Toerisme 2 oktober 1999

Rumoerig Nazareth
schudt stof van zich af

Door H. G. Heiden
Koortsachtig. Dat zijn de bouwactiviteiten in Bethlehem, Nazareth en andere plaatsen in Israël. Aanleiding is de grote stroom pelgrims die het land in het jaar 2000 verwacht. Met nieuwe accommodaties en verbetering van de infrastructuur moet Israël dan de verwachte verdubbeling tot vier miljoen bezoekers probleemloos kunnen herbergen.

Hopelijk is de paspoortcontrole volgend jaar ook op het grotere aantal bezoekers ingesteld, want als er nu een Boeing 747 van El Al op Ben Gurion Airport van Tel Aviv landt, sta je een halfuur in de rij voor je aan de beurt bent. Om de wachttijd te bekorten, wordt de invoering van een elektronisch visum overwogen. Maar goed, wat is een halfuur op een bezoek van een week als strenge controle de veiligheid van iedereen ten goede komt?

Stoffig imago
Het Vaticaan schat overigens dat er in 2000 meer dan zes miljoen mensen naar Israël gaan, want Rome moedigt de pelgrims daartoe sterk aan. Voor wie écht gaat, is het te hopen dat ze het mis hebben, want zo'n grote stroom kan het land niet aan. Israël krijgt er zo'n 2500 hotelkamers bij, waarmee het totaal in de grote steden op 55.000 komt.

Nazareth breidt met 800 kamers uit en de infrastructuur wordt er flink onderhanden genomen. Het imago van stoffige, enigszins vervallen en luidruchtige stad hoopt het van zich af te schudden. Of dat laatste lukt is de vraag. De luidruchtigheid wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door het geclaxonneer van ongeduldige automobilisten. Om dat te stoppen, is een mentaliteitsverandering nodig. Restauratie van ruïnes en markten, het aanleggen van observatiepunten en promenades en het verbreden en plaveien van straten zorgt ervoor dat in ieder geval het stoffige beeld van Nazareths centrum verleden tijd wordt.

Een wijziging van het stadsbeeld waar lang niet iedereen gelukkig mee is, is de aanspraak die Arabieren nu op een stukje grond maken. Het terrein ligt tegenover de basiliek van de Aankondiging en zou heilig zijn. Dagelijks bivakkeren hier moslims om hun aanspraak op de bouw van een moskee te onderstrepen. Een bord met ”moskee” boven een minuscuul opgetrokken 'bouwsel' van doek en hout hangt er al. Gids Israël Yaoz: „Ik kom hier nu dertig jaar en heb nooit iets van heilige grond bespeurd. En nu, pal voor de kerk, komt dit idee naar boven. Volgens mij willen de Arabieren zich laten gelden, omdat ze in Nazareth inmiddels de helft van de bevolking van 60.000 zielen vormen.”

Bijbelse kapitelen
Links van de basiliek in Nazareth bevindt zich een klein museum dat weinig toeristen te zien krijgen omdat het met een stevig hek is afgesloten. Een goede gids weet echter de sleutelbewaarder te vinden en toegang tot ”The Ancient Nazareth” te krijgen. Israël Yaoz: „De meeste toeristen komen hier niet omdat hun groep te groot is, of omdat ze geen tijd hebben.” In de kleine ruimte staan onder meer potten uit de tijd van Abraham en vijf kapitelen van kalksteen die aan het eind van de twaalfde eeuw door christenen van hun zuilen zijn gehaald en daarna zijn verstopt. De kapitelen werden in 1909 gevonden en hebben bijbelse afbeeldingen, zoals Jezus die Zijn wonden aan de ongelovige Thomas toont en Petrus, lopend op het Meer van Galilea.

Vanuit Nazareth is het slechts 25 kilometer naar het Meer van Galilea, waar Jezus zo veel wonderen verrichtte. Tot de bezienswaardigheden rond dit meer (ook het Meer van Tiberias en het Meer van Kinnaret genoemd), behoort een museum met een schip dat uit de tijd van Jezus stamt. Officieel is de benaming ”Het historische schip van Galilea”. Het vaartuig werd in 1986 ontdekt aan de toen droogliggende oever van het meer nabij Kibboets Ginosar, die halverwege de plaatsen Migdal en Tabgha ligt. Vorige maand kreeg het in het Beth Yigal Allon-museum bij Kibboets Ginosar een gloednieuwe behuizing. Tot die tijd werden de overblijfselen in een soort veredelde scheepscontainer tentoongesteld.

Schip van discipelen
De ouderdom van het schip wordt geschat op 1920 tot 1960 jaar, derhalve daterend van 40 tot 80 jaar na Christus. Volgens geschiedkundigen is dit het type (vissers)schip dat de discipelen van Jezus gebruikten.

De broers Moshe en Yuval Lufan, beiden lid van Kibboets Ginosar, deden de ontdekking. Yuval (42), die nu als tuinman in de kibboets werkt: „We gingen langs de oever vaker op zoek naar munten en dergelijke. Op die dag was het waterpeil zo laag dat we van tevoren het gevoel hadden iets belangrijks te zullen vinden. In de modder vonden we al snel enkele munten en daarna een aantal spijkers. Toen begon het te regenen. Even plotseling hield de regen op en verscheen er een regenboog. We beschouwden dit als teken om verder te zoeken, waarna stukje bij beetje het karkas van een schip tevoorschijn kwam.”

Het wrak werd in twaalf dagen uit de modder gehaald, waarna het opnieuw, en nu langer, begon te regenen. Yuval: „Ik ben door deze vondst en de gebeurtenissen eromheen veranderd. Als het tijdens de opgraving was gaan regenen, had het schip niet geborgen kunnen worden. Ik heb meer aandacht voor de natuur gekregen. Dode bomen maak ik weer 'levend' via houtsnijwerk.”

Oorlogsmuseum
Van latere datum in het Beth Yigal Allon-museum is de tentoonstelling over de oorlogen die Israël sinds 1948 om zijn bestaan heeft gevoerd. Bezoekers hebben hier steeds de keus om wel of niet de strijd in te gaan. Door linksaf te slaan, kiest men voor diplomatie. Rechtsaf leidt direct tot oorlog. In beide gevallen wordt met argumenten aangegeven waarom de gekozen richting ”de beste” is. Voor een totaalbeeld moet je zowel links- als rechtsaf meemaken. Voor de doorsnee toerist is dit wellicht te veel gevraagd, want daar ben je dan wel een aantal uren mee zoet.

Meer informatie: Israëlisch Nationaal Bureau voor Toerisme, 020-612 88 50.