Dossier MKZ11 april 2001

Kootwijkerbroek ziet af van verdere acties

Stichting Boer en Vee
verliest kort geding

DEN HAAG – De president van de rechtbank in Den Haag vindt dat minister Brinkhorst van Landbouw mag doorgaan met het ruimen van vee in verband met mond- en klauwzeer.

De rechter heeft gisteren de eis in kort geding van de Stichting Boer en Vee tegen de staat om een einde te maken aan het preventief ruimen van gezond vee, afgewezen.

De stichting, bestaande uit een groep verontruste boeren en burgers, wilde met het kort geding „de zinloosheid” onderstrepen van het doden van meer dan 100.000 dieren in Nederland wegens de mkz-crisis. Ze eiste verder dat de minister onmiddellijk alle dieren gaat inenten, maar volgens de rechter is dat in strijd met de Europese regels.

De Stichting Boer en Vee heeft nogal wat aanhangers in Kootwijkerbroek, waar de afgelopen dagen actie werd gevoerd tegen het ruimen van gezond vee. Het 'actiecomité' zegt geen nieuwe blokkades voor te bereiden. „We laten het even tot rust komen, we hebben onze mening gegeven”, aldus een –anonieme– woordvoerder gisteren.

Hij heeft zelf een bedrijf dat op de ruimingslijst van de Rijksdienst voor de keuring van Vlees en Vee (RVV) staat. Het comité kwam maandagavond laat bijeen om een eventueel vervolg te bespreken. Een garantie dat de rust definitief is weergekeerd, geeft het niet. „Dat hangt af van de manier waarop de RVV de komende dagen met ons omgaat.”

Niet alleen de veehouders zijn boos, ook de plaatselijke politiek is niet tevreden over de gang van zaken. Gistermiddag praatte de commissie bestuurlijke zaken van de gemeente Barneveld (waaronder Kootwijkerbroek valt) over de mkz-crisis. Bijna alle partijen stelden dat minister Brinkhorst van Landbouw er goed aan zou hebben gedaan Kootwijkerbroek te bezoeken om persoonlijk tekst en uitleg te geven.

Hautaine houding
„De minister straalt een hautaine houding uit en het beleid komt uit een ivoren toren”, stelde CDA-fractievoorzitter J. Post. „Hij communiceert weinig, maar dartelt lekker in de Zweedse sneeuw terwijl in Kootwijkerbroek verdriet heerst. Dat hij het leed niet deelt, daar kunnen wij geen respect voor opbrengen.”

Sommige partijen kunnen zich de twijfels van veehouders over de vaststelling van mkz in Kootwijkerbroek voorstellen. Vooral het feit dat geen tweede geval is aangetoond in een gebied waar de veehouderij dicht opeengepakt is, wakkert die twijfel aan.