Voorpagina 9 november 2000

Dossier Midden-Oosten

„Twijfel aan oprechte bedoelingen Arafat”

Barak neemt aanval
Palestijnen zwaar op

Van onze buitenlandredactie
NABLUS – De Israëlische premier Ehud Barak zegt een aanval op Israëliërs „zeer zwaar” op te nemen. Gistermorgen openden drie Palestijnen het vuur op een auto die naar een door Israëliërs bemande grensovergang tussen de Gazastrook en Egypte reed. De auto sloeg om, waardoor een vrouwelijke douanier om het leven kwam en een van haar mannelijke collega's gewond raakte. Toen militairen toeschoten om de slachtoffers van straat op te rapen werden zij ook onder vuur genomen.

De aanval wekt volgens Barak twijfel aan de oprechte bedoelingen van de Palestijnse leider Yasser Arafat om zich aan afspraken te houden en een eind te maken aan het geweld. De aanslag werd later geclaimd door een groep die verbonden is met de radicale anti-Israëlische organisatie Islamitische Jihad.

Uit vergelding sloot Israël de luchthaven van Gaza, die het samen met de Palestijnen beheert. Volgens Israëlische functionarissen waren de aanvallers uit de richting van de luchthaven gekomen. De stafchef van het Israelische leger, Shaul Mofaz, heeft Arafat ervan beschuldigd wapens te smokkelen in zijn presidentiële vliegtuig. Arafats militaire adviseur Hussein a-Sheikh deed deze aantijging af als onzin.

Bij ongeregeldheden in de Gazastrook en op de Westelijke Jordaanoever schoten Israëlische soldaten gisteren vijf Palestijnen dood.

Arafat vertrok gistermiddag naar Washington. Onderweg naar de VS deed hij Caïro en Londen aan voor ontmoetingen met respectievelijk de Egyptische president Hosni Mubarak en de Britse premier Tony Blair. Arafat zal vandaag overleg voeren met de Amerikaanse president Bill Clinton.

Barak heeft de Palestijnen gisteren een onafhankelijke staat in het vooruitzicht gesteld, maar erbij gezegd dat deze alleen de uitkomst kan zijn van onderhandelingen, en dat onderhandelingen pas weer kunnen beginnen als er een einde komt aan het geweld.

De belofte van een „levensvatbare Palestijnse staat” doet Barak in een lange brief waarin hij het Israëlische beleid in de afgelopen weken van gewelddadigheden uiteenzet, en die hij aan alle regeringsleiders in de wereld heeft gestuurd.

Hoewel Barak de mogelijkheid van een Palestijnse staat al eerder heeft geopperd, was het voor het eerst dat hij zich zo duidelijk uitliet op dit punt. Zijn aanbod lijkt mede bedoeld om de Palestijnen de wind uit de zeilen te nemen bij hun pogingen de steun van de wereld te vergaren voor het eenzijdig uitroepen van een Palestijnse staat. Die steun lijkt overigens ver weg, nu de indruk is ontstaan dat de Palestijnen, in een dubieuze poging om sympathie te wekken, jongeren naar de frontlinies dirigeren.

De Europese Commissie komt over de brug met 27 miljoen euro (bijna 60 miljoen gulden) om salarissen van Palestijnse ambtenaren te betalen. De Palestijnen zitten krap bij kas omdat de Israëlische autoriteiten niet op tijd belastinggelden hebben doorgesluisd. Op grond van een Israëlisch-Palestijnse overeenkomst uit 1994 ontvangt Israël de inkomsten uit bepaalde indirecte belastingen en douanegelden en maakt het die maandelijks over naar de Palestijnse autoriteiten.

Overigens is gebleken dat Israël op 5 november een deel van de verschuldigde belastinggelden alsnog heeft overgemaakt. De afspraak is dat de Palestijnen binnen tien dagen na ontvangst het overeenkomstige deel terugstorten in de Europese kas.

Zwarte lijst
De Israëlische minister van Buitenlandse Zaken, Shlomo Ben-Ami, heeft gisteren een ontmoeting met VN-mensenrechtencommissaris Mary Robinson afgezegd omdat Robinson afspraken met de rechtse politici Ariel Sharon en Ehud Olmert zou hebben afgezegd. Eerder op de dag hadden de Palestijnen laten weten dat Robinson alleen welkom was in de Palestijnse gebieden als ze onderzoek zou doen naar mensenrechtenschendingen die daar zijn begaan door Israël.

In Jordanië is gisteren een zwarte lijst gepubliceerd van Jordaniërs die contacten met Israël onderhouden. Op de lijst staan de namen van 21 personen. Het zijn politici die zich hebben ingezet voor vrede met Israël en journalisten, kunstenaars en academici die voorstander zijn van culturele banden met het buurland. De lijst, die geen officiële status heeft, verscheen in het weekblad Hawadeth as-Sa'ah.

De lijst is afkomstig van de Antinormaliseringscommissie van de Jordaanse vakbonden. Oorspronkelijk bevatte de zwarte lijst niet alleen namen van individuen, maar ook van bedrijven. Maar de redactie van het weekblad zag er om juridische redenen van af deze bedrijven onder de aandacht te brengen.