Koninklijk huis 3 mei 2000

Interview met de koningin

Door Bea Versteeg
Voor de derde keer tijdens haar regering liet koningin Beatrix zich interviewen door de NOS. Dit keer was het een solo-optreden. Bij eerdere gelegenheden, in 1988 en 1991, kregen prins Claus en haar zonen ook de gelegenheid hun meningen te beste te geven. Nu zij twee decennia aan de macht is, ging zij alleen de confrontatie met Maartje van Weegen aan.

De verwachtingen waren van te voren niet hooggespannen. In de NRC beklaagde de voormalig hoofddirecteur van de Rijksvoorlichtingsdienst, Van der Voet, op voorhand koningin Beatrix. Op de recente discussie over de monarchie kon zij niet ingaan. „Alles wat ze daarover zegt is politiek. En politieke uitspraken mag de Koningin niet doen.”

Een waarheid als een koe. Maar ook zonder zich in het politieke vaarwater te begeven, sloeg koningin Beatrix in het op 24 maart opgenomen gesprek diverse malen de spijker op de kop. Neem de haar toegedichte invloed bij kabinetsformaties. Oncontroleerbaar zou die zijn, lieten de laatste tijd diverse politici weten. Hoe zo oncontroleerbaar? Die invloed „wordt gegeven vanuit de Kamer.”

Ze stelde zich kwetsbaar op door toe te geven dat kritiek haar raakt. Zelf is ze de eerste die kritisch naar zichzelf kijkt. Na twee decennia op de troon kijkt ze kritisch naar haar functioneren. Zo'n evaluatie leidt tot een conclusie. Die slotsom kan niet anders zijn dat er iets gaat veranderen. Wat? Dat werd de Koningin niet gevraagd.

Het wordt daarom opletten. Welke projecten gaat ze bezoeken, hoe pakt ze dat aan? Staat ze vaker dan in het verleden de pers te woord. Gaat ze zelf de tentoonstelling toelichten, die ze in het Stedelijk Museum gaat samenstellen? Het blijft afwachten, maar ongewijzigd voorwaarts kan na het gesprek niet meer. Dat zou alleen maar leiden tot meer teleurstelling bij een volk waarvan een groot deel hunkert naar meer vorstelijke warmte. Naar iets vaker een blik op de mens achter de majesteit.

Het dankwoord op Koninginnedag is misschien een voorbode van de veranderingen. Bij aankomst in Leiden liet koningin Beatrix burgemeester Postma weten aan het eind nog wat te willen zeggen. Postma zorgde er daarop voor dat de fanfare niet meteen na zijn dankwoord het Wilhelmus inzette.