Dossier MKZ9 april 2001

Ds. Meijer: Hier was sprake van een vreselijk ordinaire rel

Pleidooi voor een waardig protest

Van onze kerkredactie
KOOTWIJKERBROEK – De hervormde predikanten ds. Meijer en ds. Niesing hebben geen goed woord over voor de rellen die zich zaterdagavond in Kootwijkerbroek hebben voorgedaan. Ds. P. Blok, predikant van de gereformeerde gemeente in die plaats, zegt van de rellen alleen via geruchten te hebben gehoord en wil er daarom geen waardeoordeel over vellen. Hij pleit voor een waardig protest.

Ds. W. Meijer neemt met kracht afstand van er wat zaterdagavond is gebeurd. Hij spreekt van „een vreselijk ordinaire rel.” Gistermorgen heeft hij gepreekt over Romeinen 12, waarin opgeroepen wordt het kwade door het goede te overwinnen. „Dat het kwade op deze manier over ons komt, wil niemand, maar dat wil niet zeggen dat we eigen rechter moeten spelen. We moeten de voetstappen van Jezus drukken.”

Er waren gemeenteleden bij de relschoppers, maar het overgrote deel van de gemeente was het met de rellen niet eens, zo vermoedt ds. Meijer. Ook zijn hervormde collega ds. J. Niesing heeft weinig gemeenteleden onder de relschoppers gezien.

Ds. Meijer zegt dat de kerken in Kootwijkerbroek gezamenlijk tegen het doden van gezonde beesten zijn. „Maar dit kwaad is niet op de wijze van blokkades en geweld te keren.” Dat Kootwijkerbroek als christelijk dorp door de rellen in het nieuws komt, vindt hij het ergst. „Dit gebeuren is heel slecht voor de zaak van het Koninkrijk van God. Dat is het meest schrijnende.”

Aangeslagen
De beide kerkdiensten in hervormd Kootwijkerbroek zijn gisteren rustig verlopen. Alleen in de ochtenddienst deed zich een incidentje voor. Net na het begin van de dienst werd de predikant onderbroken door een gemeentelid. Deze riep: „De oorzaak zijn de dominees.” Omdat de man weigerde te zwijgen, hebben enkele ouderlingen-kerkvoogd en diakenen de man gevraagd weg te gaan. Deze is daarop met zijn vrouw en kinderen vertrokken.

J. Bos uit Kootwijkerbroek heeft als gemeentelid de beide diensten van ds. Meijer bijgewoond. „De ochtenddienst stond helemaal in het teken van wat de avond daarvoor was gebeurd. 's Avonds heeft ds. Meijer een gewone lijdenspreek gehouden.” De stemming in de gemeente was volgens Bos „gelaten”. „Ook de predikant was duidelijk aangeslagen en teleurgesteld.” Behalve de preek waren 's morgens ook de psalmen die ds. Meijer liet zingen veelzeggend, vindt Bos. Hij noemt Psalm 79:4: „Gedenk niet meer aan 't kwaad dat wij bedreven” en Psalm 51: 5: „Verberg Uw oog van mijn bedreven kwaad.”

Wars van geweld
Ook ds. Niesing betreurt de escalatie van zaterdagavond ten zeerste. Hij verwacht dat dit de zaak van de boeren niet ten goede komt. „De spanningen onder de bevolking zijn hoog opgelopen en de emoties zijn vele, maar ze kunnen en mogen niet en nooit in deze vorm ontaarden.” Het gebeuren was voor hem reden de tekstkeuze aan te passen. Hij heeft gisteren in het naburige Kootwijk gepreekt over Joh. 18:11: „Steek uw zwaard in de schede.” „De Heere Jezus was wars van geweld. Hij heeft Petrus en daarmee ook ons opgeroepen het opgelegde kruis te dragen. Wat zaterdagavond gebeurde, stond in radicale tegenstelling met wat we in de pastorie en in de boerderijen beluisterd hebben, waar het pure goud van het geloof te midden van alle leed en ellende naar boven mocht komen. Sommigen van de RVV waren daar echt door geraakt. Zij waren onder de indruk van het geloof van waaruit de boeren dachten.”

Ds. Niesing heeft zaterdagavond nog geprobeerd te bemiddelen tussen de ME en de actievoerders. Hij zag toen al dat de zaak escaleerde.

De predikant betreurt het dat de Naam van Christus schade heeft geleden. „Eerst de beelden van de rellen, daarna de beelden van zondagse kerkgangers. Ik heb de boeren duidelijk laten weten: Blijf van de mensen en de spullen van anderen af en leg de verantwoordelijkheid voor het inenten en het ruimen bij de overheid.”

Grof onrecht
Ds. P. Blok, predikant van de gereformeerde gemeente te Kootwijkerbroek, zegt van het gebeuren op zaterdagavond alleen te weten via geruchten, omdat hij geen nieuws gehoord heeft. „Ik heb dus niet afstand van de rellen kunnen nemen in de prediking. Vanmiddag tijdens het crisisberaad hoor ik er wel meer van.” Dat Kootwijkerbroek als christelijk dorp door de rellen in een kwaad daglicht komt, doet volgens hem niet terzake.

De predikant zegt niet op te roepen tot burgerlijke ongehoorzaamheid, maar bepleit een waardig protest. De blokkades waren volgens hem niet het werk van de boeren zelf, maar van anderen, zoals transporteurs. Hij vraagt ook begrip voor de noodsituatie bij de boeren. „Ze worden van hun vee beroofd.”

L. Jansen, lid van de gereformeerde gemeente van Kootwijkerbroek, heeft de beide diensten bij ds. P. Blok gisteren bijgewoond. De diensten hadden volgens hem een rustig en ingetogen karakter. Volgens Jansen heeft ds. Blok duidelijk benadrukt dat de overheid grof onrecht pleegt in de richting van de boeren en dat mensen hun verantwoordelijkheid mogen nemen. „Maar hij zei daarbij wel dat de gemeenteleden zich netjes en rustig moeten gedragen.”

's Morgens heeft ds. Blok gepreekt over Hebreeën 13:12 en 13. In vers 13 staat: Zo laat ons dan tot Hem uitgaan buiten de legerplaats, Zijn smaadheid dragende.” Jansen: „Ds. Blok heeft dit vers ook toegepast op Kootwijkerbroek met het oog op de kritiek die nu vanuit Den Haag zal loskomen.”

's Avonds liet ds. Blok bij de behandeling van zondag 52, vraag 127, ook 2 Kronieken 20 lezen. Daar staat in vers 12: „O onze God, zult Gij geen recht tegen hen oefenen? Want in ons is geen kracht tegen deze grote menigte, die tegen ons komt, en wij weten niet, wat wij doen zullen; maar onze ogen zijn op U.” Jansen: „Onze predikant vroeg zich tijdens de prediking af: „Zou de duivel zo bang zijn voor Kootwijkerbroek omdat er nog goud zit?””