Voorpagina 23 maart 1999

Duitsland zal vaart achter benoeming zetten

EP: Snel besluit over
voorzitter Commissie

Van onze buitenlandredactie
BRUSSEL – Het Europees Parlement heeft zich gisteravond uitgesproken voor een zo snel mogelijk vertrek van de huidige, demissionaire Commissie. In Brussel had het debat plaats over het vorige week gepresenteerde rapport van het comité van wijze mannen, en de gevolgen daarvan. Sociaal-democraten en christen-democraten, de twee grootste fracties, riepen de Europese regeringsleiders op tijdens de tussentop in Berlijn over de nieuwe voorzitter te beslissen.


De Europese Commissie stapte een week geleden op wegens vernietigende kritiek op zijn functioneren. Een comité van onafhankelijke deskundigen, in januari op aandringen van het Parlement ingesteld, had de conclusie getrokken dat het „moeilijk wordt iemand te vinden die nog enig gevoel voor verantwoordelijkheid heeft.” Het dagelijks bestuur van de Europese Unie ondernam volgens het Comité te weinig om vriendjespolitiek, wanbeheer en fraude te voorkomen en te bestrijden.

Sommige parlementariërs stelden het instellen van een comité van deskundigen op een lijn met het „uit handen geven van eigen bevoegdheden”, zoals Magda Aelvoet van de Groenen het uitdrukte. Een parlementslid wreef socialiste Paula Green gisteravond aan dat zij de „mening van buitenstaanders serieuzer neemt dan die van haar collega's.” Green sprak met klem tegen dat het Comité parlementstaken heeft overgenomen: „Het instellen van een onafhankelijke onderzoekscommissie is een bekend procedé dat in alle Europese landen van tijd tot tijd voorkomt.”

In een verklaring noemde voorzitter Santer gisteravond het aftreden „pijnlijk, maar noodzakelijk om de Commissie als instelling te laten overleven.” Mede namens zijn collega's sprak hij opnieuw afkeuring uit over de „algemene en verreikende conclusies” die het comité uit de gesignaleerde gebreken had getrokken. Daarbij verwees Santer naar de hervormingen die de afgelopen 4 jaar op gang zouden zijn gebracht: „Wellicht is het een onvermijdelijk historisch gegeven dat crises vaak niet plaatshebben wanneer de zaken erger worden, maar wanneer ze ten goede keren.”

„Langzaam maar gestaag tekent zich een versterking van de Europese parlementaire factor af”, prees de Duitse minister van Buitenlandse Zaken Joschka Fischer het Parlement voor de uitoefening van het controlerecht. Hij noemde het „vanzelfsprekend” dat de Europese top in Berlijn, waar morgen en overmorgen de financiering van de Unie aan de orde komt, ook over de institutionele crisis zal gaan.

Mogelijk volgt binnenkort een aparte top om een nieuwe voorzitter voor te dragen. Het Duitse voorzitterschap van de EU zal pogen nog voor de zitting van het EP in april eenheid te bewerkstelligen over de nieuwe voorzitter, zei Fischer. „De Unie heeft snel een sterke, goed functionerende Commissie nodig.” Het Parlement kan dan voor de verkiezingen de kandidaat horen.

In deze variant zou na de zomer een nieuwe Commissie voor een periode van ruim 5 jaar moeten worden benoemd. Dit komt overeen met wat de Benelux-regeringen hebben voorgesteld.

De liberale fractievoorzitter Cox pleitte daarentegen voor een interimcommissie, die de termijn van de huidige ploeg tot januari uitzit. Hij acht de terugkeer van Cresson en Santer daarin onaanvaardbaar. Blokland (SGR) zei dat beiden onmiddellijk moeten aftreden.

„De goede commissarissen zijn meegesleurd door de slechte, en dat is jammer”, aldus Maij-Weggen (christen-democraten). Zij wil dat de nieuwe Commissie een tijdelijk karakter krijgt. Na de verkiezingen in juni kan een definitieve regeling volgen. Hedy d'Ancona (socialisten) zei blij te zijn dat álle commissarissen waren opgestapt. Haar fractie sluit terugkeer van Cresson en Santer niet uit. De nieuwe Commissie zou een 'proeftijd' voor een halfjaar moeten krijgen.

Diskrediet
„Ontdekte fouten mogen niet tot diskrediet van alle instellingen zijn. Commissie en medewerkers verdienen respect en dank voor het werk van de afgelopen jaren”, zei Fischer. Hij benadrukte dat de Commissie „niet voortdurend nieuwe taken moet krijgen opgedragen zonder dat daarvoor de benodigde persoonlijke en financiële middelen worden verschaft.” Van groot belang achtte hij overigens dat de antifraude-eenheid Uclaf daadwerkelijk onafhankelijk van de Commissie gaat opereren.

Scherpe kritiek had het Parlement gisteravond op de andere belangrijke speler op het Europese toneel, de Raad van Ministers. Verschillende parlementariërs wreven de raad een lakse houding gedurende de crisis aan. „De Raad heeft verstek laten gaan”, stelde de christen-democratische fractieleider Martens. Onder verwijzing naar het rapport van het comité zei Blokland dat de Raad ernstig was tekortgeschoten op het vlak van controle. De crisis begon toen het Parlement in december vorig jaar weigerde goedkeuring te verlenen aan de wijze waarop de Commissie de begroting van 1996 had afgehandeld.