Commentaar | 22 november 1999 |
OpzijgeschovenHet kabinet heeft een conflict met de vakbeweging. Die voeIt zich fors aan de kant gezet door de plannen van minister De Vries met betrekking tot de uitvoering van de sociale zekerheid. De werkgevers, die ook buitenspel gezet zijn, hebben daar minder moeite mee. Vanouds hebben in Nederland de sociale partners een niet onbelangrijke rol gespeeld bij de uitvoering van allerlei sociale wetgeving. De christen-democratische partijen wilden op die manier een al te grote staatsinvloed voorkomen. De socialisten hadden met een grote overheidsbemoeienis geen problemen, maar waren ook goed vertegenwoordigd in de vakbeweging, zodat ze er geen bezwaar tegen hadden wanneer de vakbonden een forse stem in het kapittel kregen. Dit tripartite model (overheid, werkgevers, werknemers) garandeerde een brede betrokkenheid bij het hele bouwwerk van de sociale zekerheid. Dat had zeker zijn voordelen, vooral in een tijd dat de gedachte aan de klassenstrijd nog springlevend was. Er bleken echter ook nadelen te zijn. Met name bij de uitvoering van de WAO bleek dat werkgevers en werknemers belang hadden bij een royale toepassing van de regels. Werknemers die niet meer zo goed mee konden en er graag mee op wilden houden, kregen gemakkelijk een (toentertijd nog tamelijk royale) WAO-uitkering. De bedrijven waren daarmee op een nette manier af van personeelsleden die problemen gaven en niet meer goed inzetbaar waren. De vakbeweging was tevreden omdat werknemers die in de knel dreigden te raken, nu in aanmerking kwamen voor een mooie afvloeiingsregeling. Maar de kosten liepen op die manier wel fors uit de hand en wie zag het als zijn taak om die te bewaken? Vandaar dat de roep weerklonk om hetzij de tucht van de markt, hetzij de invloed van de overheid te vergroten. Zo werd de Ziektewet geprivatiseerd. Ook de arbeidsbemiddeling gaat die kant uit. Op andere terreinen trekt de overheid de zaken naar zich toe. Nu zullen ook hiermee wel niet alle problemen worden opgelost. Maar de nieuwe structuur onderstreept wel duidelijker dan voorheen dat de overheid de eindverantwoordelijkheid draagt. Belangengroepen, zoals werkgevers- en werknemersorganisaties in wezen zijn, mogen daarbij wel hun inbreng hebben, maar zij moeten niet de dienst uit kunnen maken. Groepsbelangen en algemeen belang laten zich nu eenmaal niet zo makkelijk harmoniseren. Ook om andere redenen kan het heel geen kwaad dat de rol van de vakbeweging teruggedrongen wordt. Die stelt zich ten opzichte van de overheid soms wel heel autonoom en eigengereid op. Alsof zij boven de wet staat. Zo is het natuurlijk niet. De vakbeweging heeft ook niet bij voorbaat recht op een belangrijke rol bij de uitvoering van de sociale zekerheid. Het is eveneens van belang dat de verkokering tussen de verschillende uitkeringssystemen wordt opgeheven. Zo komt er nu één loket voor werk en inkomen, waar men terechtkan voor het aanvragen van een WW-, WAO- of bijstandsuitkering. In theorie zou dat een verbetering moeten zijn, al zal de praktijk leren of de beoogde voordelen werkelijk gerealiseerd worden. |
![]() |