Overgang

Morgen en donderdag zijn twee overgangsdagen naar het warmere weer, dat vanaf vrijdag gaat beginnnen. Helemaal zeker is er in het weer natuurlijk niets, maar de aanwijzingen voor een vrij warme lenteperiode zijn nu zeer sterk. Voorlopig hebben we echter nog met enkele fronten te maken, waarvan de belangrijkste morgen precies over ons land ligt. Dat strekt zich uit van Noorwegen tot over Zuid-Engeland en Bretagne. Het kleine bijbehorende warmtefront gaat daar nog aan vooraf en dat zorgt vanavond al voor een toenemende bewolking. Vannacht gaat het van het westen uit lichtjes regenen, morgenochtend is de regenkans het grootst. Vooral in het noorden en midden kan het in de vroege ochtend behoorlijk doorregenen. De minimumtemperatuur is onder de bewolking niet erg laag: 5 tot 8 graden. Wel neemt de zuidwestenwind toe. Aan zee en het IJsselmeer wordt van tijd tot tijd windkracht 6 bereikt en ook in de stad zal de wind vannacht merkbaar zijn.

Morgenmiddag is het droger, maar ondanks dat het front naar het oosten wegtrekt, blijft er tamelijk veel bewolking en ook kan er nog een enkel buitje vallen, vooral nog in het oosten en zuidoosten. Het noorden en westen mogen op een paar opklaringen rekenen. De temperatuur stijgt naar 13 tot 15 graden, de zuidwestenwind neemt wat af.

Donderdag zijn er meer opklaringen, voor elke provincie. De meeste opklaringen zijn er in de middag. In de nacht en ochtend kan er uit de wolkenvelden nog een drup regen vallen. De wind draait donderdag naar zuidwest ot zuid en zo kan warmere lucht via België ons land binnenstromen. Het maximum komt te liggen tussen de 15 en 18 graden.

Vrijdag lijkt 18 graden makkelijk te worden gehaald. Op de meeste plaatsen wordt dan de 20 graden zelfs overschreden. Dat komt door de zuidelijke wind en het zonnetje. Helemaal zonnig zal het niet worden, maar er is vrijdag en in het weekeinde toch meer zon dan bewolking. In de namiddag en 's avonds is er kans op een enkele onweersbui.