Buitenland 19 juli 1999

Schot voor de boeg van stafchef

Demonstranten
in Joegoslavië
gewaarschuwd

BELGRADO – De stafchef van het Joegoslavische leger, generaal Dragoljub Ojdanic, heeft gisteren in de regeringsgezinde krant Politika verklaard dat de oppositieleiders die al ruim twee weken betogen tegen het bewind van president Slobodan Milosevic, „het land naar een nieuwe catastrofe zullen leiden” en „niet op de steun van het volk kunnen rekenen.”

Ook noemde de generaal, die door het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag is beschuldigd van oorlogsmisdaden, de oppositieleiders „vazallen van het Westen.” Het was voor het eerst sinds het begin van de betogingen dat Ojdanic dergelijke waarschuwingen uitte.

Zaterdag is in Kragujevac, 100 kilometer ten zuiden van Belgrado, door zeker 15.000 mensen gedemonstreerd tegen de regering. De betogers riepen leuzen als „Weg met Slobo” en „Nooit meer oorlog.” Het was een van de grootste demonstraties van de afgelopen weken, en tevens de eerste betoging waartoe was opgeroepen door Vuk Draskovic, de leider van de Servische Vernieuwingsbeweging.

Draskovic wil niet samenwerken met andere oppositieleiders, wat ertoe leidt dat de oppositie verdeeld blijft. De eerdere betogingen werden georganiseerd door de Alliantie voor Verandering, een overkoepelende organisatie waar verscheidene oppositiepartijen in samenwerken. De Alliantie voor Verandering heeft Draskovic gevraagd zich bij de alliantie aan te sluiten, omdat ze in feite hetzelfde doel nastreven, maar Draskovic weigert dit.

Het was niet duidelijk of de deelnemers aan de demonstratie van zaterdag specifiek tot de aanhang van Draskovic behoorden, of dat ze deelnamen aan de manifestatie omdat ze tegen Milosevic' bewind zijn.

Bij de demonstratie van zaterdag hield Draskovic een toespraak waarin hij de andere oppositieleiders aanviel. Hij beschuldigde hen van radicalisme en zei dat ze een burgeroorlog in Servië riskeren.

Gisteren heeft een van de voormannen van de alliantie, Vladan Batic, daarop gereageerd door Draskovic' rede „teleurstellend” te noemen. In een naar de Associated Press gefaxte verklaring schrijft Batic dat de houding van Draskovic neerkomt op steun aan het bewind van Milosevic.

In het verleden is Draskovic heen en weer geslingerd tussen samenwerking met de oppositie en steun aan het bewind van Milosevic. Nadat hij in het verleden internationaal bekend was geworden als een van de leiders van de grote demonstraties tegen de regering van Milosevic, trad hij toe tot deze regering. Hij werd voor een korte tijd vice-premier van Joegoslavië, maar hij werd al spoedig de laan uit gestuurd omdat hij tijdens het conflict om Kosovo kritiek had op de regering.

Behalve de betogingen van de oppositie zijn er de afgelopen periode ook incidentele protesten van reservisten geweest. De reservisten, die tijdens de NAVO-luchtoorlog en de acties tegen etnische Albanezen in Kosovo werden opgeroepen voor dienst, eisen betaling. Ook zaterdag en gisteren gingen reservisten de straat op, ditmaal in de stad Nis, maar in de loop van gisteren staakten ze de betoging, omdat het leger heeft toegezegd de reservisten te betalen. Een van de vertegenwoordigers van de boze reservisten, Miodrag Stankovic, waarschuwde dat er „veel radicalere protesten” zullen volgen als de betaling toch uitblijft.

Grondoorlog
De leider van de VN-missie in Kosovo, Bernard Kouchner, heeft gisteren aangedrongen op betere bescherming van „onschuldige burgers” in de Servische provincie. Kouchner lijkt met die opmerking vooral een boodschap te willen geven aan de Servische minderheid, die na de terugtrekking van het Joegoslavische leger in toenemende mate het doelwit is van etnisch Albanese wraakacties. Na een ontmoeting met de etnisch Servische leider in Kosovo, Momcilo Trajkovic, en de Servisch orthodoxe bisschop Artemijo stelde Kouchner dat „de internationale gemeenschap nu hulp moet bieden.”

Hij beloofde de Servische leiders dat er een internationale politiemacht zal worden gestationeerd in Kosovo, meldde het particuliere Joegoslavische persbureau Fonet. Het onderhoud werd volgens Fonet ook bijgewoond door de Britse generaal Michael Jackson, die het bewind voert over de vredesmacht KFOR.

Met de ”Operatie B-Minus” zouden de Verenigde Staten en Groot-Brittannië in september een massale grondoorlog in Kosovo zijn begonnen, als de Servische strijdkrachten zich begin juni niet uit Kosovo hadden teruggetrokken. Dat verklaarde de stafchef van het Britse leger, generaal Charles Guthrie, gisteren in de Britse zondagskrant de Observer. Groot-Brittannië zou volgens Guthrie 50.000 manschappen voor Operatie B-Minus leveren, de Verenigde Staten 30.000, terwijl Frankrijk, Duitsland en Spanje namens de NATO samen 40.000 militairen zouden inzetten. Voor de aanval op Servië zouden volgens Guthrie in totaal 170.000 militairen worden ingezet.

Volgens de Britse zondagskrant legden de geallieerden de laatste hand aan het scenario voor een grondoorlog in Kosovo, drie dagen voordat de Servische aftocht begon. De NAVO-bombardementen werden op 9 juni beëindigd, nadat Milosevic het bevel tot de militaire aftocht uit Kosovo gaf.