„Kerk kan Pasen zichtbaarder vieren”
Drie op de vijf Nederlanders denken bij Pasen niet gelijk aan een christelijke feestdag, maar tweede paasdag moet blijven. „Toch moeten we ons als kerk niet rijk rekenen.”
Het Reformatorisch Dagblad vroeg in samenwerking met onderzoeksbureau Kantar Public Nederlanders hoe zij denken over christelijke feestdagen. Waar denken mensen aan bij Pasen? Willen Nederlanders de christelijke feesten behouden? En lukt het de kerk eigenlijk wel om mensen te bereiken die de paasboodschap nog niet kennen?
Drie op de vijf Nederlanders denken bij Pasen niet gelijk aan een christelijke feestdag, maar tweede paasdag moet blijven. „Toch moeten we ons als kerk niet rijk rekenen.”
Dit weekend is het Pasen. Wat betekent dit feest voor de gemiddelde Nederlander?
In een buurthuis in Breda vertelt een vrouw aan een groep kinderen over de intocht van de Heere Jezus in Jeruzalem. Het is spannend. Alsof het gisteren gebeurd is.
Op ’t eerste gezicht staat het er niet slecht voor met de bekendheid van de christelijke feestdagen. In de Kamer, waar Rutte zich moest verdedigen over het Omtzigt-zinnetje, legde hij uit dat hij daar „via-via” over geïnformeerd was.
Bijna de helft van de Nederlanders (45 procent) is nog nooit benaderd met de boodschap van Pasen.
De relatief hoge waardering van christelijke feestdagen in de samenleving mogen christenen waarderen, zegt prof. dr. H. van den Belt, maar niet overschatten.
De meeste Alkmaarders hebben nog nooit gehoord van de opstanding van de Heere Jezus. Daarom gaat veldwerker Jan Geerts zaterdag langs de deuren met de paasboodschap en een bosje tulpen. „Openlijke vijandschap ontmoet ik nauwelijks, de meeste mensen zijn vooral nieuwsgierig.”