Buitenland 15 juli 1999

Van Aartsen bepleit „energie voor democratie”

Plan voor steun aan
Servische oppositie

Van onze buitenlandredactie
SOFIA – Nederland gaat samen met Griekenland de Europese Unie voorstellen Servische gemeenten die zich inzetten voor meer democratie, te helpen met hun energiebehoefte. Als het voorstel uitvoerbaar is, kan het tevens bijdragen tot het vertrek van de voor oorlogsmisdaden aangeklaagde Joegoslavische president Milosevic.

Minister Van Aartsen, die het voorstel gisteren in de Bulgaarse hoofdstad Sofia bekendmaakte, mikt op een „meer gerichte, politieke inzet” van het huidige sanctieregime van de Europese Unie tegen klein-Joegoslavië. Op dit moment geldt onder meer een totale olieboycot voor de federatie.

Het voorstel beoogt Servische gemeenten die kiezen voor democratie, maar ook de Joegoslavische republiek Montenegro en de Servische provincie Kosovo, in staat te stellen in hun eerste levensbehoeften te voorzien. Het gaat daarbij vooral om brandstof voor tractoren om de oogst binnen te halen, en olie voor elektriciteitscentrales en verwarming.

Van Aartsen heeft het initiatief „energie voor democratie” genoemd. Met het plan hoopt hij tevens te voorkomen dat Bulgarije zijn voornemen om de olieboycot op te heffen intrekt. „Die lol gun ik Milosevic niet”, aldus de bewindsman.

Positieve reacties
Van Aartsen legde het initiatief afgelopen zondag voor aan zijn Griekse ambtgenoot Papandreou, tijdens de eerste dag van een vierdaagse reis door de Balkan. In de daaropvolgende dagen testte hij zijn idee uit in gesprekken met bewindslieden van de regeringen van Albanië, Montenegro, Roemenië en Bulgarije. Gezien de positieve reacties zal hij de Finse president van de EU nog deze week vragen het voorstel op de agenda van de Europese raad van ministers van Buitenlandse Zaken van komende maandag te plaatsen. Morgen licht hij zijn initiatief toe in de laatste bijeenkomst van de ministerraad voor de zomervakantie.

Tijdens zijn rondreis is de bewindsman er herhaaldelijk op gewezen dat er met het aanblijven van Milosevic geen toekomst is voor de Balkan. Servië vervult in de regio een belangrijke economische functie. Als de Joegoslavische president blijft zitten, creëert dat een gat in het pact.

Van Aartsen verwerpt de gedachte dat hij bezig is met een soort klandestiene operatie om Milosevic uit het zadel te wippen. Hij meent dat de internationale gemeenschap het recht heeft de democratische krachten in het land „een zetje te geven”, gezien de lange lijst van VN-resoluties en het feit dat de president door het Joegoslavië-tribunaal is aangeklaagd wegens oorlogsmisdaden.

Demonstratie
In de Noord-Servische stad Subotica, in de provincie Vojvodina, is gisteren een grote demonstratie gehouden tegen het regime van president Milosevic. Ongeveer 5000 mensen verzamelden zich voor een groot podium waarop verscheidene leiders van oppositiebewegingen hadden plaatsgenomen. Het begin van de bijeenkomst werd verstoord door een groep aanhangers van het regime die eieren en tomaten naar de betogers gooiden.

In Leskovac, in het zuiden van Servië, zijn voor de negende achtereenvolgende dag enkele honderden mensen de straat op gegaan om de vrijlating te eisen van een televisietechnicus die dertig dagen gevangenisstraf heeft gekregen omdat hij tijdens een uitzending had opgeroepen tot een betoging tegen president Milosevic.

Meer dan 200.000 mensen hebben de afgelopen week hun handtekening gezet bij acties tegen de Joegoslavische president Milosevic. Dat heeft de Joegoslavische oppositie gisteren bekendgemaakt.

Zie ook:
Montenegro dreigt met onafhankelijkheid

VN-bestuurder bezorgd
over geweld in Kosovo

Voldoening bij terugkerende AFOR-militairen