Koopgedrag 31 december 1998

Mijnders deelt moeite met winkelen op tweede feestdagen niet

Weinig enthousiasme voor
extra koopavonden

Door Geertje Bikker-Otten
APELDOORN – Half negen, woensdagavond. Het parkeerterrein bij de woonboulevard staat niet afgeladen vol, maar naar schatting is toch wel driekwart van de plaatsen bezet. De eigenaren slaan hun slag bij bouwmarkten, warenhuizen en interieurzaken. Sinds 1 juni 1996 kunnen we ons desgewenst na de warme maaltijd nog in alle rust een nieuwe keuken laten aanmeten. Op deze avond maken vier stellen van deze gelegenheid gebruik.

In christelijke kring leefden veel bedenkingen tegen de twee jaar geleden doorgevoerde verruiming van de winkeltijden. Detaillisten hebben sindsdien de mogelijkheid om op doordeweekse dagen tot 's avonds laat en –afhankelijk van de vestigingsplaats– ook eens per maand op zondag de deur voor klanten open te zetten. Gevreesd werd dat de avondopening het gezinsleven van mensen die in een winkel werken zou aantasten. De bezwaren tegen koopzondagen zijn van principiële aard: de zondag wordt ontheiligd.

Een meerderheid van de RD-abonnees (56 procent) is van mening dat de verruimde winkeltijden de 24-uurseconomie bevorderen. Het gedrag van de lezers die de enquête over het koopgedrag hebben ingevuld, stemt hiermee overeen. De helft maakt nooit gebruik van de sinds 1 juni 1996 bestaande extra avondopenstelling.

Het zal gezien het voorgaande niet verbazen dat men niet erg enthousiast is over de ruimere winkeltijden. Slechts 12 procent van de lezers vindt het een goede zaak dat winkels 's avonds langer open zijn.

Ook de al bestaande vaste koopavond blijkt niet erg in trek. Van de ondervraagden zegt 34 procent hiervan nooit gebruik te maken. De helft van de lezers bezoekt minder dan eens per maand een winkelcentrum op de traditionele koopavond.

Het leven is soms sterker dan de leer.,,Ik was er erg op tegen, maar nu de winkels langer open zijn maak ik er toch gebruik van'', aldus een reactie van een lezer.

Pak suiker
Mevrouw A. van der Ridder is faliekant tegen de ruimere winkeltijden die sinds een paar jaar mogelijk zijn. Haar zullen ze niet op dinsdagavond met een boodschappenwagentje in de supermarkt aantreffen. Dat doet ze „absoluut” niet. „Nou wonen wij op een dorp, daar ligt dat misschien ook wel wat gemakkelijker. Als de suiker op is, kan ik een pak bij m'n moeder halen”.

Gaan winkelen op tweede feestdagen of op de extra koopavonden in verband met sinterklaas of Kerst zal ze ook niet snel doen. „Dat vind ik echt onzin. Onze kinderen hebben met sinterklaas alledrie een surprise gehad. Maar die hebben we gewoon overdag gekocht”. De enige avond dat ze er wel eens voor een boodschap op uit gaat, is de sinds jaar en dag bestaande wekelijkse koopavond.

„Ik heb er moeite mee dat mensen die er hun brood mee moeten verdienen, worden gedwongen om de hele week door in de avonduren te werken. Dat gaat ten koste van hun gezinsleven”, motiveert mevrouw Van der Ridder haar afwijzing van de ruimere winkeltijden. „Ik ben een groot voorstander van het gezin, samen binnen vier muren. In de hele samenleving wordt daarop beknibbeld. Ik ben bang dat kinderen over tien jaar niet meer weten wat dat is, om samen met vader en moeder rustig in huis te zijn. De basis die daarvoor nodig is, gaat kapot. Er blijft zo weinig over als je geen tegengas geeft”.

Mevrouw Van der Ridder onderschrijft dat de ruimere winkeltijden voor de consument bepaalde voordelen kunnen hebben. „Maar de nadelen zijn veel groter. M'n zus heeft in een bloemenzaak gewerkt. Zij was met de kerstdagen altijd helemaal afgedraaid omdat ze de dagen ervoor hard en lang had moeten werken. Dan denk ik: Als je een kerststukje op tafel wilt, kun je dat toch ook wel wat eerder kopen?”

Gemakkelijk
De heer Van der Boom uit Monster, voormalig winkelier, gaat zelf nooit 's avonds om een boodschap. „Daarvoor heb ik ook niet meer de leeftijd, ik hoop volgende maand 77 te worden”. Hij heeft werkende jongelui op kamers en weet dat zij het vaak wel erg handig vinden dat de winkels de laatste jaren langer open zijn. „Voor mensen die laat of onregelmatig werken is het gemakkelijk dat ze ook na zeven uur nog boodschappen kunnen halen”.

Van der Boom betwijfelt overigens of de ruimere winkeltijden voor de ondernemers enig voordeel hebben. „Het budget dat mensen willen besteden, blijft gelijk. En het personeel krijgt in de avonduren wel meer betaald”.

Winkels die op de tweede feestdagen open zijn, hoeven niet op klandizie van de bejaarde winkelier te rekenen. „In onze gemeente is er op die dagen 's morgens altijd een dienst. Dan heb je er weinig behoefte aan om 's middags te gaan winkelen. Het is toch een vorm van uitgaansgedrag. Voor mijn idee zit het wel een beetje tegen zondagsontheiliging aan. Het is de grens. Ik ben bang dat van het een het ander komt”.

Tweede paasdag
Van der Boom staat niet alleen. Driekwart van de RD-lezers is er niet voor dat winkels op tweede feestdagen open zijn. Een minderheid (8 procent) heeft over dit onderwerp geen mening, 17 procent vindt het geen probleem dat winkels op tweede paasdag of tweede pinksterdag open zijn. Er zijn overigens maar heel weinig ondervraagden (4 procent) die aangeven op deze dagen wel eens te gaan winkelen.

H. G. Mijnders van Mijnders Meubelen heeft zich altijd fel verzet tegen de invoering van koopzondagen en ook tegen de verruiming van de winkeltijden in de avonduren. De principiële bezwaren tegen winkels die op tweede feestdagen open zijn, deelt hij echter niet. „Op grond van Gods Woord houden we de zondag als rustdag. Over de tweede feestdagen staat niets in de bijbel. Die hebben mensen zelf gemaakt. Ik zie die dagen niet als een zondag. Onze winkels zijn op die dagen altijd open geweest, daar heb ik nooit moeite mee gehad”.

De winkels gaan op die dagen om tien uur open. „Het personeel kan 's morgens naar de kerk, als ze dat willen. Maar niet iedereen is natuurlijk kerkelijk”. Commercieel gezien viel de afgelopen tweede kerstdag overigens wat tegen. „Ikea was zondag open en op zaterdag gesloten. Daar hebben we nadeel van gehad. De omzet wordt over meer dagen verdeeld”.

Mijnders vreest dat de zondag steeds meer onder druk komt te staan. „Er is een voorstel om winkeliers in heel het land op de eerste zondag van de maand toe te staan hun zaak te openen. Als dat doorgaat, krijgen bijvoorbeeld ook de ondernemers op de Veluwe hiermee te maken”. Hij voorziet dat het aantal koopzondagen spoedig zal toenemen. „Twintig zondagen, daar gaat het naartoe”.

Mijnders is niet gelukkig met de verruimde winkeltijden, die volgens hem vooral zorgen voor verschuiving van de omzet. „Het gaat van de dag naar de avond”. Toch is besloten de winkels van Mijnders Meubelen met ingang van januari niet alleen op donderdag en vrijdag maar ook op woensdag 's avonds te openen. „Als concurrenten elke doordeweekse avond open zijn, loop je omzet mis als je winkel dicht is”.