Reizen 2000 14 januari 2000

Oud Krakau trekt

„Hier vindt men alles wat het hart begeert”, schreef een zestiende-eeuwse reiziger over het Poolse Krakau. Oud is de koningsstad –zonder twijfel de mooiste stad van Polen– zeker.

Kunstschatten zijn er ook te over; de verzameling wordt op 2,3 miljoen voorwerpen geschat. Redenen in 1978 om Krakau als eerste Europese stad naar de Unesco-lijst van de twaalf belangrijkste cultuurobjecten ter wereld te promoveren. Niet minder dan zo'n duizend huizen, 150 kerken en kapellen, diverse paleizen en duizenden kunstwerken in 26 musea worden zorgvuldig geconserveerd en gerestaureerd.

Om de eerbiedwaardige leeftijd van de voormalige Poolse hoofdstad kun je niet heen. Het antieke hart behield grotendeels zijn middeleeuwse aanzien. De vorm van het centrum is nog dezelfde als het Krakau dat na de inval van de Tartaren in 1241 werd herbouwd. Het plan is zelfs niet geschonden door de nazi's, die in de Tweede Wereldoorlog 70.000 Joodse bewoners van de stadswijk Kazimierz naar een concentratiekamp jaagden, Krakau leegplunderden maar zesduizend monumenten onaangetast lieten.

Klein
Centraal ligt de Grote Markt, omgeven door een schaakbordpatroon van kruisende straatjes. Alleen een paar Romaanse gebouwen doorbreken het plan. Het centrum is maar klein. Toch kun je er uren, zelfs dagen, ronddwalen om telkens een nieuw straatje, een onbekend schilderachtig hoekje of nóg een kerk te vinden – in het superrooms-katholieke Polen staan monumentale kerken schouder aan schouder. Je vindt ze in alle soorten en maten en nog dagelijks wordt er aan godshuizen gebouwd.

In de veertiende eeuw werd de stad de kroningsplaats van de Poolse koningen. De universiteit –een van Europa's oudste academies– bracht Krakaus roem ver over de grenzen. Belangrijk voor de stad was de invloed van de Italiaanse hertogin Bona Sforze, echtgenote van koning Zygmunt I. Zij haalde kunstenaars uit haar land naar de stad en maakte er een centrum van kunst en cultuur van; de zestiende eeuw werd een Gouden Eeuw.

Planty
Het meeste valt binnen de oude stadsmuur met verdedigingswerken –nu Planty genoemd– te beleven. Het staat er vol met oude kerken. De gehaaste bezoeker doet op zijn minst de middeleeuwse Mariakerk, de kerken van de franciscanen en dominicanen, de Wawelheuvel –met de Wawelburcht, zetel van de Poolse koningen, en de kathedraal, waar ze zich lieten dopen, kronen en begraven– het Czartoryskimuseum en de Lakenhal aan. Een goede protestant stelt belangstelling in de Reformatorenkerk, tegen de stadsmuren aan, zelfs al viert het paapse Polen dit jaar een religieus jubileumjaar.

Info: 020-625 35 70 of www. krakow2000.pl