Buitenland 30 juli 1999

Grootscheepse conferentie in Sarajevo van start

EU maant Balkanstaten
tot meer samenwerking

Van onze buitenlandredactie
SARAJEVO – Het vermogen tot samenwerking en onderhouden van goede relaties met hun buurstaten en verzoening onder elkaar zal een belangrijk criterium zijn voor eventuele toelating van Balkanlanden tot de Europese Unie. Dit heeft de Finse president Martti Ahtisaari gisteren gezegd bij de opening van een tweedaagse conferentie in Sarajevo over de toekomst van het gebied.

Vanmorgen arriveerde de Amerikaanse president Clinton in Sarajevo om deel te nemen aan de Balkantop. Het hoogtepunt van de conferentie is vandaag, wanneer regeringsleiders uit circa dertig landen in vergadering bijeenkomen. Een vreedzaam en stabiel Balkan is hun gespreksonderwerp. De landen zouden zich moeten richten op concrete doelen die zij zelf moeten stellen, zei Ahtisaari, die onder meer samenwerking in grenskwesties, terugkeer van vluchtelingen, instelling van een vrijhandelszone en vertrouwenwekkende maatregelen noemde.

Op de eerste dag van de top kwamen leiders uit de regio bij elkaar. Gastland Bosnië-Herzegovina had daarvoor Albanië, Bulgarije, Hongarije, Kroatië, Macedonië, Roemenië, Slovenië en Turkije uitgenodigd. Behalve de leiders van onder meer alle EU-lidstaten, de Verenigde Staten, Canada, Rusland en Japan zijn ook tal van vertegenwoordigers van internationale hulporganisaties uitgenodigd. Grote afwezige bij de top is Joegoslavië. De internationale gemeenschap wil het land pas toelaten tot enig overleg als de zittende president Slobodan Milosevic van het toneel is verdwenen.

Westerse leiders hebben besloten Servië niet te helpen bij de wederopbouw zolang Milosevic op zijn plaats zit. De president van de Joegoslavische deelrepubliek Montenegro, Djukanovic, en leden van de Servische oppositie zijn daarentegen wel van de partij.

Stabiliteitspact
Vandaag moeten de leiders van de internationale gemeenschap laten zien dat het hun ernst is met het Stabiliteitspact dat men voor de Balkan heeft opgesteld. Dit initiatief van de Europese Unie is nog niet veel verder gekomen dan mooie woorden. Het pact moet de Balkanlanden aanzetten tot meer onderlinge samenwerking en integratie. Het is de bedoeling dat er in Sarajevo een coördinerend orgaan wordt opgericht. Dat moet toezien op het opzetten van programma's ter verbetering van de politieke situatie in de desbetreffende landen.

Daaronder vallen ook democratisering, mensenrechten, het economisch beleid en de veiligheidssituatie. De coördinator van de Europese Unie voor de uitvoering van het pact, Bodo Hombach, werd gisteren in Sarajevo formeel geïnstalleerd. Geld is op de conferentie geen hoofdonderwerp van gesprek. Later dit jaar zullen daarvoor donorbijeenkomsten plaatshebben.

Hombach noemde het Stabiliteitspact „een unieke gelegenheid om in Zuidoost-Europa te bouwen aan duurzame vrede, welvaart en democratie.” Nu het militaire conflict voorbij is, „staan wij voor de taak de vrede te winnen.” Hombach drong er bij de Zuidoost-Europese landen op aan de onderlinge samenwerking te verbeteren. In dat opzicht zei hij ernaar uit te zien dat Balkanstaten projecten beginnen „waarbij twee, of beter nog drie of meer landen betrokken zijn.”

Om de veiligheid rond de conferentie te garanderen, hebben de autoriteiten een 20.000 man sterke politiemacht op de been gebracht. Die politiemacht bestaat uit zowel moslim-, Kroatische als Servische agenten. De stabilisatiemacht SFOR heeft helikopters en manschappen ingezet. De Bosnische autoriteiten namen gisteren 10.000 pamfletten van een vluchtelingenorganisatie uit Srebrenica in beslag met de tekst ”Verlos ons van Dayton (het vredesakkoord voor Bosnië). Geef ons de republiek Bosnië-Herzegovina van voor de oorlog.”

„Destabilisatieconferentie”
Belgrado noemde de top gisteren een manoeuvre die een voortzetting is van de agressie van de NAVO-landen tegen Joegoslavië. Het is een destabilisatieconferentie die de (NAVO-)aanvallers houden met hun helpers in de regio, die graag zien dat Joegoslavië in verschillende republieken wordt opgedeeld.”

De Joegoslavische ambassadeur in Nederland, Milan Grubic, presenteerde gisteren een witboek over de „misdaden die de NAVO onder het voorwendsel van humanitaire interventie” in Kosovo zou hebben begaan. Het boek beslaat alleen de eerste maand van NAVO-acties. Belgrado wil later nog andere witboeken uitbrengen.

Roemenië eist op de Balkantop schadevergoeding voor de gevolgen van de Kosovo-oorlog. President Emil Constantinescu eist directe en indirecte compensatie voor de enorme economische schade die Roemenië door de NAVO-oorlog tegen Joegoslavië leed. Boekarest wil leningen tegen bijzonder milde voorwaarden en voorrang bij opdrachten voor de herbouw van Kosovo. Het land verwacht ook verlichting van zijn schulden en hulp bij de opbouw van een moderne infrastructuur.

Constantinescu heeft ook een koffer met offertes bij zich voor de wederopbouw van gebouwen, bruggen, wegen en spoorwegen die door de NAVO-bommenwerpers in Kosovo en elders in Joegoslavië zijn verwoest.

Zie ook:
Passende locatie voor Balkantop

Servisch witboek over „NAVO-misdaden”

Albright dringt aan op snelle hulp aan Kosovo

„Rugova terug naar Kosovo”

Kosovaren krijgen 1000 mark extra bij terugkeer

Jeltsin: Band met Westen vernieuwen