Buitenland 10 augustus 1999

UCK bekritiseert optreden
KFOR tijdens rellen

Van onze buitenlandredactie
PRISTINA – Het hoofd van de door het UCK uitgeroepen interim-regering voor Kosovo, Hashim Thaci, heeft gisteren de Verenigde Naties en de NAVO bekritiseerd omdat zij toestaan dat het mijnstadje Kosovska Mitrovica verdeeld blijft. Thaci ontkende dat het UCK achter de protesten zit in het stadje, maar benadrukte dat de etnische Albanezen in hun recht staan.

De protesten hebben geleid tot drie dagen van schermutselingen tussen Franse KFOR-militairen en etnische Albanezen die proberen een brug over te steken naar een overwegend door Serviërs bewoond stadsdeel. KFOR probeert te voorkomen dat Serviërs het slachtoffer worden van wraakacties.

Thaci noemde de verdeling van het stadje een schending van de internationale overeenkomsten inzake Kosovo en zei dat die niet zal worden gedoogd. Hij kondigde aan dat zijn regering met de VN-missie zal proberen een oplossing voor het probleem te vinden. Hij had met name kritiek op de Fransen, die zich op „ondemocratische wijze” zouden hebben gedragen. Thaci ontkende gisteren met klem dat zijn beweging betrokken is bij de rellen in Kosovska Mitrovica.

Gevraagd naar kritiek van NAVO-commandant Mike Jackson dat het UCK sommigen van zijn leden niet onder controle heeft, erkende Thaci dat er wellicht gewapende etnische Albanezen in Kosovo zijn die niet onder controle van het UCK staan. Hij wees er echter onmiddellijk op dat er ook binnen KFOR „lieden zijn die niet onder controle staan van generaal Jackson.”

Bestormd
Jackson zei eeder tegenover de Schotse krant The Scotsman te vrezen dat het UCK geen volledig gezag heeft over zijn strijders. Een bevestiging hiervan lijkt de situatie op de brug, waar het gisteren opnieuw tot ongeregeldheden kwam. Franse militairen hebben een versperring van prikkeldraad opgeworpen op de brug, nadat zo'n 500 etnisch Albanese jongeren die hadden bestormd. Zij waren door ongeveer veertig Franse militairen tegengehouden die in hun rug werden gesteund door pantserwagens. De etnische Albanezen zeggen aan de overzijde huizen te willen bekijken die ze maanden geleden hebben achtergelaten. Zaterdag probeerde ook al een menigte van duizend mensen een doorbraak te forceren.

Het plaatsvervangend hoofd van de Verenigde Naties in Kosovo, Mary-Pet Silveira, zinspeelde op het verblijf van Serviërs uit andere delen van Kosovo aan de overzijde van de brug om de plaatselijke Servische bewoners te beschermen. „We vermoeden dat er mensen aan de andere kant staan die niet uit Mitrovica komen”, aldus Silveira.

Het oproer van gisteren eindigde na ongeveer twee uur met een oproep van een plaatselijke bevelhebber van het UCK, Rrahman Rama, aan de verhitte jongeren.

Gezakt
De meeste agenten uit Bangladesh en meer dan de helft van die uit Nepal zijn gezakt voor toelating tot de komende politiemacht in Kosovo. „Die uit Nepal zouden zelfs een gevaar voor zichzelf en anderen hebben gevormd”, zei een woordvoerder van de VN-missie in Pristina gisteren.

Dhaka reageerde laaiend op de terugzending van het merendeel van zijn kandidaten. „Dit is discriminatie, wij nemen dat zeer hoog op”, aldus de plaatsvervangende permanente VN-vertegenwoordiger van het land, Shamim Ahmed. „Want 36 van hen hadden al ervaring met vredeshandhaving. Dat de afgewezenen een slechte beheersing van het Engels zouden hebben en niet goed zouden kunnen autorijden en met wapens omgaan, is alleen maar als voorwendsel gebruikt.”

In Rozaje, in het oosten van Montenegro, zijn de lijken van negentien Albanezen uit Kosovo gevonden. Dat meldt de Montenegrijnse krant Pobjeda. Het zijn mannen, vrouwen en kinderen tussen 12 en 75 jaar.

Volgens de krant heeft het Joegoslavische leger, dat zich na de stopzetting van de NAVO-acties tegen Joegoslavië uit Pobjeda en omgeving terugtrok, het gebied totaal verwoest. Meer dan veertig gehuchten zijn in brand gestoken. Het vee werd gedood of meegenomen en tractoren, vrachtwagens en andere voertuigen werden totaal vernield.

Zie ook:

Patriarch praat met Servische oppositie

Nederlandse deelname aan AFOR beëindigd