Voorpagina

Steeds meer
kinderen buiten
huwelijk geboren

Van onze correspondent
BRUSSEL – Bijna 25 procent van de kinderen die in de EU worden geboren, heeft ongehuwde ouders. In Nederland is dit een op de vijf baby's, een toename sinds 1980.

Toch blijft Nederland onder het Europees gemiddelde. Dat blijkt uit een gezamenlijk rapport van Eurostat, het Europese bureau voor de statistiek in Luxemburg, en de Raad van Europa in Straatsburg.

In Noord-Europa, waar meer paren ongehuwd samenwonen, worden ook meer buitenechtelijke kinderen geboren dan in Zuid-Europa. IJsland bijt het spits af met twee op de drie, gevolgd door een op de twee in Denemarken, Estland, Noorwegen en Zweden.

De verhouding daalt tot drie op de tien in Bulgarije, Finland, Frankrijk, Georgië, Letland, Slovenië en Groot-Brittannië. De percentages buitenechtelijke kinderen in Zuid-Europa zijn nog gering, maar stijgen langzaam: 3,3 in Griekenland, 7,4 in Malta, 8,3 in Italië, Zwitserland 8 procent.

De cijfers zijn de eerste resultaten van een omvangrijke demografische studie in 46 landen, die de situatie van 1980 vergelijkt met de toestand in 1997. De studie bestrijkt een bevolkingsgroep van 810 miljoen mensen.

IJsland, waar twee op de drie baby's geen getrouwde ouders hebben, leidt in de trend van buitenhuwelijkse geboortes. Daarna volgen Denemarken, Noorwegen, Zweden en Estland. Ook Fransen en Britten blijven in toenemende mate ongehuwd samenwonen, ook al hebben ze kinderen.

Het laagste percentage buitenechtelijke kinderen is te vinden op Cyprus: 1,4, maar dat is niettemin het dubbele van dat in 1980. De Cyprioten hebben het huwelijk dan ook hoog in het vaandel. Meer dan tien op de 1000 Cyprioten zijn getrouwd. Het Europees gemiddelde is van jaarlijks 6,3 op 1000 inwoners (1980) gedaald naar 5,0 op 1000 (1997). Vooral in Andorra, Armenië en Zweden is het huwelijk niet bijster populair. Het aantal trouwlustigen in Midden- en Oost-Europa is „dramatisch” gedaald, signaleert Eurostat. Daarentegen is er in Denemarken een omgekeerde trend aan de gang.

Met echtscheidingen gaat het op en neer. Terwijl het aantal echtbreuken in West-Europa steeg, was er een duidelijke daling in de oostelijke landen. Het gemiddelde in de Europese Unie ligt op 1,8 op de 1000 inwoners. De Britten zijn binnen de gemeenschap koplopers. De Griekse en Spaanse echtparen zijn het minst geneigd uit elkaar te gaan.