Voornamen in het buitenland 3 augustus 1998

Ondanks revolutie blijven Russen namentraditie trouw

Kwestie van poëtische zekerheid

Door drs. K. F. J. Onwijn
Rusland is een land van voornamen. Ook als je iemand nauwelijks kent, spreek je hem aan met zijn voornaam in combinatie met zijn “patronymicum”, zelfs als die persoon tientallen jaren ouder is dan jijzelf. Zo spreken modale Russen over Boris Nikolajevitsj en Michail Sergejevitsj als ze respectievelijk president Jeltsin en voormalig partijleider Gorbatsjov bedoelen.

Maar ondanks de belangrijke rol die de voornaam in de samenleving speelt, maken Russen slechts gebruik van een beperkt aantal namen. Zelfs nu de samenleving wordt overspoeld met westerse producten en trends, houden de Russen vast aan hun oude vertrouwde Russische namen, die vaak al generaties lang binnen de familie worden gebruikt.

De Russische geschiedenis kenmerkt zich door een afkeer van het niet-Russische. Zelfs in perioden van betrekkelijke openheid probeerden de Russen altijd alles wat van buiten de grenzen kwam aan te passen aan de eigen standaarden. Deze russificatie betrof ook de achter- en voornamen. Hierdoor zijn er in de loop der eeuwen slechts weinig nieuwe voornamen in omloop gekomen, behalve wat Duitse en joodse namen.

Buiten dat speelde de Russisch-Orthodoxe Kerk een beperkende rol bij het geven van namen. In het oude Rusland droeg elke dag een eigen naam, namelijk die van een door de kerk heilig verklaarde geestelijke of vorst. De traditie schreef voor dat je je kind vernoemde naar de heilige van de desbetreffende geboortedag. Zelfs de geboortedag van Christus of Maria kon de naam van je kind bepalen. Aan de hand van de naam was het dus vaak mogelijk te achterhalen op welke datum iemand was geboren. Veelvoorkomende namen waren toen bijvoorbeeld Nicolai, Vasili en Christina (afgeleid van Christus).

Communistische namen
De communistische staatsgreep van 1917 betekende een grote breuk met deze traditie. De rol van de kerk in de Russische samenleving werd met bruut geweld teruggedrongen en daarmee ook haar tradities.

Haar plaats werd echter ingenomen door de partij, die haar eigen heiligen met zich meebracht. Behalve namen van partijleiders betrof dit ook zogenaamde verworvenheden van het socialisme. Dat leverde de meest curieuze voornamen op, zoals El (afgeleid van Elektrificatie in het Gehele Land), Dazmir (afgeleid van Leve de vrede), Vil (Vladimir Ilitjs Lenin) en Lavber (Lavrentija Berija, lange tijd hoofd van de Russische veiligheidsdienst). Overigens vervingen partijleiders ook vaak hun achternamen met woorden die meer strookten met het communisme, zoals Stalin (staal) en Molotov (hamer).

Hoewel het communisme aanvankelijk een internationaal karakter droeg, veranderde de ideologie al snel in een extreme vorm van Russisch nationalisme. En als je een niet-Russische naam had, was je voor de sowjetautoriteiten steeds vaker verdacht en liep je leven niet zelden gevaar. Velen besloten in deze periode dan ook vrijwillig hun naam te russificeren.

Behalve mensen met een Duits klinkende naam (onder invloed van de Tweede Wereldoorlog) veranderden vooral veel joodse inwoners hun namen. Zo werd Mojsa Michael bijvoorbeeld Leonti lev. Toen de grootste golven van het antisemitisme in de SU voorbij waren (jaren vijftig), durfden joden hun kinderen weer namen te geven die verwezen naar hun joodse afkomst. Het waren weliswaar Russische namen, maar iedereen wist dat voornamen zoals Boris, Ilja en David in negentig procent van de gevallen Russen van joodse afkomst betrof.

Afname verscheidenheid
Met het verloop van het revolutionaire elan verdween ook het verschijnsel van het vernoemen van kinderen naar communistische heiligen. Wat overbleef was een handvol neutrale onschuldige Russische namen als Valeri en Svetlana. Eind jaren zeventig werd het opeens mode je kind een voornaam te geven die verwees naar een groots Russische verleden.

Deze ontwikkeling viel samen met het toenemend Russische nationalisme in de toenmalige Sowjet-Unie. Vooral onder intellectuelen werden namen zoals Nikita, Pjotr en Anastasija populair. Glasnost en perestrojka en de kapitalistische omwenteling begin jaren negentig hebben echter opvallend weinig consequenties gehad bij het geven van voornamen aan nieuwgeborenen. Het opvallendst is misschien nog wel de afname van verscheidenheid.

De hedendaagse Rus legt weinig creativiteit aan dag wat het kiezen van de voornaam voor zijn kind betreft. Meestal vernoemt hij zijn kind naar iemand in de familie, en meestal is dat iemand met een eenvoudige Russische naam. Het gevolg is dan ook dat steeds meer Russen dezelfde voornamen hebben. De absolute toppers daarbij zijn Katja, Natasja, Sergej en Andrej.

Gelukkig bestaat er in Rusland dan ook de traditie van het patronymicum, waarmee Katja op haar werk zich nog in ieder geval kan onderscheiden van de tien andere Katja's die er werken. Overigens wordt de voornaam gekozen in nauwe samenhang met het patronymicum. De doorgaans poëtisch ingestelde Rus wenst absolute harmonie tussen beiden, zoals dat te vinden is bij de naam Nina Konstantinovna.

Olga of Oleg
Voornamen kiezen is voor Russen, wijzer geworden door hun bloedige geschiedenis, dus vooral een kwestie van zekerheid en zo min mogelijk risico's nemen.

Vandaar ook misschien dat veel Russen, die niet zelden al voor de geboorte de voornaam bepaald hebben, kiezen voor een naam die zowel een mannelijke als een vrouwelijke variant kent. Pas bij de geboorte weet je immers zeker of het een jongetje of een meisje betreft en pas dan kun je het Olga of Oleg noemen.