Toerisme 15 mei 1999

„Op bruiloften dragen zelfs niet-Schotten de Hooglanddracht”

Nationalisme tilt
mannenrok omhoog

Door E. van Vlastuin
Alasdair Macleod wil best een ”tartan” ontwerpen voor het nieuwe Schotse parlement, dat vorige week werd gekozen. Hij bedenkt toch al regelmatig ruitpatronen voor allerlei mensen en organisaties. De kilt is weer populair in Schotland. Zelfs jongeren beschouwen het kledingstuk als trendy, al dan niet in combinatie met zware oogschaduw, tatoeages en ringen door de neus. Menig toerist weerstaat evenmin de verleiding om zich in de hoofdstad Edinburgh zo'n rokkostuum aan te laten meten.

Vooral jongeren kleden zich de laatste jaren weer in de kilt. Rok en doedelzak zijn voorname manieren om jezelf van Engelse Britten te onderscheiden. Op een trouwerij is een kilt in familiekleuren voor de bruidegom even vanzelfsprekend. En dat jongens vanaf hun zestiende stukje bij beetje een complete Hooglanduitrusting bijeensprokkelen (in totaal al gauw een investering van ruim 1500 gulden) is even normaal als dat een Nederlandse jongeman aan zijn ouders een bijdrage voor zijn rijbewijs vraagt.

Hoewel de ruiten ook steeds meer in broeken voorkomen, blijft de rok (tot net boven de knie, met lange wollen kousen) populair. In de Eerste Wereldoorlog voelden de Duitse soldaten zich al door hun Schotse tegenstanders in het ootje genomen. Een rok, ja dat leek hun op het eerste gezicht aantrekkelijk, maar die onderbenen die eronderuit staken, vonden ze geen gezicht.

Vaste patronen
Alasdair Macleod is de creatieve ontwerper van de Edinburgh Old Town Weaving Company, die naast het kasteel van Edinburgh is gevestigd. Hier wordt de wereldberoemde geruite wol op Edinburghs enige traditionele tartanmolen geweven en is een permanente tentoonstelling van de historische ontwikkeling van de ruitdracht. Want tartans zijn al heel oud, weet Macleod. „Ze stammen uit ongeveer de veertiende eeuw. Het is moeilijk precies aan te geven, want niemand schreef het op. De geruite kilt was lange tijd de normale kleding in de Hooglanden in het noorden en westen van Schotland.”

Macleod kan niet zeggen van wanneer de oudste tartan stamt. „Het oudst bekende stukje is van 250 na Christus. Het werd bij Falkirk gevonden. Het enige wat we daaruit kunnen afleiden is dat er toen al geruite wol werd gedragen. We weten wel dat er aan het eind van de zestiende eeuw al vaste patronen bestonden, maar die hadden dus nog geen naam.”

”Celtic revival”
Toen Schotland in 1707 een unie met Engeland aanging, rekruteerde het Britse leger mensen onder de Schotse Hooglanders. „De kilt werd in de achttiende eeuw het uniform van de Schotse regimenten. Op die manier werden ze zich er ook meer bewust van dat ze zich onderscheidden van de Engelse kleding. In diezelfde periode werden specifieke tartans verbonden aan families en grotere groepen, de zogenaamde clans. Toen kregen de verschillende patronen dus ook namen. In de negentiende eeuw werd de ”Highland dress” steeds populairder door een opleving in het Keltisch bewustzijn.”

Gedurende deze ”Celtic revival” werden steeds nieuwe patronen ontworpen. „Iedereen wilde een tartan en liet deze ook registreren. Dat gaat eigenlijk nog steeds door. Elk jaar komen er nog vijftig tot honderd bij. En het is nog steeds mogelijk origineel te zijn. Je hebt gewoon een keus tussen de twee en zeven kleuren. Daar kun je heel veel mee. In totaal zijn er zo'n 2500 erkende tartans, maar in de praktijk zijn het er veel meer.”

Nationalisme
William James is een van de tientallen ”kiltmakers” in het centrum van Edinburgh. De kleermaker van het Celtic Craft Centre loopt al vanaf zijn kinderjaren in een kilt. „Ik denk er eigenlijk niet over. Toen ik tien jaar was speelde ik al doedelzak. Ook zoiets. Dit hoort gewoon bij mijn persoon. Een kleermaker in Holland maakt de kleding die daar normaal is.”

Alasdair Macleod erkent dat de populariteit van de Hooglanddracht te maken heeft met het Schotse nationalisme, dat de laatste 20 jaar weer in de lift zit. „Deze dracht overleefde doordat de Schotten een aparte positie in het Britse leger kregen. Juist omdat ons land samen met Engeland in een unie zat, wilden de Schotten zich onderscheiden. De kilt overleefde dus voornamelijk omdat hij een militair uniform was. Anders zou hij zijn verdwenen. Dit verklaart gelijk waarom de vrouwelijke Hooglanddracht niet overleefde. In de meeste landen hoort traditionele kleding bij plattelandsmensen. Bij ons dus niet. Voor burgers was de kilt trouwens in de achttiende eeuw gedurende 35 jaar verboden, omdat die werd gezien als een sympathiebetuiging aan de Schotse opstand. Als uniform raakte hij in de vorige eeuw echter weer over de hele wereld bekend.”

Dat de kilt nu weer steeds populairder wordt, heeft te maken met een herleefde behoefte aan nationale onafhankelijkheid. „We krijgen gewoon steeds meer door dat we een unieke positie in het Verenigd Koninkrijk hebben. Dat willen we laten zien. De Hooglanddracht is daarvoor een perfecte manier. Het is een nationaal kostuum geworden. Ruim 20 jaar geleden werd de kilt alleen in het noorden tijdens bruiloften gedragen. Nu doet vrijwel iedereen het. Ik denk dat 60 procent van de mannen wel een rok heeft hangen. De kilt zal daarom voorlopig nog wel overleven. Ook het nieuwe parlement is een uiting van hernieuwd natiebesef.”

Voor kiltmaker William James heeft de populariteit van de Hooglanddracht niets te maken met oplevend nationalisme. „Voor sommige mensen is dat misschien wel zo. Maar niet voor het merendeel van mijn klanten. Het komt meer voort uit nationaal besef en de erfenis die daarbij hoort. Die willen we levend houden. En die zal blijven leven. Nu dragen meer jongeren dan ooit deze dracht. Op bruiloften dragen zelfs niet-Schotten de Hooglanddracht. Ik denk dat ik er voorlopig wel van kan leven.”

Oorlogskleur
Alasdair Macleod loopt zelf in een geruite broek rond. Is dat wel verantwoord voor een medewerker van een Schotse wolwever? „Tartan-broeken zijn er altijd al geweest. Misschien zijn ze wel ouder dan de kilt. Daar zit dus het probleem niet. Bovendien bewijst dit dat we niet star traditioneel zijn. Hoewel we niet meer weten hoe de vrouwendracht er vroeger uitzag, maken we ons daar nu ook niet druk over. De uitrusting van een man wordt overigens veel door vrouwen gedragen. Het is een levende traditie.”

James geeft aan dat de nationale dracht steeds aan verandering onderhevig is. „Oorspronkelijk was de kilt een dagelijkse dracht. Nu is dat voor de meeste mensen niet zo. Verder veranderen allerlei dingen door de tijd. Bij de meeste kostuums hoort nu een leren riem. Die was 20 jaar geleden niet gebruikelijk. Het overhemd dat ik zelf draag, is een achttiende-eeuws ontwerp, dat nu in is maar straks weer uit de mode raakt. Zo is het steeds in beweging.”

Een kenmerk van moderne tartans is dat ze steeds meer een symbolische betekenis krijgen. Macleod toont dit aan de hand van het ”21e-eeuw-patroon” dat hij ontwierp. „De rode banen wijzen op oorlog. De blauwe duidt op de vredeshandhaving door de Verenigde Naties. Het zilver is symbool voor de technologie. Zoals je ziet, overheerst het blauw. Aan oude tartans werd geen of weinig symbolische betekenis gehecht.”

Informatie over Edinburgh of Schotland: Brits Toeristenbureau, Stadhouderskade 2 (vijfde etage), 1054 ES Amsterdam, 020-689002. De Edinburgh Old Town Weaving Company, 555 Castlehill, geeft gratis rondleidingen: 0044-1312261555. The Scottish Tartans Museum is gevestigd in 39-41 Princes Street.