Buitenland 23 juli 1999

Albright zal Kosovo bezoeken

Jackson voldaan over
ontwapening UCK

Van onze buitenlandredactie
PRISTINA – Op de dag dat het Bevrijdingsleger van Kosova (UCK) vrijwel alle zware en 30 procent van zijn lichtere wapens had moeten inleveren, heeft KFOR-bevelhebber Michael Jackson gisteren gezegd „voldaan” te zijn over het aantal wapens dat het UCK inmiddels heeft opgeslagen in de aangewezen depots.

Het feit dat de verklaring waarin wordt vastgesteld dat het UCK in voldoende mate is gedemilitariseerd niet –zoals afgesproken– gisteren, maar pas morgen zal worden uitgegeven, duidt er volgens Jackson enkel op dat UCK-generaal Agim Ceku „serieus” werk maakt van de ontwapening.

Volgens generaal Jackson is de belangrijkste deadline die van 19 september. Dan moet het UCK compleet gedemilitariseerd zijn. Tot die tijd baart het Albanese wapenbezit nog veel zorgen in Kosovo, voornamelijk bij de Serviërs, die in toenemende mate het slachtoffer zijn van wraakaanvallen van UCK-strijders.

Net buiten Pristina, in het dorp Makovac, begonnen KFOR-militairen en etnische Albanezen gisteren met het uitgraven van een graf waarin naar verluidt meer dan twintig lichamen begraven liggen. Het zou gaan om vluchtelingen uit de regio Podujevo die tussen 18 en 22 april door Servische paramilities werden doodgeschoten nadat ze naar Makovac waren gevlucht. Vertegenwoordigers van het Joegoslavië-tribunaal die onderzoek verrichten naar oorlogsmisdaden in Kosovo waren bij de opgraving van de stoffelijke resten aanwezig.

Bezoek
Intussen bereidde de Duitse bondskanselier, Gerhard Schröder, zich voor op zijn bezoek aan de geteisterde provincie. Vandaag zou hij als eerste westerse regeringsleider sinds de NAVO-aanvallen naar Kosovo afreizen voor overleg over de veiligheidssituatie. In Prizren zal hij zowel met de gematigde leider Ibrahim Rugova spreken als met Hashim Thaci, de politieke voorman van het UCK. Ook staan gesprekken op de agenda met de politieke leider van de etnische Serviërs in Kosovo, Momcilo Trajkovic, en bisschop Artemije van de Servisch-Orthodoxe Kerk.

Schröders buitenlandadviseur Michael Steiner zei gisteren dat het beschermen van de Serviërs in Kosovo een van de lastigste taken is waar KFOR zich voor gesteld ziet. Volgens Steiner hebben de Kosovaarse Serviërs recht op dezelfde benadering als de etnische Albanezen. „Alle Serviërs die hebben moeten vluchten, moeten in staat worden gesteld terug te keren”, zei Steiner op het Berlijnse InfoRadio.

Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken maakte gisteren bekend dat minister Madeleine Albright 29 juli een kort bezoek zal brengen aan de Amerikaanse vredesmachtmilitairen in Kosovo. De volgende dag zal ze naar Sarajevo afreizen, waar dan de internationale conferentie over de wederopbouw van de provincie plaatsheeft.

Het Russische persbureau Itar-Tass meldde gisteren dat inmiddels 1356 Russische militairen in Kosovo zijn gestationeerd. Nog eens meer dan duizend eenheden zijn onderweg. Uiteindelijk zullen er volgens het akkoord tussen de NAVO en Moskou 3600 Russische vredesmilitairen in Kosovo worden gelegerd.

Het Joegoslavische ministerie van Justitie heeft intussen geëist dat zijn eigen deskundigen mogen deelnemen aan het onderzoek naar oorlogsmisdaden in Kosovo. Als het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag die eis niet inwilligt, zal Belgrado de uitkomsten van enig internationaal onderzoek naar wreedheden in de Servische provincie niet erkennen, aldus het ministerie in een verklaring die werd verspreid door het staatspersbureau Tanjug.

Volgens Tanjug ziet ook Belgrado de noodzaak in van het vervolgen van oorlogsmisdadigers. Het ministerie voegde daar echter aan toe dat de opsporing van eventuele schendingen van internationaal mensenrecht moet geschieden op basis van internationale gelijkheid.

De Joegoslavische eis om deel te nemen aan het onderzoek van het tribunaal, waarvan Belgrado eerder zei dat het geen jurisdictie in Kosovo bezit, is mogelijk ingegeven door het verlangen internationale aandacht te vestigen op misdaden die tegen de Servische minderheid in Kosovo zouden zijn begaan.

Het hoger mlitair gerechtshof in Belgrado heeft in hoger beroep de gevangenisstraffen verminderd van drie medewerkers van de Australische hulporganisatie CARE. De twee Australische werknemers van CARE moeten in plaats van twaalf en vier jaar nu respectievelijk acht en één jaar uitzitten. De straf van hun Joegoslavische collega is met de helft verminderd naar drie jaar. De drie werden eind maart opgepakt in het grensgebied tussen Joegoslavië en Kroatië. In mei werden zij veroordeeld wegens spionage.

De Australische minister van Buitenlandse Zaken, Downer, heeft verklaard dat zijn land het betreurt dat de hulpverleners niet zijn vrijgelaten. Hij benadrukte dat de twee Australiërs absoluut onschuldig zijn en zei dat de Joegoslavische president, Milosevic, hun gratie zou moeten verlenen.

Zie ook:
„Door hem zitten we in de misère”

CIA wist waar Chinese ambassade in Belgrado stond