Buitenland 31 augustus 1999

Zie ook: Ruzie NAVO en Macedonië na ongeluk

„Landen moeten meer bijdragen”

V-raad hekelt
etnisch geweld
in Kosovo

NEW YORK – De VN-Veiligheidsraad heeft vandaag het geweld tegen etnische minderheden in Kosovo veroordeeld en geëist dat aan de incidenten meteen een einde komt.

De raad merkte op dat er de laatste tijd verbeteringen zijn, maar veroordeelde toch het geweld tegen Serviërs, zigeuners en leden van de NAVO-vredesmacht. Voorts vroeg de raad de lidstaten de VN-missie, die belast is met het opzetten van het burgerbestuur, eindelijk de middelen te verschaffen „voor het uitvoeren van de taken”, zei raadsvoorzitter Martin Andjaba, de Namibische VN-ambassadeur.

De voormalige Amerikaanse Balkan-onderhandelaar Richard Holbrooke heeft tijdens een bezoek aan Kosovo de partijen daar ertoe opgeroepen te werken aan een pluralistische samenleving en aanvallen op Servische culturele centra in de republiek veroordeeld als „misdadig vandalisme.”

Holbrooke, die momenteel fungeert als ambassadeur van de VS bij de Verenigde Naties, zei dat Kosovo een „ultieme test” betekent voor het vermogen van de VN een regio te pacificeren die de afgelopen eeuw door etnische en politieke onenigheid is gekenmerkt. „De oorlog was een zootje, de tien jaar die aan de oorlog voorafgingen waren dat en de geschiedenis vanaf tot 1912 was een zootje.... en de taak is immens”, zei Holbrooke.

Het Joegoslavische persbureau Tanjug zei in een honende reactie op Holbrookes oproep dat diens woorden te laat kwamen voor de Serviërs die zijn gedood bij vergeldingsaanvallen door etnische Albanezen.

De Joegoslavische minister van Justitie, Petar Jojic, heeft gisteren geklaagd dat de Verenigde Naties en de NAVO in Kosovo de Joegoslavische wetten geheel negeren, hoewel de provincie staatsrechtelijk gewoon deel uitmaakt van de belangrijkste Joegoslavische deelstaat, Servië.

Onverwachte steun
De regering in Belgrado kreeg gisteren steun uit onverwachte hoek. Mensenrechtenactivist Konstantin Obradovic, een verklaard tegenstander van het regime en lid van de oppositionele Burgeralliantie, wees erop dat de VN en KFOR krachtens de Geneefse conventies gehouden zijn de levens en de bezittingen van de plaatselijke bevolking te beschermen. „KFOR komt die plicht niet na”, aldus Obradovic in een verwijzing naar het lot van de Servische Kosovaren die op grote schaal de provincie zijn ontvlucht.

Het overleg dat de blokkade van de Albanese gemeenschap in de Kosovaarse stad Orahovac moet beëindigen is gisteren opgeschort. De Albanezen willen met hun actie verhinderen dat Russische KFOR-soldaten de plaats innemen van de Nederlandse militairen in de stad.

Het overleg werd opgeschort omdat de Russische vertegenwoordiging gisteren niet kwam opdagen. De Russen wilden niet komen omdat zij hadden gehoord dat de Duitse generaal Sauer niet bij de bespreking zou zijn.

De Albanezen zijn fel tegen de Russen omdat ze die als traditionele bondgenoten van de Serviërs beschouwen. Zij vrezen onder meer dat de Russen Servische verdachten van oorlogsmisdaden naar voor hen veiliger oorden laten ontsnappen. Overleg tussen KFOR en vertegenwoordigers van de Albanezen en de Serviërs in Orahovac heeft nog geen resultaat gehad.