze doet een poging de 32 aspirant-leden te drillen. „Voor je kijken!” Enkele feuten rekken hun hals om te zien wie er voor zich moet kijken. „Hé, jij daar, doe je sigaret uit”, schreeuwt Bleijenberg.

    Een aspirant-lid van de CSFR Utrecht laat water over zich heen gooien.

    Een aspirant-lid van de CSFR Utrecht laat water over zich heen gooien.

    „Zal ik nog wat kauwgom kauwen? Dan kunnen we de mast beter vastmaken.” Met gebogen hoofden, de wereld om hen heen lijken ze even te vergeten, zitten zes feuten in het gras. Samen bouwen ze een zeilbootje, zoals de opdracht van Bleijenberg luidde. Een takje dient als mast. Een vlaggetje als zeil. Het vaartuigje krijgt de naam ”Ad Fontes”. ”Naar de bron”, aldus een feut.

    Bloemetjesborden
    Voor de groene deuren van de Jacobikerk staan aan het begin van de avond vier keurig geklede feuten. Aspirant-lid Janneke Voortman, tweedejaars sociale geografie en planologie: „We moeten volgens kledingvoorschrift in een rok en blouse verschijnen. We mogen geen blote schouders en knieën hebben.” Henk-Jan komt aanlopen, in pak zonder stropdas, zijn voeten gestoken in sportschoenen. „Ik kon geen betere kleding vinden voor de moresmaaltijd.”

    Een stilte valt wanneer tafelpreses Maarten de Rooij met zijn gevolg binnenkomt. Een figuur in monnikspij op blote voeten, zijn gezicht onzichtbaar door een grote kap, volgt de voorzitter van de moresmaaltijd. De leden zingen het verenigingslied en zetten stevig aan bij de laatste regel: „Sola Scriptura illustret nos.” „Alleen de Schrift moge ons verlichten.”

    De keukenploeg dient het voedsel op. Ieder aspirant-lid krijgt een flesje peutermelk, met vanillesmaak, voorgezet met een lange vinger erin. Voorzichtig neemt een enkeling een slokje. Mensen kijken vies. De tafelpreses is onverbiddelijk. Opdrinken, dat zullen ze. Een van de aanwezigen stelt voor dat de feuten net als baby’s „een boertje” laten na het voorgerecht. Het voorstel wordt door met name de mannen gesteund. Enkele studentes griezelen.

    De feuten gaan staan en zetten de flesjes peutermelk aan elkaars mond. Moedig drinken ze door. Feut Tromer laat een luidruchtige boer als hij het drankje op heeft. Een lachsalvo en een daverend applaus klinken door de zaal.

    Liefdesleven
    De student in monnikspij legt de feuten de mores van de CSFR uit. „Dat zijn de zeden en gewoonten die het samenleven mogelijk maken en ons onderscheiden van andere verenigingen.” De moresprediker benadrukt met een knipoog onder meer de kledingstijl. „De functie van de vrouw is het geheel een beetje op te fleuren.” Tijdens een gala dienen de vrouwen gekleed te komen en niet te doen „alsof ze zo min mogelijk kleding dragen. Ze zijn immers niet in het paradijs, de vrouwen zijn niet alleen en de man is het hoofd van de vrouw. Het mag niet gebeuren dat het hoofd op hol slaat.” Gejoel van het vrouwelijk deel van de zaal is het gevolg.

    De moresprediker op weg.

    De moresprediker op weg.

    Het hoofdgerecht komt op tafel na de speech van de monnik. Voor de feuten een koude aardappel verpakt in zilverfolie. De ouderejaars kunnen genieten van een koude pasta met saté.

    Gejoel en gefluit klinkt door de zaal als een mannelijke aspirant bekent dat hij verliefd, verloofd noch getrouwd is. Alle aspirant-leden moeten zich voorstellen en hun liefdesleven naar voren brengen. Stil wordt het als een bebaarde feut bekent een prille liefde te hebben. „Maar het mag niet buiten deze muren komen”, bekent hij verlegen. „Ik ben sinds kort verliefd op Sola.”

    Lees ook de reactie van de studentenverenigingen Ichthus en Solidamentum.

    Er zijn nog geen reacties geplaatst.