Buitenland 30 juni 1999

„Er zullen acties door het hele land volgen”

Serviërs betogen tegen
regering van Milosovic

Van onze buitenlandredactie
CACAK/BELGRADO – Meer dan tienduizend aanhangers van de Servische oppositie zijn gistermiddag in Cacak de straat opgegaan om het aftreden van de Joegoslavische president Milosevic en politieke en economische hervormingen te eisen. De betogers verzamelden zich ondanks een samenscholingsverbod van de politie op het centrale plein van de plaats.

Er kwamen bussen met aanhangers van de oppositie uit steden in heel Centraal-Servië. De politie hield die tegen, maar de demonstranten mochten te voet verder naar het plein.

De burgemeester van Cacak, Velimir Ilic, opende de betoging onder luide toejuichingen van de menigte. Hij stelde dat de regering-Milosevic Servië tot een „monster” heeft gemaakt. God zou de Serviërs daarvoor als straf uit Kosovo hebben verdreven, zo betoogde Ilic.

Enkele uren voordat de protestbijeenkomst zou beginnen werd een van de organisatoren, Milan Kandic, door de politie ontboden. Hem werd te verstaan gegeven dat de demonstratie beter kon worden afgelast, zo zei Kandic. Aangezien hij geen schriftelijk verbod van de acties had ontvangen, besloot Kandic dat de protesten als gepland doorgang zouden vinden.

Voor de organisatie van de demonstratie was de betoging een test om te kijken in hoeverre de autoriteiten de oppositie aan het woord laten. Leider Batic van de christen-democraten en coördinator van de Alliantie voor Verandering SZP zei maandag dat er nog meer acties door heel Servië zullen worden georganiseerd.

De vroegere oppositieleider en voormalig vice-premier van Servië Vuk Draskovic riep de aanhangers van zijn partij op niet deel te nemen aan de demonstratie. Hij wil Milosovic nog een kans geven de Servische regering te hervormen. Draskovic maakte twee jaar geleden de overstap naar de regering-Milosevic, maar werd na het begin van de NAVO-luchtacties de laan uitgestuurd.

Negeren
Diverse groepen van tegenstanders van Milosevic steunden de actie in Cacak. Servische intellectuelen eisen hardop zijn vertrek. De oppositiepartij van Zoran Djindjic, de Democratische Partij (DS), wil dat de namen worden bekendgemaakt van de Servische en Joegoslavische leiders wier tegoeden in het buitenland zijn bevroren. De partij wil de tegoeden aanwenden voor de wederopbouw van Servië.

Milosevic kan de groeiende politieke en economische onvrede niet langer negeren. Gisteren heeft de Servische president beloften gedaan over de wederopbouw van het land en over hervormingen en een markteconomie. In de buitenlandse politiek krijgt de vernieuwing van de economische en culturele betrekkingen met vooral „progressieve en democratische” landen voorrang.

Het is afwachten of de onderling sterk verdeelde Servische oppositie bij machte zal zijn de woede van de Servische bevolking om te buigen in een gezamenlijk streven naar democratische hervorming. Hoewel er altijd oppositie tegen Milosevic is geweest, hebben diens tegenstanders nooit echt een vuist kunnen maken, voornamelijk doordat ze onderling in de clinch lagen en geen echte leidersfiguur als alternatief naar voren konden schuiven.

Onder de Serviërs, ook de ultranationalisten die eerder in Milosevic hun heil zagen, zijn de woede en frustratie nu groot. Mensen die het altijd al niet op Milosevic begrepen hadden voelen zich door zijn toedoen ten onrechte door de NAVO-campagne tegen Joegoslavië tot slachtoffer gemaakt en zijn vroegere medestanders voelen zich door hem verraden omdat hij Kosovo, de bakermat van de Servische cultuur, heeft opgegeven en de Servische bevolking daar aan haar lot heeft overgelaten.

Zie ook:
Zigeuners in Kosovo op drift

„Kosovo toont militaire zwakte Europa”

Hombach gaat voor EU stabiliteitspact Balkan coördineren