Buitenland 26 augustus 1999

Komst Russen naar
Orahovac uitgesteld

ORAHOVAC – De eerste Russische soldaten zullen pas over twee weken de Kosovaarse stad Orahovac binnentrekken. Een woordvoerder van de internationale vredesmacht KFOR heeft dat gisteren gezegd.

De Russen zouden maandag al hun opwachting maken in Orahovac, waar ze de taken moeten overnemen van Nederlandse KFOR-militairen. Maar ze stuitten op blokkades die etnische Albanezen hadden opgeworpen. Die zijn tegen de komst van de Russen wegens hun historische banden met de Serviërs.

De leiders van het protest meldden dat de Nederlandse en Duitse KFOR-troepen, die momenteel toezicht houden op de Kosovaarse stad, samen met de leiding van het Russische contingent een compromis hebben voorgesteld, dat zou voorzien in gezamenlijke patrouilles door Nederlandse en Russische militairen. Commandant Ismet Tara van het Bevrijdingsleger van Kosova (UCK), een van de leiders van de protestactie, zei het compromisvoorstel aan zijn achterban te zullen overbrengen, maar waarschuwde dat er een „gevaarlijke situatie” zal ontstaan als de wil van de Albanese bevolking van Orahovac niet wordt gerespecteerd.

De KFOR-woordvoerder zei begrip te hebben voor de Albanese acties, die nog steeds voortduren. Hij gaat ervan uit dat de impasse die nu is ontstaan, langs vreedzame weg wordt opgelost.

Ook de commandant van de Nederlandse troepen in Orahovac, luitenant-kolonel Van Loon, zei dat het probleem met de blokkades nog wel even kan duren. „Het is uitgesloten dat er binnen enkele uren een oplossing zal zijn”, aldus Van Loon na gesprekken tussen KFOR en de betrokken bevolkingsgroepen.

Het lijkt er vooralsnog niet op dat de etnische Albanezen, die de Russen zien als handlangers van de Serviërs, hun barricades zullen opbreken. „We blijven hier net zo lang tot de Russen het beu zijn en het opgeven”, aldus Ismet Bugari, een van de duizenden betogers die al drie dagen lang de wegen geblokkeerd houden met vrachtwagens, auto's en andere voertuigen.

In Pristina kwam intussen de gecombineerde bestuursraad van Serviërs en Albanezen bijeen. Voor het eerst was zowel Ibrahim Rugova, de gematigde leider, als Hashim Thaci, de politiek leider van het UCK, aanwezig. Het belangrijkste gesprekspunt was de mogelijkheid van „kantonnering” van Kosovo.

De Servische bisschop Artemije liet gisteren echter weten dat de multi-etniciteit van Kosovo tegen elke prijs moet worden behouden. „In gebieden waar Serviërs een meerderheid vormen, moeten lokale problemen worden opgelost door KFOR en de Serviërs. En door niemand anders.”