Buitenland 1 november 1999

Mogelijk hooguit
2500 doden in
Kosovo-oorlog

LONDEN – Het aantal burgers dat tijdens de oorlog in Kosovo om het leven is gekomen zou wel eens veel lager kunnen zijn dan tot nu toe werd aangenomen. Een Spaanse arts die in het gebied heeft gewerkt zegt in de Sunday Times dat er hooguit 2500 slachtoffers zijn gevallen.

Het cijfer staat in schril contrast met een opgave van de Amerikaanse minister van Defensie Cohen. Die zei tijdens de NAVO-bombardementen in mei dat 100.000 Albanese mannen worden vermist en om het leven kunnen zijn gebracht. Een maand later stelde het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken dit cijfer bij naar 10.000.

Volgens de Spaanse patholoog Emilio Perez Pujol zijn het er nog minder. De arts werd direct na het einde van de NAVO-aanvallen naar Kosovo gestuurd om naar lijken te zoeken. Hij kreeg destijds te horen dat tienduizenden Kosovo-Albanezen door de Serviërs waren gedood. Anderhalve maand geleden kwam hij tot de conclusie dat hij vervroegd zijn koffers kon pakken, zo vertelt hij aan de Britse krant. „Op 12 september heb ik mijn mensen bij elkaar geroepen en gezegd: „We zijn klaar hier.” Wij hebben hier 187 lijken gevonden. In vier of vijf van de gevallen was sprake van een natuurlijke doodsoorzaak.”

Volgens de Sunday Times zullen de VN volgende maand waarschijnlijk aankondigen dat het totale aantal gevonden lichamen nog geen 2000 is. Het blad voegde er wel aan toe dat er nog steeds geen goed beeld is van de situatie. Sommige forensische teams zijn in Kosovo op minder lijken gestuit dan verwacht, maar anderen zeggen dat het dodental nog kan stijgen.