Voornamen in het buitenland 24 augustus 1998

Toch blijft het tobben en gissen met de Chinese namen

Li Harry Peng of Harry Li Peng?

Door A. Jansen
In China is alles anders – ook wat voornamen betreft. De eerste moeilijkheid voor een westerling is natuurlijk dat die namen nauwelijks zijn uit te spreken. Maar ronduit verraderlijk is de volgorde.

Wat wij “vóórnaam” noemen –Piet, Jan of Kees– staat in het Chinees namelijk áchteraan. Chinezen spreken daarom niet van een vóórnaam, maar van een “gegeven naam”. President Jiang Zemin heet dus met zijn roepnaam (voornaam) Zemin. De vroegere premier Li Peng (spreek uit als: pung) luistert naar de achternaam Li. Zijn vrouw zal hem vast aanspreken met “Peng” – zijn vóórnaam dus.

Verwarrend is dat tegenwoordig nogal wat westers georiënteerde Chinezen –met name die uit Taiwan of Hongkong– onze gewoonte overnemen om de “gegeven naam” vooraan te zetten. Echt vóórnaam te laten zijn dus. Dat staat ook een beetje voornaam. Ontmoet je zo'n westerse Chinees en je krijgt zijn visitekaartje aangereikt, dan is het altijd gissen of hij zijn naam op westerse of op Chinese wijze heeft gerangschikt. Mensen die langdurig zo'n visitekaartje bestuderen hóór je peinzen: met welke naam moet ik hem nu aanspreken? Je loopt immers het risico dat je “Dag mijnheer Kees” tegen hem zegt, en dat is bij een eerste ontmoeting toch echt te vrijpostig.

Tweehonderd
Overigens spreken Chinezen elkaar tegenwoordig weer gewoon met “mijnheer Li” of “mevrouw Li” aan. Maar ook dat wordt omgedraaid: “Li mijnheer” zegt men, en “Li mevrouw”. Het aloude “kameraad Li” wordt binnen de communistische partij nog slechts door de oudere generatie gebezigd (in China nog altijd een respectabel aantal).

Een andere kopzorg voor westerlingen is dat je van een voornaam niet altijd kunt aflezen of het om een man of vrouw gaat. Veel voornamen zijn door beiden te gebruiken. Dat komt onder meer omdat er in China geen regels zijn voor het geven van een naam. Die vrijheid hebben de Chinezen ook hard nodig: meer dan één miljard Chinezen moet het doen met een kleine tweehonderd achternamen, zoals Li, Chang, Wei en Ma. En om in die eentonige massa je kind zich toch te laten onderscheiden van anderen is een of andere fantasievoornaam een probate methode. Vaak wordt zo'n naam dan nog aangevuld met een koosnaampje dat enkel binnen de familie wordt gebezigd.

Chinese voornamen hebben doorgaans één of twee lettergrepen, soms drie of vier. In de namen worden de meest uiteenlopende wensen tot uitdrukking gebracht, of associaties gemaakt. Neem de al genoemde Li Peng. Zijn voornaam Peng verwijst naar een machtige vogel uit de Chinese mythologie. Het tweelettergrepige Zemin (van president Jiang Zemin) betekent zoveel als “eerbied voor het volk”.

Geen modenamen
De behoefte aan individualiteit te midden van de massa heeft er lange tijd voor gezorgd dat er geen namen in de mode waren. Dan schieten op herkenning beluste Chinezen er immers nog niets mee op. Wel zijn er altijd uitgesproken populaire namen geweest, zoals Peng, Yong of Rui (allebei betekenen ze de dappere), Gang (van staal), Jiang (gezond of sterk), Ming (licht), Yi (standvastig) en Shanshan (schitterend).

Vaak kan men uit dit type namen ook wel het geslacht aflezen. Iemand die “de dappere” heet, is naar alle waarschijnlijkheid van het mannelijke geslacht, net als iemand die luistert naar “de rivier”, of “het meer”. Maar achter namen als “meimaand”, “begin van de lente” (Yuanchun), of “de schone” gaat meestal een meisje of vrouw schuil. Bij beschrijvingen van schoonheid gaat het sowieso om meisjes en vrouwen. Dat is ook het geval bij namen als Lan (orchidee) en Ping (vreedzaam) en Fang (geurend).

Er zijn ook twijfelaars, als Nan, een naam van een kostbare Chinese houtsoort, Yi of Yang (zon) en Li (oprecht). Zelfs vanachter de naam Jun (soldaat) kan een meisje tevoorschijn komen.

Ook andersoortige boodschappen zitten soms achter namen verscholen. Wat te denken van iemand die Yi Nan is genoemd: kom naar het zuiden. Waarschijnlijk leefden zijn of haar ouders ten tijde van de geboorte gescheiden. Vader werkte ergens in het zuiden van het land; moeder zat noordelijker de weeën af te wachten. In de naam van hun kind hebben ze het verlangen naar elkaar uitgedrukt.

Lenin
Natuurlijk tref je in communistisch China ook politiek getinte namen aan. Niet dat voornamen van leiders, als Xiaoping (van 'sterke man' wijlen Deng) en Zedong (van Mao) letterlijk aan kinderen werden gegeven. Er zijn relatief weinig kinderen die zo heten. Wel werden in families met de achternaam Li kinderen Ning genoemd, zodat er na enkele maanden een levende verwijzing naar Lenin (Lining) in de box lag te trappelen. Kinderen met de achternaam He werden nogal eens Ping genoemd, zodat de combinatie Heping ontstond, met een eigen betekenis: vrede.

Er lopen in China meisjes rond met de naam Hong: rood. Jongens willen nog wel eens Qun heten (de massa). Direct na de communistische machtsovername in Peking raakte een naam als Jinsheng in zwang: in de hoofdstad geboren. De vader van de bekende dissident Wei Jinsheng was een hoge partijfunctionaris en heeft nooit kunnen vermoeden dat zijn zoon in woorden en daden bepaald geen ode op zijn naam zou worden. In Sjanghai gebeurde iets dergelijks. Daar werden kinderen na 1949 Husheng genoemd: “in Sjanghai geboren”.

Wie in oktober –de maand waarin de Volksrepubliek werd gesticht– werd geboren liep het risico de naam Guoqing (viering van het vaderland) of Guo (nationale feestdag) te krijgen. In augustus kwamen nogal wat Jian-jun-tjes ter wereld: kinderen die verwijzen naar de jaarlijkse Dag van het Leger, die in deze maand wordt gehouden. Ook namen als Wei Guo (bescherm het vaderland) of Wei Dong (bescherm Dong – Mao dus) kwamen vaak voor. Toen Mao in 1976 overleed ontstond er nog één keer een Mao-rage in de naamgeving. Veel kinderen die in dat jaar het levenslicht zagen werden Mian Ze genoemd: Ik mis Ze (van Zedong).

Lexicon
Vandaag de dag hebben ouders nog enkel het heil van hun kroost op het oog als het om namen gaat – partijleiders worden op geboortekaartjes doodgezwegen. Namen waarin kracht, schoonheid, rijkdom en gezondheid worden uitgedrukt zijn populair. En waar de eigen fantasie het laat afweten, wordt gretig gespeurd in het “lexicon van voornamen”, dat ook in China te koop is.

Zij die de Engelse taal onder de knie proberen te krijgen, of aan het 'computeren' zijn geslagen, hebben vaak al snel een westerse naam erbij genomen – tot grote opluchting van hun westerse collega's en vrienden. Een Peter, Jill, Irene of Harry klinkt hen nu eenmaal vertrouwder in de oren. Rest alleen nog de volgorde. „Heet hij nu Li Harry Peng, of Harry Li Peng?”