Toerisme | 31 maart 2001 |
Noord-Ierse stad is zeker aantrekkelijk voor toeristDe tweesprong van BelfastDoor H. G. Heiden
Op enkele uitzonderingen in 1998 en 1999 na is het sinds het vredesakkoord van Goede Vrijdag 1998 in Noord-Ierland echter relatief rustig. Zakelijk en toeristisch bezien bloeit Belfast als nooit tevoren. Jaarlijks trekt de stad nu zo'n 1,5 miljoen bezoekers, onder wie een miljoen dagjesmensen. Belfast is afgeleid van de oude Ierse naam Beal Féirste, wat fort tegenover de monding van de rivier betekent. Het vertrouwen in het vredesproces wordt onderstreept door de opening van zeven hotels in de laatste twee jaar. Accommodatie is er in alle klassen, van eenvoudig tot luxe. Sterrenhotels zoals het Malone Lodge Hotel, waarin hoofdzakelijk zakenmensen verblijven, geven in het weekend flinke kortingen. Voor toeristen wordt daarmee een verblijf in die klassehotels ook aantrekkelijk gemaakt. Restaurants vliegen in Belfast als paddestoelen uit de grond. Elke vier dagen wordt er een restaurant geopend. Inmiddels telt de stad nu meer dan 450 eetgelegenheden, variërend van knusse pubs tot deftige sterrenrestaurants. Aanrader voor een uitstekende lunch is de John Hewitt-pub in Donegall Street. Dominee op bezoek In de stad zelf is een vreemde situatie ontstaan. De wijken in West-Belfast waar militante katholieken en protestanten elkaar gedurende tientallen jaren regelmatig naar het leven stonden, zijn nu toeristische bezienswaardigheden. Het gaat om de murals, de muurschilderingen die metershoog op huizen zijn aangebracht. In The Falls, het katholieke deel van West-Belfast, voeren Iers gerelateerde motieven (uiteraard) de boventoon. Tot een van de bekendste murals hoort de beeltenis van Bobby Sands. Deze strijder voor de Ierse zaak stierf in 1982 in de gevangenis na een hongerstaking, samen met negen anderen. Beklemmend Bij binnenkomst in Shankill waan ik me even in een Nederlandse plaats die op koninginnedag Hare Majesteit ontvangt: het rood, wit en blauw van de Britse vlag voert hier de boventoon. Stoepranden, lantarenpalen en Amsterdammertjes: alles is als teken van nationalisme in deze kleuren geschilderd. Onze eigen koning Willem III, die in de zeventiende eeuw de Engelse (katholieke) koning James II in een oorlog versloeg, is prominent op een huizenblok vereeuwigd. Elders in Shankill prijken gemaskerde en gewapende leden van de Ulster Freedom Fighters op de muren. Geen gezellige afbeeldingen, maar ze worden inmiddels wel als kunst beschouwd. Vredesmuren Het centrum van Belfast, dat steeds als neutraal terrein wordt beschouwd, wordt gekenmerkt door Victoriaanse gebouwen. Blikvanger is het stadhuis, dat onder meer met een fraaie koepel is uitgerust. Er worden gratis rondleidingen gegeven. Queens University in Zuid-Belfast doet vanwege de afmetingen koninklijk aan en is voor het publiek van binnen te bezichtigen. Hier studeren nu zo'n 16.000 jongelui. Andere bezienswaardigheden zijn Belfast Castle, St. George's Market en St. Malachy's Church. Een nieuw project dat de stad aantrekkelijker moet maken, is de ontwikkeling van het Titanic Quarter. Het fameuze passagiersschip Titanic, dat in 1912 op zijn eerste reis verging, werd in Belfast gebouwd op de scheepswerf van Harland & Wolff. Op de plaats van deze voormalige werf moet een stad in de stad verrijzen die als centrum voor onderzoek en nieuwe technologie gaat fungeren. Oranjedag Ook 12 augustus is een belangrijke marsdag voor de protestanten. De zogenoemde Apprentice Boys (leerjongens) trekken dan massaal door de straten van Belfast en Derry. Hoewel deze politiek-religieus getinte optochten eufemistisch gezegd tot de couleur locale behoren, is het verstandig om Belfast in deze marsperioden niet te bezoeken. De rest van het jaar is Belfast een onbekende ontdekking. Noord-Ierland is rechtstreeks vanuit Nederland bereikbaar met onder meer easyJet, dat dagelijks in anderhalf uur van Amsterdam naar Belfast vliegt. Meer info: British Travel Services, tel. 020-4203355. |
Zie ook: Het te ontdekken land |
![]() |