Kleppen over onderhoud
met het staatshoofd

Iedereen was boos vorige week. Koningin Beatrix, premier Kok, kamervoorzitter Van Nieuwenhoven en de fracties van CDA en VVD. Het voorwerp van hun toorn waren de kamerleden die geklept hadden over hun onderhoud met het staatshoofd.

Het moet even slikken zijn geweest, toen koningin Beatrix in het Oostenrijkse Lech het artikel in de Volkskrant onder ogen kreeg. Had zij na zes jaar eindelijk weer eens parlementariërs ontvangen, lag de inhoud van het gesprek meteen op straat.

De premier beschuldigde de boosdoeners van „naïeviteit”. Een mild verwijt. De kamerleden wisten heel goed dat zij hun mond diende te houden over het onderhoud op Noordeinde. Het PvdA-Kamerlid Rehwinkel, niet aanwezig bij het bewuste gesprek, deed de afgelopen dagen voor de radio uit de doeken wat de gang van zaken is bij een bezoek aan de Koningin. De directeur van het Kabinet der Koningin ontvangt hen eerst. Hij moedigt de kamerleden aan tijdens het gesprek openhartig te zijn, maar voegt daaraan toe dat ze na afloop over de ontmoeting dienen te zwijgen.

Rehwinkel, die eerder dit jaar met koningin Beatrix sprak, betwijfelde of de vorstin stellige meningen naar voren heeft gebracht. „Zij geeft niet van haar opvattingen blijk tijdens het gesprek. Ze stelt vragen, wat de diepgang van het gesprek bevordert.”

De PvdA'er zou het betreuren als de Koningin af zou zien van verdere gesprekken met de parlementariërs. Hij ervaart het onderhoud met het staatshoofd als „zinnig. Het is goed at zij naast het wekelijks gesprek met de premier, de regelmatige ontmoetingen met ministers, ministers van Staat en staatsecretarissen ook af en toe spreekt met Kamerleden”.