Waarden en Normen 5 oktober 1999

CDA-kamerlid Rietkerk boos over
„farizeïsche” opmerkingen Dittrich

Door G. A. Vroegindeweij
DEN HAAG – „Wat is nu belangrijker voor het CDA: het Woord van God of het zitting hebben in de Nederlandse regering? Als ik in die situatie voor die vraag stond, zou ik het antwoord wel weten, namelijk het eerste.”

Deze uitspraak is niet afkomstig van een vertegenwoordiger van de kleine protestantse partijen, maar van het D66-kamerlid Dittrich. In deze krant van afgelopen zaterdag hekelde hij de CDA-politiek van compromissen sluiten bij ethische kwesties, zoals abortus en euthanasie. De D66'er vindt dat als de Bijbel gezaghebbend is, er geen compromis mogelijk moet zijn.

Overigens moet Dittrich zelf niets van het christelijk geloof hebben: „Ik ben humanist, ik geloof niet in God en de Bijbel heeft voor mij nauwelijks betekenis bij het beoordelen van de kabinetsvoorstellen over abortus, euthanasie en het homohuwelijk.”

Het CDA-kamerlid T. W. Rietkerk reageert verontwaardigd op de uitlatingen van zijn D66-collega. Hij noemt ze „farizeïsch” en „niet getuigen van respect voor een christen-democratische partij die regeringsverantwoordelijkheid heeft gedragen.” De CDA'er, Nederlands gereformeerd en zoon van een RPF-burgemeester, legt zijn mening uit: „Ik vind dat Dittrich vanuit de hoogte oordeelt. Hij zegt met zoveel woorden dat hij niets met God heeft en dat hij zich niet wil laten leiden door Gods Woord. Ondertussen oordeelt hij vanuit de hoogte over de manier waarop een christen politiek moet opereren. Dat kan hij helemaal niet. Dat noem ik farizeïsch.”

Fundament
Rietkerk noemt het huidige CDA-verkiezingsprogramma duidelijk als het gaat over zaken als abortus en euthanasie. „Daarin kiest de partij een duidelijke lijn. Het CDA wil de strafbaarheid van euthanasie niet uit het Wetboek van Strafrecht halen en wil geen verdere oprekking van de abortuspraktijken.

D66 wil dat wel. Er zit een principieel verschil in het fundament. Dittrich praat vanuit het individu en het zelfbeschikkingsrecht van de mens. Wij handelen vanuit christen-democratrische politiek, gebaseerd op christelijke uitgangspunten: naastenliefde, verantwoordelijkheid en betrokkenheid.”

Rietkerk deelt niet de opvatting van Dittrich dat een christelijke partij die zich laat leiden door het Woord van God, geen compromissen mag sluiten. „Wij leven in een gebroken wereld en als we regeringsverantwoordelijkheid dragen, moeten we streven naar het maximale.”

Geen rek
Dat geldt ook voor kwesties die rechtstreeks ingaan tegen het bijbels gebod?
„Dan moeten we doorpraten over dat bijbels gebod. Ik vind zaken van leven en dood principieel. Ik kan me heel goed vinden in het CDA-verkiezingsprogramma op deze punten. Ik erken dat iemand die in de regering zit een andere verantwoordelijkheid heeft. Blijft wel dat er een principiële lijn is als het gaat om leven en dood.”

De kritiek van Dittrich is nu juist dat het CDA medeverantwoordelijkheid heeft gedragen voor de abortus- en euthanasiewetgeving zoals die nu van kracht is.
„Onder verantwoordelijkheid van het CDA zijn inderdaad bepaalde beslissingen genomen, maar daaraan is een proces van onderhandelen voorafgegaan. Dat is de consequentie van het dragen van regeringsverantwoordelijkheid vanuit christelijke idealen.”

Maar wil het CDA nu compromissen sluiten over deze ethische vragen als de partij regeringsverantwoordelijkheid zou dragen, of niet?
„Ik vertel hoe het is gegaan in het verleden. Ik ben nu CDA-kamerlid. Voor mij is leidend het verkiezingsprogramma. Daar zit geen rek meer in, punt. Daarom kan ik er als orthodox christelijke ook mee leven”.

Verantwoording
Maar er komt een andere afweging als het CDA in de regering zou zitten?
„Dat klopt. Dan komt de vraag van een normerende overheid aan de orde. Blijven we erbuiten staan en laten we gebeuren wat in deze gebroken wereld dreigt te gebeuren, of proberen we een streep te trekken en water bij de wijn te doen. De Hoop Scheffer heeft voor de verkiezingen duidelijk gezegd dat het CDA geen regeringsverantwoordelijkheid wil dragen voor verdere oprekking van de abortus- en euthanasiewetgeving.”

Bent u dan wel gelukkig met de huidige abortus- en euthanasiewetgeving?
„Gelukkig is een te groot woord. Het compromis is niet zomaar totstandgekomen. Hoe er in het verleden is gehandeld is voor mij niet relevant. Ik sta er nu voor en ik zal verantwoording moeten afleggen tegenover het CDA, maar ook aan het eind van mijn leven tegenover de Heere God.”

De kritische opmerkingen van Dittrich zouden voor hetzelfde geld uit de mond kunnen komen van een vertegenwoordiger van de protestantse fracties. Als zij u dat verwijt voor de voeten werpen, wat zegt u dan?
„Ik vind dat we een stap voorwaarts hebben gedaan door samen één front te vormen tegen deze paarse voorstellen, los van accentverschillen. Het heeft mij wel eens verdriet gedaan dat de christelijke partijen zich zo afzetten tegen elkaar, terwijl het in deze samenleving juist zo nodig is dat we gezamenlijk optrekken.”

Waarom ondertekent het CDA dan niet het gezamenlijke juridische protest van de wetenschappelijke instituten van RPF, SGP en GPV tegen de euthanasiewetgeving?
„Daar heb ik nog niets van gehoord. Ik zal daar eens naar vragen.”