Meditatie

Toekomst

„…Schrijf, zalig zijn de doden, die in de Heere sterven, van nu aan”.
Openbaring 14:13

Wanneer Gods kinderen ontslapen in Jezus, zijn ze ontslagen van alle kwaad van dit leven. Geen zonde, geen verwijt, geen kruis, geen moeite zal er meer voor hen zijn. „Alle tranen zullen van hun ogen afgewist worden”. Zij zijn direct in het bezit van hun hoop en genieten dan onmiddellijk God en Christus, Die voor hen ten opzichte van Zijn mensheid herkenbaar zal wezen. Alles is dan volmaakt. Volmaakt is dan hun kennis van God en van Christus. Zij worden toegelaten tot alle grote voorrechten van de hemel. Zij zullen God dag en nacht dienen zonder de minste verhindering, Hem lovende voor eeuwig en altoos.

Moet dan een kind van God op zulke gronden de dood niet verwelkomen? Vooral als hij overweegt in wat voor ellendige wereld hij nu leeft en dat al dat ijdele als een schaduw zal voorbijgaan? Ofschoon uw aardse tabernakel tot het stof zal wederkeren, hij zal op Gods tijd weer verrijzen. Het is als met kruiden die in de winter niet gezien worden, nochtans hebben ze wortels in de aarde, zodat het kruid in de lente weer te voorschijn komt. Zo is het ook met de lichamen van de vromen die sterfelijk neerlagen. Zij zullen onsterfelijk opstaan om het Lam te volgen waar Het ook heengaat. Daar zal geen worsteling en geen strijd meer wezen tussen vlees en geest, maar een heilige overeenstemming en een eenparig genieten van God. „Dan”, zegt de apostel, „zullen wij altijd bij de Heere wezen”.

Jacobus Durham, predikant te Glasgow
(De zaligheid der doden, 1735)

$